WaterstofNet

Hugo Vandenborre is een van de twaalf experts van de high level group die in 2003 voor de Europese commissie een strategische visie ontwikkelde voor waterstofenergie en een onderzoeksagenda neerschreef voor de implementatie ervan. Tot 2013 stelt Europa 1 miljard euro ter beschikking voor publiek-private partnerships. Een fractie daarvan gaat naar WaterstofNet. Vandenborre schreef ook mee aan een masterplan voor Vlaanderen en Zuid-Nederland.

“E zijn drie grote objectieven: de opstart van een instituut waar kmo’s terechtkunnen die bezig zijn met waterstoftoepassingen; het stimuleren van interactie tussen universiteiten en technische hogescholen op het vlak van theoretische en praktische kennis van waterstofapplicaties en de bewustmaking dat waterstof al een realiteit is via een aantal demonstratieprojecten die het grote publiek aanspreken.”

Bedrijven zoals Umicore, Imec, Hydrogenics, Solvay en Van Hool werken al geruime tijd aan brandstofcellen. Heel wat van die bedrijven bundelden vorig jaar hun expertise in het Vlaams Samenwerkingsverband Waterstof en Brandstofcellen of VSWB, dat met het IWT wetenschappelijk onderzoek ondersteunt. Tegelijk zijn de professoren Roger Sierens van de Universiteit Gent en Mark Pecqueur van de Karel de Grote Hogeschool in Antwerpen voortrekkers die studenten enthousiast maken voor deze toekomstgerichte energie. In juni 2008 pakten de twee onderzoekers uit met een Opel Combo waarvan de verbrandingsmotor werd omgebouwd van aardgas naar waterstof. Ook de Vrije Universiteit Brussel en de KU Leuven zijn actief op dit terrein.

“Het is een kwestie van verscheidene technologieën samen te brengen, te verfijnen en te integreren naar praktische, commercialiseerbare toepassingen”, zegt Vandenborre. “Flanders Yachting maakt ook deel uit van het WaterstofNet. Zo ontstaan synergie en samenwerkingsverbanden, raderwerken en vliegwielen die de scheepsbouw – welke in Vlaanderen op sterven na dood was – nieuw potentieel inblazen. Met spin-offs naar andere sectoren.”

Stefaan Vennekens droomt dan weer van een Vlaamse jachtenacademie naar het voorbeeld van Britse initiatieven zoals ‘Pendennis’, waar jonge afgestudeerden met een technische opleiding of schoolverlaters een voltijdse stage lopen op een werf. “De jachtbouw is ook voor andere industrieën een uitstekende basis/vervol-making, omdat de complexiteit en afwerking zeer hoog is en klanten veeleisend. Bovendien komt er heel wat spitstechnologie aan te pas.”