Wapenwedloop

Het gebruik van nieuwe materialen zoals titanium heeft de golfsport ingrijpend veranderd. De spelers met de verste afslag, zoals Nicolas Colsaerts, halen tegenwoordig afstanden van meer dan driehonderd meter. Dat werd mogelijk dankzij Great Big Bertha, een driver van het merk Callaway. Natuurlijk duurde het niet lang eer de andere merken uitpakten met zeer performante drivers. “Drivers in titanium zijn lichter en makkelijker om mee te spelen”, zegt Cédric de Woot, bestuurder van de Ravenstein en verdeler van het merk Callaway in België en Luxemburg. Zulke clubs hebben een veel hogere tolerantie dan de houten modellen van vroeger. Niet alleen voor de topspelers van de wereld, maar ook voor de amateurs.”

Niet alleen de clubs hebben voor grotere afstanden gezorgd. Ook de balletjes zijn geevolueerd. “De technologie is er de voorbije jaren snel op vooruitgegaan”, vervolgt De Woot. “De balletjes van de jongste generatie – vijf lagen rond een kern en onder andere gemaakt met urethaan – zijn niet meer te vergelijken met die van vroeger. Ze hebben een veel betere aerodynamische vormgeving en vliegen almaar verder. Bovendien geven ze de speler een beter balgevoel. In tien jaar is de afstand met wel 15 procent toegenomen.”

Natuurlijk doet die wapenwedloop vragen rijzen over de toekomst van de golfsport. Omdat de topspelers ook atletisch sterk zijn en ook daarom almaar verder slaan, zouden heel wat terreinen te klein kunnen worden. “Tiger Woods was de eerste die ervoor zorgde dat de golfwereld zich die vraag ging stellen. Toen hij in 1997 voor het eerst de Masters van Augusta won, bereikte hij soms de green van een par 5 met een driver en een wedge. Voor jongens met een krachtige afslag, zoals Bubba Watson of Alvaro Quiros, is dat tegenwoordig heel gewoontjes.”

De hamvraag is uiteraard of de parcours moeten worden verlengd. Een stap die voorlopig nog niet is gedaan, omdat ook andere mogelijkheden worden bekeken. Zo overwegen de internationale regelgevers nieuwe normen voor het materieel op te leggen om te vermijden dat de wapenwedloop uit de hand loopt. “Een van de denksporen is dat profspelers minder performante clubs en balletjes zouden moeten gebruiken dan amateurs”, zegt De Woot. “Op de kwaliteit van de toernooien en de spankracht van de wedstrijden zou het geen invloed hebben. En op de nieuwe banen zou iedere speler, ongeacht zijn niveau, aan zijn trekken komen.”

MIGUEL TASSO