Wallonië gokt op kurende Vlamingen
In Wallonië kent de toeristische sector een bloeiperiode. Klassieke publiekstrekkers zoals Durbuy worden verder uitgebreid, en steeds meer hotels bekeren zich tot kuuroord.
Op het Commissariaat-generaal voor Toerisme van het Waals gewest staat Eric Jurdan aan het hoofd van de diensten voor accommodatie. Volgens hem gaat het met de Waalse toeristische sector “niet bergaf en het toerisme is er evenmin vastgeroest, zoals sommigen beweren”. Ieder jaar vinden in het hotel- en campingwezen bijvoorbeeld aanzienlijke verkopen en aankopen plaats, zegt hij. In totaal staan er vandaag op Waals grondgebied maar liefst 3185 toeristische plattelandsverblijven en boerderijen. Daarnaast zijn er nog de campings en de 513 erkende hotels. Wie vrede kan nemen met een viersterrenhotel, heeft keuze uit 71 hotels.
Maar de toeristische sector zou hier meer dynamiek kunnen krijgen als de Walen zich er echt op zouden toeleggen. Eigenlijk zijn de meest actieve toeristische promotoren en bemiddelaars vaak Nederlandstaligen die opereren vanuit Vlaanderen en Nederland, of die zich jaren geleden in Wallonië gevestigd hebben. “Het is heel normaal dat de proactiefste tussenpersonen Nederlandstalig zijn. De voornaamste klanten die door het aanbod van onze regio aangetrokken worden, zijn voor het leeuwendeel Vlamingen en Nederlanders,” licht Eric Jurdan toe. Hij is trouwens vol lof over hun aanpak. “Meestal verloopt de integratie goed, of het nu om hotels, campings of vakantiedorpen gaat. Je kunt het een beetje vergelijken met de Belgische kolonie in de Ardèche.”
Vijfsterrenhotel in Luik
Nieuwe projecten steken de kop op, meer bepaald in de provincies Henegouwen en Luxemburg, of rond toeristische plaatsen die het hele jaar door druk worden bezocht, zoals Bouillon, Clairvaux, Spa en Durbuy. Alleen al in Durbuy staan drie hotelprojecten in de steigers: in het dorpje Heid, in Mignées en in Bohon. Dat is niet te verwonderen: het ‘kleinste stadje ter wereld’ krijgt jaarlijks naar schatting één miljoen overnachtingen te verwerken.
Eén genre blijft erg goed scoren: het kuuroord. Activiteiten in en rond water worden steeds meer wijdverbreid en beantwoorden aan een groeiende vraag, zowel in Clairvaux als in Ovifat en Marche-en-Famenne. In het centrum van dat laatste plaatsje is het viersterrenhotel Quartier Latin resoluut de Spa-toer opgegaan. “We hebben golfterreinen en bossen, maar geen stranden of bergen om de klanten bezig te houden,” aldus eigenaar Jean-Paul Houyoux. “En alle hotels die de durf hebben gehad om te investeren in serieuze wellnessinstallaties trekken een specifieke klantenkring aan. Bovendien tasten de mensen graag diep in de buidel voor deze vorm van ontspanning.” In het Quartier Latin zal, naast de balneotherapie, het hotelaanbod stevig worden opgevoerd, met een polyvalente zaal en infrastructuren die instaan voor 600 couverts. Een totale investering van 5 miljoen euro.
Iets verderop, in de heuvels van Luik, zal een recordinvestering van 27 miljoen euro – een initiatief van een Duitse privé-investeerder, Horst Hollebecq, die al eigenaar is van een restaurant in het centrum van Luik – het Waals gewest zijn tweede vijfsterrenhotel schenken. Tot op heden kon alleen het Hôtel du Lac in Genval op die titel aanspraak maken. Het nieuwe hotel met twintig suites en tachtig kamers zal binnenkort zijn deuren openen in het hart van het oude sanatorium Sainte-Agathe aan de rue Saint-Laurent.
Philippe Coulée
Het nieuwe vijfsterrenhotel met twintig suites en tachtig kamers zal binnenkort zijn deuren openen in het hart van het oude sanatorium Sainte-Agathe in Luik.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier