Walen krijgen Vlaamse mestoverschotten
Vier vijfde van de Vlaamse mestoverschotten wordt nog altijd op de akkers uitgereden in plaats van verwerkt. Jeroen Casaer gaat ijveren voor mesttransfers naar Wallonië.
Een kwart miljoen ton varkensmest. Dat is het volume dat dit jaar zal worden verwerkt, verwacht Jeroen Casaer, sinds een jaar de voorzitter van het Vlaams Coördinatiecentrum Mestverwerking ( VCM). “Tot z’n knieën in de str**t,” kopte Trends vorig jaar naar aanleiding van de aanstelling van Casaer.
Maar victorie kraaien doet hij geenszins. Want een kwart miljoen ton is nog veel te weinig. Jaarlijks moet Vlaanderen 1,24 miljoen ton varkensmest verwerken. “Maar we zijn op de goede weg,” houdt Casaer de moed erin. “In 2002 werd 100.000 verwerkt, in 2003 150.000 ton. Maar er gaapt dus nog steeds een grote kloof met die 1,24 miljoen ton.”
De 31-jarige inwoner van Mechelen ziet drie redenen. Ten eerste vertonen verwerkingsinstallaties nog steeds kinderziektes. Ten tweede was er de lage prijs voor het varkensvlees, waardoor bij de producenten nog weinig geld overbleef voor investeringen in installaties voor mestverwerking. Ten derde – en dat is het belangrijkste – is er de onzekere wetgeving. In december 2003 werd een gewijzigd mestdecreet van kracht. Het huidige regeerakkoord gewaagt alweer van een wijziging in de wetgeving. “Wie wil investeren in een installatie voor de mestverwerking, kijkt voorlopig liever de kat uit de boom.”
Die 1,24 miljoen ton varkensmest is een moeilijk te slikken probleem voor Vlaanderen. Maar we moeten onze mest verwerken, want het nitraatgehalte in ons grond- en oppervlaktewater overschrijdt nog op vele plaatsen de Europees opgelegde norm van 50 milligram per liter. Slechts een kwart miljoen zal dus worden verwerkt dit jaar. Het resterende miljoen ton wordt voorlopig nog steeds uitgereden als meststof voor akkerbouwtelers. Maar dat doet het nitraatgehalte dus niet dalen. “De producenten van varkensmest betalen voor het teveel aan mest een superheffing. Die toeslag hebben ze liever dan een installatie te bouwen volgens een onduidelijk mestdecreet.”
Ondanks die problemen is Jeroen Casaer tevreden. Het VCM bundelde het voorbije jaar alle actoren voor de mestverwerking. Die treden nu als één stem naar de bevoegde ministers en het parlement. “De discussie wordt nu intern gevoerd. Binnen het VCM komen de administratie en de vertegenwoordigers van de sector tot een consensus. Dat standpunt brengen we dan over aan de beleidsmakers.”
Zelfs voor het communautaire vaarwater waarin de varkensmest terechtkwam, koestert Jeroen Casaer hoop. De vorige Waalse landbouwminister, José Happart ( PS), sloeg de Vlaamse mest in de ban en sloot de Waalse landsgrenzen. “Met de nieuwe Waalse regering komen er binnenkort onderhandelingen. De Waalse boeren willen niet liever dan Vlaamse mestproducten op hun akkers.”W.R.
W.R.
“De mestproducenten betalen liever de superheffing op mestoverschotten dan een installatie te bouwen volgens een onduidelijk mestdecreet.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier