Wacht niet tot u vijftig bent

Op de vorige pagina’s schetsten we hoe u het best een persoonlijk financieel plan opstelt. Emiel Van Broekhoven gaat in op enkele concrete aandachtspunten: Vanaf welke leeftijd stelt u het best een financieel plan op? Loont het om ervoor naar de bank te stappen? En is het nog opportuun om in aandelen te beleggen?

Een persoonlijk financieel plan (zie ook blz. 110) behandelt normaal het hele patrimonium: het roerende, onroerende, professionele, verzekerde en het persoonlijke bezit. De roerende waarden zijn meestal maar een klein deel van het geheel van een privé-vermogen of privé-fortuin. Met de hausse op de aandelenmarkten van de jongste jaren heeft dat roerend beleggen echter een glansrol gekregen. Twintig jaar geleden was dat anders. Toen stond vastgoed op pagina één, en zweeg iedereen over de performance van aandelen. Als het gemiddelde privé-vermogen met circa 8,5% nominaal aangroeit, dan moet men aannemen dat de verschillende essentiële componenten (vastgoed, roerend) uiteindelijk over de lange termijn en gemiddeld genomen ook met dat percentage zullen toenemen.

Divers beleggen. Tussen 1980 en 2000 is de aandelencomponent meer dan gemiddeld gestegen in het totaal van de vermogens van de Belgen. Wat dat de volgende twintig jaar zal worden, kan niemand precies voorspellen. De kans dat de markten die momenteel heel hoog gewaardeerd staan voor vele jaren stagneren, behoort wel degelijk tot de mogelijkheden. Ik verwacht dan weer niet dat álle Europese en Amerikaanse aandelen het slecht zullen doen, integendeel.

Iedereen die verantwoordelijk is voor een privé-vermogen, moet een duidelijke situatie creëren op het vlak van cashflows in het gezin, en dat op zijn minst drie tot vijf jaar vooruit. Wie écht verstandig is, houdt bij het beheer van zijn privé-vermogen beter een marge voor ogen die langer is dan drie of vijf jaar – de typische lengte van een economische cyclus, zeg maar. Toegegeven, u leeft maar één keer. Maar wél in een economische episode die u niet zelf kon kiezen en die u maar een heel klein stukje zelf kunt beïnvloeden. U kunt uzelf omringen met het beste advies, maar u blijft uiteindelijk zelf verantwoordelijk voor wat er financieel met u, uw gezin en uw vermogen gebeurt.

Daarnaast is het belangrijk dat het hele vermogen zeer gediversifieerd belegd wordt: over residentieel en verhuurd vastgoed, obligaties en kasbons en verzekerde waarden (via de privé- en groepsverzekering). Het is essentieel om grote aandacht te besteden aan het verloop van uw carrière en aan het businessplan van de eigen zaak. Wat de aandelenmarkten dan doen, mag van geen belang zijn. Als u gediversifieerd belegt, stevent u op een gemiddelde groei van minstens 8,5% met een beperkt risico af.

PFP-analyse. Hoe u met dat vermogensbeheer moet omgaan, en dan vooral op scharniermomenten in uw carrière, kan een vraag zijn voor een analyse van de persoonlijke financiële planning. De meeste mensen belanden pas na hun vijftigste bij de financiële planner, en zijn daardoor al een aantal belangrijke ‘mutatiemomenten’ voorbij. De keuze van een carrière, het huwelijkscontract, de financiering van de woning, ze hebben het allemaal al gehad. Toch liggen er nog enkele fundamentele problemen in het verschiet. Wanneer stopt u met werken? Wanneer neemt u uw groeps- en privé-verzekering op? Hoe belegt u uw geld nadat u uw zaak verkocht hebt of een punt achter uw carrière hebt gezet? Hoe kunt u de problemen bij een successie zoveel mogelijk voorkomen?

Terecht wordt persoonlijke financiële planning (PFP) overal aangeprezen als de weg van de toekomst. En als men de reclame mag geloven, staan de financiële instellingen elkaar te verdringen om u een PFP-analyse aan te bieden.

Een injectie met waarheidsserum is echter op zijn plaats. PFP wordt maar op enkele plaatsen als een mature dienstverlening aangeboden. Op veel plaatsen wordt druk aan de opleiding voor de planners gewerkt, maar dat kost natuurlijk tijd. De weinige echt geschoolde mensen binnen de financiële instellingen worden bovendien voorbehouden voor de eliteklanten van de private banking.

Doe het zelf. Als het dan zo moeilijk is om snel een degelijke service te krijgen, en u nadert een ‘mutatiemoment’, waarom zou u dan niet zélf een PFP-analyse voorbereiden? Hoe beter u uw dossier voorbereid hebt, hoe beter u de oplossingen zult kunnen uitkiezen die voor uw situatie het voordeligst uitvallen.

Wie zelf een financiële planning wil opmaken, moet drie stadia doorlopen.

Ten eerste maakt u een degelijke inventaris op van uw vermogen, zowel voor het activabezit als voor de schulden en verplichtingen. Maak ook een balans met alle inkomsten en uitgavenposten.

Ten tweede maakt u een ‘wat-als’-scenario voor de situatie waarvan u het meest wakker ligt. ‘Wat als ik een ongeval heb?’ ‘Wat als ik zou overlijden?’, ‘Wat als we met pensioen gaan?’ Voor elk van die vragen gaat u de gevolgen voor inkomen en uitgaven na, en voor de balans van uw vermogen.

Tot slot maakt u voor uzelf uit of er aspecten zijn die u onbevredigd laten in dat scenario. U informeert wat u daaraan kan doen. Als u dan goed weet waar u naartoe wil, kunt u best de verkoper van het aangewezen financieel product gaan opzoeken.

De auteur is hoogleraar economie aan de Ufsia.

EMIEL VAN BROEKHOVEN

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content