Waarom ICT-starters naar de VS trekken
Belgische ICT-ondernemers die geld ophalen in Silicon Valley spreken tot de verbeelding, maar ze zijn de uitzonderingen op de regel. Maar vaak hebben ondernemers geen andere keuze dan de oceaan over te steken, omdat er in eigen land niet genoeg durfkapitaal is.
Xavier Damman haalde na een jaar Californië 2 miljoen euro op bij Khosla Ventures om Storify, zijn platform voor sociale media, te ontwikkelen. Frédéric della Faille, de oprichter van de micropublishingsite CheckThis, had in New York maar enkele maanden nodig om 910.000 dollar in te zamelen. En dan hebben we het nog niet gehad over Sébastien de Halleux, die met zijn medeoprichters het gamingbedrijf Playfish voor 400 miljoen dollar verkocht aan Electronic Arts.
Die Belgische succesverhalen doen andere ondernemers dromen, maar ze blijven uitzonderingen. Op de website The Next Web heeft businessangel Stefano Bernardi een harde boodschap voor de Europese internetondernemers die zich massaal aandienen in Silicon Valley: “Jullie kansen om geld op te halen bij Amerikaanse investeerders zijn zo goed als onbestaand.” De reden: ze kunnen geen diploma van Stanford University of het Massachusetts Institute of Technology (MIT) voorleggen, ze hebben geen gemeenschappelijke relaties met investeerders, of ze missen ervaring bij een succesvolle Amerikaanse start-up. “Bovendien heb je waarschijnlijk visumproblemen”, aldus Bernardi.
Universiteiten
Via de organisatie Webmission trekt jaarlijks een delegatie Belgische ICT-ondernemers naar Californië om er gelijkgezinden te ontmoeten en er hun project te pitchen. Vaak kunnen Europese ondernemers niet anders dan het in de Verenigde Staten te proberen, omdat de vetpotten voor starters zich daar bevinden. De Verenigde Staten is het land van het durfkapitaal. In 2012 investeerden Amerikaanse durfkapitalisten 21 miljard euro, hun Europese collega’s kwamen slechts met 3,3 miljard euro over de brug. De investeringen in de Verenigde Staten zijn gestegen sinds de crisis is uitgebroken, terwijl ze in Europa blijven dalen.
De Amerikaanse universiteiten spelen een belangrijke rol in die durfkapitalistentraditie. Voorloper Stanford bracht bedrijven als Google, Cisco en Sun Microsystems voort. ‘Sun’ staat trouwens voor ‘Stanford University Network’. In de Verenigde Staten beheren niet minder dan 55 universiteiten een investeringsfonds van minstens 1 miljard dollar. In Europa zijn dat er slechts drie: Oxford, Cambridge en Kopenhagen. De klemtoon van de Europese universiteiten ligt meer op hun academische opdracht. Als een Europees bedrijf doorbreekt, slagen de Amerikanen er met hun financiële slagkracht gemakkelijk in om het over te nemen. Een voorbeeld is het Ests-Deens-Zweedse internettelefoniebedrijf Skype, dat eerst voor 2,6 miljard dollar werd overgenomen door Ebay, om in 2011 in handen van Microsoft te komen voor 8,5 miljard dollar. Maar Silicon Valley heeft meer te bieden dan alleen geld. Het mekka van de internettechnologie huisvest een ecosysteem waar niet alleen ondernemers maar ook juristen, accountants, hr-profielen en investeerders doordrongen zijn van ICT.
Risicocultuur
In België lijkt van echt risicokapitaal nauwelijks nog sprake. Kapitaalverschaffers eisen van meet af aan een duidelijk businessmodel. “Door de lage rente zijn veel investeerders op zoek naar alternatieven voor spaarrekeningen of obligaties. Dat maakt veel geld vrij, maar iedereen wil dat inzetten op start-ups die al hebben bewezen dat ze succesvol zijn”, zegt ondernemer Toon Vanagt. “Amerikaanse durfkapitalisten zijn bereid te investeren in een product waarvan nog niet helemaal duidelijk is hoe ze er geld mee zullen verdienen. Ze reageren veel sneller op dossiers.”
Volgens Karsten Langer, de Deense vennoot van het Amerikaanse private-equityfonds Riverside Capital, scoort Europa voor innovatie bijzonder goed. “We hebben ook uitstekende durfkapitalisten, maar de Amerikaanse cultuur leent zich meer tot risico’s en succes. In Europa proberen we veeleer te behouden wat we al hebben. Wie risicokapitaal aan boord wil nemen, moet die beschermende mentaliteit kunnen loslaten.”
Riverside beheert wereldwijd activa voor meer dan 3,5 miljard dollar en heeft zijn Europese hoofdkwartier in Brussel. “Voor kleine bedrijven kan de beschikbaarheid van kapitaal in Europa momenteel een probleem zijn. Een verhuizing naar de Verenigde Staten, waar veel meer geld wordt geïnvesteerd, is een optie. Je komt er ook meteen in een min of meer uniforme markt van 300 miljoen consumenten terecht.”
Simon Van Dorpe
U leest het volledige artikel over dit onderwerp in Trends van 22 augustus.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier