Waarom Europa achter het net vist
Terwijl Amerika het land van de elektronische handel binnenstormt, staat de Europese bedrijfswereld te trappelen aan de grens omdat hij niet wil investeren in servicegerichte internettechnologie en blijft vasthouden aan de ouderwetse economische strategieën. E-commerce is een snelheidswedstrijd en als Europa daaraan wil deelnemen, zal het snel en ingrijpend moeten reageren in plaats van te wachten tot Amerika de weg heeft bereid.
Als algemeen directeur van een internetsoftwarebedrijf beschouw ik de apathie van de Europese bedrijfswereld als de grootste hinderpaal bij de uitbouw van een digitale economie in Europa. Het gaat daarbij niet om een gebrek aan energie, wel om een gebrek aan gewiekstheid bij de gevestigde ondernemingen en de overheidsadministraties. In plaats van een zelfstandige digitale economie op te bouwen in Europa, zijn we bezig de ondernemers te verstikken.
In Europese ogen lijkt Silicon Valley irreëel – een kruising tussen Disney World en een digitale Truman Show, de film over de man wiens leven een televisieshow was. Maar, als softwareondernemer bekijk ik dat landschap ook met een zekere afgunst. Het wekt nauwelijks verbazing dat zoveel innovatie en succes samengepakt zitten in zo’n relatief klein geografisch gebied. Het is een zelfbedruipende ondernemingsomgeving, waarin ondernemers niet alleen ideeën uitwisselen, maar waar ook de hele ondernemingsgemeenschap en de nationale overheidsstructuur erop gericht zijn de ontwikkeling van nieuwe ideeën en bedrijven te begrijpen, te waarderen en te ondersteunen. Zoiets bestaat niet in Europa.
Drie gebreken.
Het ontbreekt Europa aan drie fundamentele bouwblokken om het digitaal tijdperk binnen te treden: een stimulerend fiscaal systeem, een ondersteunende overheidsstructuur en een basis van ontwikkelde consumenten.
Aandelenopties: Europese bedrijven doen daar niet aan mee, maar Silicon Valley vaart al een decennium lang wel bij dat idee. Om de beste mensen die ik me in mijn organisatie kan veroorloven aan te trekken, wens ik hen een aandeel te geven in de toekomstige activiteit in plaats van een hoog salaris nu. Het probleem zit ‘m bij de continentale instelling tegenover aandelenopties. Ze worden doorgaans gezien als een belastingvoordeel, eerder dan een middel om sleutelpersoneel aan te trekken en te behouden. Om een idee te geven van de weg die we in Europa nog af te leggen hebben: ik stel vast dat bedrijven in Silicon Valley een model van aandelenopties als aanwervingsinstrument hebben ontwikkeld, in zoverre dat nieuwe mensen nu de voorkeur geven aan starters boven grote namen als Microsoft en Intel. Een benijdenswaardige situatie.
Een begrijpende overheid: In Groot-Brittannië worden we gebombardeerd met nieuwe ondernemingsinitiatieven. Maar die oefeningen zijn bedekt met een suikerlaagje en worden slechts zelden, indien ooit, ondersteund door een echt beleid dat inspirerend en aanmoedigend werkt, en de groei van de bedrijven in de hand werkt. Eén van die initiatieven, de werktijdrichtlijn, laat de werknemers wettelijk toe om hun arbeidstijd te beperken tot 35 uur per week. Die directieve mag dan al ingegeven zijn door de wens om tot een beter evenwicht tussen werken en leven te komen, maar ze weerspiegelt geenszins begrip voor de werkstijl binnen de internetcultuur. Over heel Europa zouden regeringen er goed aan doen om een aantal snelle realisaties tot stand te brengen – zoals een verbetering van hun belastingbeleid om ondernemers van vandaag aan te moedigen.
De vermogensaanwasbelasting is een uitstekend voorbeeld van wat op dit ogenblik verbeterd kan worden. In heel Europa ligt het tarief van de vermogensbelasting aanzienlijk hoger dan de 20% die in Silicon Valley geldt. Het is logisch dat wanneer de investeerders in technologie worden beloond, zulks verdere investeringen in een groeisector zal stimuleren. Hoge vermogensbelastingen, zoals we die in het Oude Continent kennen, bevorderen die kringloop echter niet. In Groot-Brittannië bijvoorbeeld int de overheid elk jaar 2 miljard pond via de vermogensaanwasbelasting. Liefst 30% van dat bedrag wordt uitgegeven aan de inning van die belasting, dat is meer dan 600 miljoen pond die de binnenlandse technologiesector zouden kunnen voeden.
De Europese Unie zit verstrikt in een moeras van comités en denktanks. De opvattingen zijn er ouderwets en, door angst gedreven, komen steeds weer diezelfde ingewikkelde initiatieven tot stand die te lang duren om te implementeren en daardoor elke zinvolle uitwerking verliezen. Niet langer dan een jaar geleden omschreef een topman van een van de grootste distributeurs in Groot-Brittannië internet nog als een onbelangrijk medium dat slechts een minimaal effect zou hebben op het zakenleven. Datzelfde internet is nu het meest dynamische distributiekanaal van die onderneming en de directeur-generaal staat niet langer op de loonlijst.
Ondernemingssnobisme: veel van onze potentiële klanten zijn niet bereid om naar mogelijke bedrijfsoplossingen te luisteren, tenzij ze van een gevestigde medespeler komen. Mijn ervaring aan het hoofd van Zygon is erg verschillend van de tijd die ik doorbracht bij Oracle in de Verenigde Staten en de Amerikaanse starter RedBox Technologies. In de Verenigde Staten staan de mensen blijkbaar veel meer open voor de aanpak van kleine, innovatieve ondernemingen – hoe groot ook de kloof tussen hun respectieve omvang en profiel. Indien de technologie aan de spits staat, willen ze haar gebruiken vooraleer de concurrentie een voorsprong neemt.
Het is deze houding die we ook in de managementlagen van het Europese bedrijfsleven moeten overnemen.
Deining.
Er werd al enige vooruitgang geboekt. Er loopt een golf van verandering door Europa. Aandeelhouders zowel als bestuurders voelen zich stilaan aangetrokken tot de in het oog springende en hoogwaardige emissies van in Europa gevestigde technologiebedrijven als InterX en, meer recentelijk, Virata. Maar dat zijn de uitzonderingen die de regel bevestigen. De EU moet werken aan de vorming van een omgeving waarin dat type van ondernemingen kan opbloeien en die golf van verandering een vloedgolf kan worden. In de gegeven omstandigheden evenwel zijn softwarestarters zoals Zygon verplicht om op de Amerikaanse markt te gaan om dezelfde groeivoeten te halen als hun US-tegenspelers.
James Dobree
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier