Voorbij de abstractie
Bruno Van Lierde van de Boston Consulting Group leert ons in drie stappen hoe we abstracte kunst kunnen overstijgen. Hallo, bent u daar nog?
Van Lierde aarzelt geen moment om de opvattingen over kunst van sommige kunstenaars te verdedigen. Zoals die van On Kawara, die bijvoorbeeld de datum schildert van de dag waarop hij schildert, of van Ian Wilson, die niet meer schildert, maar wiens oeuvre bestaat uit ‘discussies’ met toeschouwers-acteurs. Een oeuvre dat geen sporen nalaat omdat geen enkele van die discussies wordt opgenomen. “Daarmee overstijgen we de schilderkunst, de voorstelling, de abstractie zelfs.”
De eerste opening in het overstijgen van de abstractie leidt niet naar een hedendaags kunstenaar. Piero della Francesca treedt echter uit zijn eigen vijftiende eeuw naar voor met een ongelooflijke moderniteit. “Toen ik zijn werk in Toscane ontdekte, was dat voor mij een openbaring. Wat ik daar zag, was een uiterst modern oeuvre. Dat die kunstenaar in de loop van de twintigste eeuw opnieuw werd ontdekt, terwijl hij tevoren zo goed als in de vergetelheid was geraakt, is volgens mij te danken aan het feit dat we zoiets als de moderne kunst hebben gekend. Della Francesca creëert ruimten, hij toont strakke personages, gezichten zonder uitdrukking, een duidelijk afgelijnde, geometrische architectuur, merkwaardige perspectieven. Zijn kleuren zijn haast monochroom, abstract. In de Madonna del Parto zit een verbluffende ruimtewerking: alles is stijf en star, terwijl in de doeken van die tijd heel wat leven en emotie zit. Wat mij in dit fresco vooral interesseert, is dat men het bekijkt doorheen de kunst van de twintigste eeuw. Ik denk dat de kijk op kunst altijd eigentijds is.”
Anarchistisch mengelwerk
De tweede etappe op weg naar het overstijgen van de abstractie wordt aangereikt door de Nederlandse kunstenaar Bram van Velde. In zijn jeugd schilderde hij figuratief, maar daarna verfijnde zijn schilderkunst naar het abstracte om uiteindelijk uit te monden in “een gestructureerd en anarchistisch mengelwerk”. Van Lierde: “We vinden bij hem harmonie, maar ook een geweld dat zijn manier om te vechten met het leven weerspiegelt.” De Nederlandse kunstenaar is inderdaad steeds nooddruftig geweest, maar toch heeft hij de eisen van zijn artistieke activiteit nooit in twijfel getrokken. “Het is door de miserie dat ik het leven naderbij gekomen ben,” schreef hij ooit.
“Zodra je de levensloop van de man kent, zijn eisen, zijn ethische zoektocht naar de zin van het leven, dan verandert ook de kijk die men op zijn oeuvre heeft.” En die kijk verandert ook mettertijd. Bruno Van Lierde: “Omdat hij ‘de kunstenaar van de kunstenaars’ was, hangen er weinig werken van hem in de musea. Zijn schilderijen zijn doorgaans eigendom van privé-verzamelaars en dus moeilijk toegankelijk. Wat mij interesseert, is het parcours dat ik met een of ander doek doorloop. Daarbij gaat het niet noodzakelijk om een fysieke confrontatie, het gebeurt allemaal in het hoofd. Ik heb er geen behoefte aan om het doek te bekijken. Een doek dat thuis wordt opgehangen, is trouwens al snel een onderdeel van de decoratie.”
Methodisch vouwen
Een stap verder dan het schilderij en het doek staat Simon Hantaï, een Hongaars kunstenaar die zich vlak na de oorlog in Frankrijk vestigde. De man zowel als zijn oeuvre fascineren Van Lierde. “Hantaï werkt vanuit het schilderij, hij verricht werk op het doek, hij knoopt en plooit het. Daar is een vorm van technisch werk mee gemoeid _ methodisch vouwen _ die hij al jaren onvoorwaardelijk en strikt volgt en die een ‘schilderwerk’ naar buiten brengt dat niet langer het resultaat is van de beheersing van een bepaald onderwerp door de kunstenaar, maar wel degelijk van de onderwerping aan een methode.”
Simon Hantaï heeft zich steeds afzijdig gehouden van de gekunstelde wereld die rond de kunst wordt opgehangen. In 1982 hield hij ermee op, niet met werken, maar met het tentoonstellen van zijn werken, net op het ogenblik dat er eindelijk erkenning kwam. Hij stelde slechts opnieuw tentoon in 1998. Zijn oeuvre is ook het resultaat van een denkoefening over wat de mens kan bereiken. “Op zekere dag,” zo herinnert Van Lierde zich, “toonde Simon Hantaï me een klein stukje doek van tien centimeter breed, niet meer. Hij zei tegen me: ‘Nu heeft mijn leven zin gekregen, omdat ik zoiets als dit heb bereikt.’ Hij vernietigt enorm veel, versnijdt, herschikt en behoudt enkel wat hem het sterkst toeschijnt.”
Kunst zal voor Bruno Van Lierde nooit een beroep worden, ook de kunsthandel niet, in beslag genomen als hij is door zijn verplichtingen als internationaal consultant. “Ik kan me wel indenken dat kunst op een bepaald ogenblik in mijn leven een activiteit kan worden, maar zeker geen beroep.” Ondertussen werkt hij wel mee aan de verspreiding van de kunst als voorzitter van de Vereniging voor Tentoonstellingen van het Paleis voor Schone Kunsten in Brussel en biedt hij zichzelf vrije ruimte om te dwalen langs de Biënnale van Venetië, de beurs van Bazel of de Londense kunstgalerijen. Evenzoveel openingen op het leven, maar ook ontmoetingen met kunstenaars. “Dat zijn vaak mensen met een uitzonderlijke intelligentie en cultuur.”
Henri Dupuis
De komende maanden volgen er nog meer reportages waarin kaderleden en kunst elkaar ontmoeten.
“Simon Hantaï vernietigt enorm veel, versnijdt, herschikt en behoudt enkel wat hem het sterkst toeschijnt.” [Bruno Van Lierde, Boston Consulting Group]
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier