‘Volvo Gent staat niet ter discussie’

In het Zweedse hoofdkantoor van Volvo wordt geen seconde gesproken over een eventuele sluiting van de fabriek in Gent. Dat benadrukken de Vlaamse topmannen in Göteborg, Geert Bruyneel en Alain Visser. “Integendeel, wij moeten fabrieken bijbouwen.”

Torslanda, eind oktober. Het is al behoorlijk kil op het uitgestrekte domein bij Göteborg, waar het hoofdkantoor van Volvo is gevestigd. Maar Susanne Pietilä is in haar nopjes met de Zweedse variant van de Indian summer. “Normaal zou er nu al sneeuw liggen”, weet de secretaresse van de Vlaamse Volvo-topman Geert Bruyneel. Op de vijfde verdieping van het Volvo-hoofdkantoor wachten Geert Bruyneel (54) en Alain Visser (51). De twee Vlamingen bekleden een toppositie in de onderneming. De Antwerpenaar Visser is lid van het wereldwijde directiecomité, als hoofd marketing en verkoop. Na een internationale carrière bij Ford en General Motors, trok hij in 2012 naar Göteborg. Zijn opdracht is niet mals. Volvo wil de verkoop opdrijven van geen 430.000 wagens vorig jaar naar 800.000 stuks tegen 2020. Het straatbeeld van Göteborg wordt overigens opvallend gekruid door het Zweedse merk, dat in eigen land een marktaandeel van liefst 20 procent heeft.

Geert Bruyneel, opgegroeid in de Vlaamse Ardennen, werkt al een kwarteeuw bij Volvo. Sinds de zomer van 2013 bewaakt hij de leverancierskwaliteit en is hij verantwoordelijk voor de logistieke keten: van de autoband die binnenrolt in de assemblagefabriek tot de levering van de afgewerkte Volvo aan de dealer. Geert Bruyneel heeft een perfect zicht op de schommelingen in de productievolumes in de vier grote fabrieken. Dat zijn er twee in opstart in China (Chengdu en Daqing), een in Torslanda, en een in Gent, de grootste.

Volvo blaast in België warm en koud over de fabriek in Gent. Soms klinkt het dat de productiviteit top is. Dan weer klaagt CEO Hakan Samuelsson over de veel te hoge loonkosten in België.

GEERT BRUYNEEL. “Loonkosten blijven altijd belangrijk. We moeten daar niet hypocriet over doen. Het is ook niet meer dan normaal dat we zeggen hoe belangrijk loonkosten in het totale kostenpakket zijn. Dat wordt soms als een bedreiging gezien, maar dat is zeker niet de bedoeling. Loonkosten zijn een belangrijk deel van het totale kostenpakket, maar daar stopt het ook mee. We zijn daar niet elke dag mee bezig. En we zijn ook terecht fier op de welvaart die wij hebben, zowel in Zweden als in België. We weten dat we leven in landen met vrij hoge loonkosten, in vergelijking met China of Oost-Europa.”

Maar u hebt wel een eigenaar die daarover klaagt?

BRUYNEEL. “Zo zou ik het niet stellen. Vooral een hoge productiviteit is belangrijk. Die kunnen we intern veel beter controleren en sturen. In de Europese fabrieken is de productiviteit dus extreem belangrijk als we de juiste balans willen vinden tussen loonkosten en productiviteit. Gent heeft daar zeker de juiste attitude. De fabriek wil de productiviteit, de kwaliteit, de kennis en vaardigheden van de werknemers continu verbeteren. Dat is een rode draad in de bedrijfsvoering.”

Welke van de twee is productiever: Gent of Torslanda?

BRUYNEEL. “Ze halen ongeveer hetzelfde niveau. De verschillen zijn onbeduidend. Ze hebben dezelfde productielijnen, dezelfde machines, en ook de manier van werken is dezelfde.”

Is dat dan wel voldoende? ‘Even competitief zijn als Zweden’ zou niet goed genoeg zijn.

ALAIN VISSER. “Ik begrijp die bezorgdheid, zeker na wat er de voorbije tien jaar gebeurd is in de Belgische autoproductie. Maar zelfs bij de beste onderdelen van de groep zullen we continu dingen verbeteren. Het is niet omdat de zaken goed draaien, dat je ze los kunt laten en je kunt concentreren op de rest. Dat geldt ook voor Gent.

“Eigenlijk zit Volvo in een luxepositie. We zijn een vrij kleine autoproducent, maar we kampen als een van de weinige niet met overcapaciteit. Integendeel, we moeten onze capaciteit uitbreiden. Met onze huidige productiecapaciteit kunnen we nooit ons streefdoel van 800.000 wagens in 2019-2020 halen. We hebben onze fabrieken dus nodig, vooral Zweden en België. De toekomst van de fabriek in Gent staat niet ter discussie. Ik blijf dat graag herhalen. De Belgen mogen op beide oren slapen. De enige vraag is welke auto’s we in welke fabrieken zullen bouwen. Daar hebben we nog geen antwoord op.”

BRUYNEEL. “De vraag wat er in de toekomst met Gent gebeurt, is hier gewoon geen thema. Daar wordt hier geen seconde over gesproken.”

En toch. Uw Chinese eigenaar, Li Shufu, toonde zich vorig jaar in oktober tijdens een bezoek bij de toenmalige Vlaamse minister-president Kris Peeters bijzonder misnoegd over de Belgische loonlasten.

VISSER. “Die eventuele misnoegdheid is mij totaal onbekend. Er is intern nooit iets gemeld over wat Li Shufu toen gezegd zou hebben. Weet je, ik heb al zoveel dingen gelezen over wat Li Shufu zogezegd zou hebben gezegd. Maar hij is helemaal niet betrokken bij dergelijke operationele discussies. Wij hebben een Chinese eigenaar, die bijzonder weinig betrokken is bij de operationele activiteiten. Hij is volledig op de hoogte van onze plannen, maar hij stuurt de onderneming niet. Ik lees vaak dat Li Shufu heeft beslist dat hij dit of dat model op de markt wil brengen, maar bij die gesprekken is hij zelfs niet aanwezig. In de publieke opinie overheerst het gevoel dat de Chinezen de scepter zwaaien bij Volvo. Dat is niet zo. Volvo wordt geleid in Göteborg, door het managementteam hier in Zweden.”

Li Shufu is wel voorzitter van uw raad van bestuur.

VISSER. “Hij neemt zelfs niet langer deel aan de vergaderingen, omdat hij het proces zou vertragen, gezien zijn gebrekkige kennis van het Engels. Officieel draagt hij de titel van voorzitter. Maar door er niet bij te zijn, heeft hij een duidelijk signaal gegeven. De band met onze overkoepelende holding Zhejiang Geely Holding Group is intensief en constructief, maar het is geen band zoals ik die ken uit het verleden. Toen ik nog voor de Europese activiteiten van General Motors werkte, gaf Detroit zijn toestemming voor alles en werd de directie aangesteld door Detroit. Bij Volvo komen de directie en de toestemming uit Göteborg.”

Dat is te merken in Gent. In Göteborg kunnen ze de hogere stakingsbereidheid in België niet begrijpen.

BRUYNEEL. “Dat heeft niets met Volvo te maken. Het is een algemeen Belgisch fenomeen, dat losstaat van Volvo. Zeker wilde stakingen kennen ze in Zweden niet. Stakingen zijn er ook wel, maar die worden gepland in onderling overleg.”

De Belgische vakbonden organiseren op 15 december een nationale stakingsdag. Dan wordt wellicht ook bij Volvo in Gent gestaakt?

BRUYNEEL. “Dat zou wel kunnen.”

Wanneer werd in Torslanda de laatste keer gestaakt?

BRUYNEEL. “Dat weet ik niet.”

Dus moet het heel lang geleden zijn?

BRUYNEEL. “Inderdaad. Het gebeurt hier veel minder. Dat is een groot verschil met Gent. Stakingen zijn dus niet te verwaarlozen. Het gaat meer om het signaal dat wij aan het buitenland geven.”

WOLFGANG RIEPL IN GÖTEBORG

“In de Europese fabrieken is de productiviteit dus extreem belangrijk als we de juiste balans willen vinden tussen loonkosten en productiviteit. Gent heeft de juiste attitude”Geert Bruyneel

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content