Vlaamse bedrijven investeren in Afrikaanse landbouw
Efficiënte privé-inbreng in ontwikkelingsprojecten wordt een thema op de bijeenkomst van de wereldelite in Davos. Een voorbeeld is het African Agricultural Capital Fund, gesteund door Vlaamse bedrijven via Incofin.
De Vlaamse investeringsmaatschappij Incofin wordt fondsenmanager voor Volksvermogen, de Vlaamse aandeelhouder in het nieuwe Africa Agricultural Capital Fund (AAC), dat gefinancierd wordt door de Amerikaanse Rockefeller Foundation en de Britse Gatsby Foundation. Doel: de voedselproductie in Afrika op een hoger niveau tillen .
Volksvermogen is een holding van de christelijke arbeidersbeweging en grootaandeelhouder van VDK Spaarbank. VDK is een van de belangrijkste aandeelhouders van Incofin, naast Bekaert, Tractebel, KBC, Roularta Media Group, Association Verelst, Ackermans & van Haaren, VKW, Aveve en tientallen andere grote en kleinere Vlaamse ondernemingen en particuliere investeerders (zie: www.incofin.be). Incofin bereikt momenteel 300.000 micro-ondernemers in Afrika en Latijns-Amerika.
Aveve-voorzitter Walter Vandepitte vertegenwoordigt Incofin in de raad van bestuur van AAC, dat middelgrote landbouwbedrijven in Oeganda, Kenia en Tanzania rechtstreeks zal bijspringen. Rockefeller en Gatsby investeren elk 3 miljoen dollar in AAC, Volksvermogen start met een half miljoen dollar.
De Rockefeller Foundation (www.rockfound.org, 3 miljard dollar eigen vermogen) steunt onder meer projecten op het vlak van voedselveiligheid en de verbetering van landbouwtechnologie in Afrika. Gatsby (www.gatsby.org.uk) is een initiatief van de Britse warenhuisketen Sainsbury. Volgens Frans Verheeke, voorzitter van Volksvermogen, waren Rockefeller en Gatsby geïnteresseerd in samenwerking wegens de bedrijfsmatige aanpak van Incofin. Rockefeller en Gatsby willen weg van louter liefdadigheid en verwachten van ondernemers die ze in het Zuiden steunen, een efficiënte bedrijfsvoe- ring en een redelijk rendement. Ze sluiten daarmee aan bij een thema dat deze maand ook ter sprake komt op het World Economic Forum in Davos.
Na grondige terreinstudies kwam Rockefeller tot de volgende conclusies:
70 % van de bevolking in Afrika leeft van landbouw.
Buitenlandse investeerders en banken financieren grote bedrijven en projecten (mijnsector, telecommunicatie, grootschalige landbouw), waar returns van 15 tot 30 % mogelijk zijn.
Middelgrote privé-landbouwbedrijven kunnen nergens terecht voor financiering, want zijn te groot voor microfinanciering en te klein voor de commerciële banken.
Nochtans vormen vooral die middelgrote bedrijven de basis van een binnenlandse ontwikkelingsdynamiek en samenwerking met kleine boeren.
De Rockefeller Foundation kwam in contact met Incofin via Naseco, een zaadveredelingsbedrijfje in Oeganda waarin Incofin participeert, meteen ook het type bedrijfjes dat AAC voor ogen heeft: veredeling van gewassen en zaadproductie, graanhandel, voedselproductie- en verwerking. AAC streeft naar een rendement op eigen vermogen van 10 % (dat is 2 tot 3 % voor de aandeelhouders).E.B.
E.B.
Middelgrote landbouwbedrijven zijn de motor van lokale ontwikkeling.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier