VLAAMS-ZAIRESE KAMER. Goede bedoelingen op drijfzand ?
Ere-konsul-generaal van Zaïre Robert De Moor is een gedreven pleitbezorger van Zaïre. De Moor is pas terug van een kort bezoek aan Kinshasa. 1995 was het jaar van zijn eerste kennismaking met dat land : De Moor vertoefde twee keer gedurende enkele dagen in de Zaïrese hoofdstad, eind juli en begin oktober jl. De CVP-ers Johan Van Hecke en Leo Delcroix klopten vóór hun recente Zaïre-trip (die in de voorbije weken de aanzet vormde tot de zgn. “Zaïre-bocht van de CVP”) bij De Moor aan voor advies.
Robert De Moor heeft nu het initiatief tot oprichting van een Vlaams-Zaïrese Handelskamer genomen. Stichtende leden zijn, naast voorzitter De Moor, twee personeelsleden van De Moors bedrijven in Zottegem, Henri Persin, de huidige voorzitter van de Internationale Jaarbeurs van Vlaanderen in Gent en Piet De Jaegher, een van de direkteuren bij de Zaïrese rederij (zonder schepen) CMZ of Compagnie Maritime Zaïroise in Antwerpen. Behalve De Jaegher zijn het allen mensen zonder de minste Zaïre-ervaring (afgezien van, het moet gezegd, de oprechte humanitaire inzet van De Moor via zijn konsulaat in Gent voor allerhande in problemen verkerende Zaïrezen zie Trends van 6 juli jl.). Leden-bedrijven heeft de nieuwe handelskamer nog niet, werving kan pas na publikatie van de statuten in het Belgisch staatsblad. Op aanraden van Persin werd parallel met de Vlaamse Kamer ook een Waals-Zaïrese Kamer opgericht, met grotendeels dezelfde leden. Als voorzitter van die Waalse Kamer werd direkteur-generaal Zeghbe van de CMZ-rederij aangeduid. Zeghbe is een schoonbroer van president Moboetoe, maar ook de voorzitter van de ingedommelde vereniging Asozabel, met (op papier) zo’n 150 leden, waaronder een aantal Zaïrese overheidsbedrijven met kantoor in Brussel of Antwerpen zoals de kopermaatschappij Gécamines.
De Zaïrezen zijn erg opgetogen met de initiatieven van ere-konsul De Moor. Eindelijk een frisse wind, vinden ze, iemand die niet besmet is door een koloniaal of recenter neokoloniaal verleden. Dat heeft inderdaad zijn voordelen. Vraag is echter of De Moor geen gewillig slachtoffer wordt voor manipulaties door gewiekste Zaïrese politici en zakenlui. De tragiek van de Belgisch-Zaïrese betrekkingen is dat zij ofwel gedomineerd worden door affairisten of door mensen met goede intenties maar die verloren lopen in het Zaïrese kluwen.
Hierop replikeert De Moor : “Ik wil dit louter zakelijk houden. Ik heb voor dit initiatief geen kontakten gehad met Zaïrese politici, noch in Zaïre, noch in België. Wel heb ik die noodzaak aangevoeld, nadat verschillende kleine Zaïrese ondernemers op het konsulaat in Gent kwamen aankloppen met vragen naar Belgische partners en produkten. Vervolgens heb ik in Zaïre een tiental van deze ondernemers ontmoet. Dat er behoefte is aan zo’n handelskamer leid ik ook af uit het feit dat er sinds twee jaar in Kinshasa een goed funktionerende Chambre de commerce et de l’industrie franco-zaïroise bestaat, met een honderdtal leden. Dit jaar publiceerde die Franse handelskamer voor de tweede keer een annuaire met uitgebreid adressenbestand van haar leden en met publiciteit. Als we bij de pakken blijven zitten, zal er ook niets gebeuren. “
ROBERT DE MOOR (ERE-KONSUL VAN ZAIRE) Er is het voorbeeld van de Vlaams-Chileense handelskamer, een initiatiefvan Henri Persin.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier