“Verleiden mag, misleiden niet”

Vrijdag 27 juni publiceert de Commissie voor Bank-, Financie- en Assurantiewezen (CBFA) haar jaarverslag. Onder druk van de publieke opinie en strengere regelgeving neemt het aantal interventies van de toezichthouder toe.

Begin deze maand onthulde de VRT-reportage van Panorama de verleidingstechnieken van de banken om klanten te laten intekenen op telkens nieuwe fondsen – ongeacht de risico’s – om lucratieve commissielonen te kunnen opstrijken. Zelfs Freya Van den Bossche (sp.a), voormalig begrotingsminister, jaagt een jaar na de verkiezingen opnieuw op het consumentenbedrog.

“In de grond ben ik blij met het debat”, zegt CBFA-voorzitter Jean-Paul Servais (44), architect van de beurshervorming in ons land. “Toen ik vijftien jaar geleden bij de toenmalige bankcommissie in dienst trad, was de problematiek van misleidende reclame geen discussiepunt bij de publieke toezichthouder. Op het vlak van informatieverstrekking controleerde de CBFA toen de gegevens van beursgenoteerde bedrijven of openbare overnames. Vandaag eist de belegger duidelijke informatie over alle bank- en verzekeringsproducten. Daarom hebben wij de laatste jaren een aantal maatregelen genomen om de transparantie in de sector te verbeteren. Zo onderwerpen wij advertenties, radio- en tv-spots van financiële instellingen die verband houden met sicavs, beursintroducties en openbare overnamebiedingen, vooraf aan een inspectie.

“Alle reclamedragers van iedere bank passeren eerst langs de CBFA. Naast de tijdelijke schorsingen van aandelen – een 30-tal keren per jaar – weigeren we regelmatig de publicatie van een publiciteitscampagne voor collectieve beleggingen.”

Toch glippen nog regelmatig cowboys door de mazen van het net. Zo klaagt Budget & Recht – het financiële magazine van de verbruikersunie Test-Aankoop – regelmatig slogans van grootbanken aan?

SERVAIS (CBFA). “Het is praktisch niet haalbaar om alle misbruiken te voorkomen. Bovendien blijft bij reclame een subjectief beoordelingselement bestaan. Zo valt moeilijk in te schatten hoe een affiche in werkelijkheid overkomt. Maar met goede preventie kun je veel problemen oplossen. Sinds 2004 beschikt de CBFA over de bevoegdheid om publiciteit voor collectieve beleggingen vooraf goed te keuren. Later werd die taak uitgebreid naar beursintroducties, -noteringen en openbare overnames.

“De maatregelen hebben hun vruchten al afgeworpen. Zo heb ik twee jaar geleden een zeer agressieve advertentie van een buitenlandse overnemer in de dagbladen kunnen stoppen (bij de overname van Arcelor door Mittal, nvdr).

“Het is een belangrijk wapen om financiële informatie objectief te houden. Ook voor sicavs. Ik maak soms drukkers depressief door affiches, die al af zijn, te verbieden (in 2007 haalde Fortis na een telefoontje van de CBFA zijn 3x3x3-folders weg uit de bushokjes, nvdr). Ik heb zelfs een bank gevraagd klanten de mogelijkheid te bieden om terug te komen op bepaalde contracten, die al ondertekend waren (Multiple Capital Repayment 4 Notes van Dexia Funding Netherlands, nvdr). Dat is toen ook gebeurd.”

Zou het niet beter zijn de publicatie te verplichten van het verwachte rendement op jaarbasis, en dat over de volledige looptijd van de belegging?

SERVAIS. “Dat is de taak van de wetgever. Principieel zijn rendementsperspectieven in de sector van de instellingen voor collectieve beleggingen zelfs verboden. Die prognoses hangen immers sterk af van wisselende marktomstandigheden. Ondertussen overlegt de CBFA permanent met de promotoren van die effecten over misleidende reclame in de schoot van BEAMA, de beroepsvereniging van ‘asset managers’.

“Dat leidt tot interne richtlijnen over wat wel of niet kan. De CBFA beschikt nu over medewerkers, die gespecialiseerd zijn in de analyse van advertenties in de geschreven en audiovisuele pers. Vijftien jaar geleden zou dat als pure ‘science fiction’ bestempeld zijn. Voorts vragen wij ook geregeld aan de ‘compliance officers’ van de banken om bij ons te komen om over de problematiek te discussiëren. Door de integriteit van de medewerkers te controleren spelen de ‘complaince officers’ een steeds belangrijker rol in de financiële sector. Zij hebben een impact op het geheel van de bank met inbegrip van de kantoren.

“Banken hebben er overigens alle belang bij hun reputatie ongeschonden te houden, want een tevreden klant komt terug. Het is wel al voorgevallen dat wij bepaalde publiciteitscampagnes acht tot tien keer weigerden, voor we de inhoud van de tekst goedkeurden. Verleiden mag, misleiden niet. Die preventieve aanpak werpt haar vruchten af. Zo zijn er amper nog klachten over de publiciteit van sicavs bij de ombudsman voor de banken. Ik meen te kunnen zeggen dat men die afname van klachten grotendeels kan toeschrijven aan onze tussenkomst vooraf.”

Toch zie je regelmatig nog advertenties verschijnen over levensverzekeringen, gekoppeld aan beleggingsfondsen (Tak23), die een vast rendement van 7 % mét kapitaalgarantie beloven?

SERVAIS. “Spijtig genoeg bestaat de preventieve controle niet in de verzekeringssector. Hier worden we namelijk geconfronteerd met een bepaling uit een oude Europese richtlijn van 1992. Die stelt dat de toezichthouder geen systematische noch individuele controle ‘a priori’ mag uitoefenen. Alleen ‘a posteriori’ en niet-systematisch toezicht op verzekeringscontracten en publicitair materiaal is toegelaten. Dat is echter een belangrijke lacune in het systeem.

“Telkens ik de Europese Commissaris Charly Mc Creevy – bevoegd voor interne markt – zie, gooi ik mijn volle gewicht in de weegschaal om dit euvel aan te kaarten. In de kringen van Berlaymont staat dit zelfs bekend als de ‘Belgische opmerking’. Wij wachten nu al een jaar lang op een initiatief van Europa. Ondertussen heeft de Europese Commissie al een zogenaamde ‘call for evidence’ – de uitdrukking spreekt voor zich – gelanceerd, waarbij ze onderzoekt of de verschillen in informatie- en distributieregels afbreuk doen aan de beleggersbescherming. Mogelijk komt er dan ook binnenkort een doorbraak. Maar zolang de Europese richtlijn niet is aangepast, kan men niets aan het nationale parlement vragen. Wel tekenden de Belgische beroepsverenigingen vorig jaar op ons verzoek een gedragscode om een ‘level playing field’ te creëren. Per Tak23 wordt nu een individuele fiche opgesteld.”

Werkt deze vorm van autoregulering? Lokale makelaars zetten de klanten nog altijd onder druk om dure, risicovolle beleggingsfondsen te kiezen?

SERVAIS. “De eerste resultaten zijn bemoedigend. Natuurlijk is een Europese richtlijn, die bank- en verzekeringsproducten gelijkschakelt, per definitie beter. Nu vallen buitenlandse maatschappijen met een Europees paspoort buiten ons vizier, behalve als het algemene belang in gevaar komt. Maar voorlopig moeten we roeien met de riemen die we hebben.

“Gelukkig verandert de mentaliteit snel. Enkele jaren geleden botste ik nog op heel wat weerstand tegen mijn plannen van voorafgaande controle op reclame voor sicavs. Nu staat praktisch iedereen achter de idee van uitbreiding naar levensverzekeringen. Ook de ‘compliance officers’ van de financiële instellingen zijn vragende partij om moeilijkheden achteraf – zoals bij SpaarSelect en Legiolease – te vermijden. Een uniforme aanpak ‘a priori’ dringt zich op. Vraag is echter of we moeten komen met zeer gedetailleerde normen, zoals bijvoorbeeld de grootte van de kleine lettertjes. Ik betwijfel dat.”

Kun je niet beter, zoals bij hypotheekleningen, transparantie over het jaarlijkse kostenpercentage opleggen?

SERVAIS. “Bij woonkredieten passen wij ook een controle ‘a posteriori’ toe. Zo hebben wij achteraf met succes aan dertien banken gevraagd hun hoge uitstapkosten in te trekken. Dat is gebeurd! Ten slotte ziet de CBFA erop toe dat in de financiële sector geen gereglementeerde producten of diensten worden aangeboden zonder de vereiste toelating, vergunning of inschrijving. Zo kregen wij het afgelopen jaar 343 vragen om inlichtingen van verontruste beleggers. Indien blijkt dat er instellingen actief zijn die niet over de gepaste vergunningen beschikken of frauduleuze voorstellen doen, legt de CBFA een strafklacht neer. Deze maand lanceren we ook de nieuwe ‘Consumentengids over de MiFID-richtlijn’. Nog dit jaar verschijnt een vergelijking tussen sicavs en Tak23-producten.”

Wat betekent de nieuwe richtlijn over financiële instrumenten (Mifid) voor de belegger?

SERVAIS. “Sinds 1 november 2007 gelden in de 27 lidstaten dezelfde regels. Als voorzitter van de Europese Mifid Expertgroep heb ik een samenwerkingsprotocol tussen de verschillende toezichthouders laten goedkeuren om te vermijden dat bepaalde activiteiten dubbel of niet onderzocht worden. Zo hebben we bijvoorbeeld vastgelegd wie nu de activiteiten van een Engels bijkantoor van een Duitse grootbank moet controleren.

“De impact van Mifid op de Belgische spaarder is zeer groot. Financiële instellingen zijn namelijk verplicht een interactieve dialoog met hun klanten aan te gaan. Voortaan beschikt elke bank of verzekeringsmaatschappij over een gecentraliseerd klachtensysteem. Ook zijn alle vormen van beleggingsdiensten aan bijzondere verplichtingen, zoals de opstelling van een risicoprofiel, onderworpen. Iedereen krijgt een aantal documenten en vragen voorgeschoteld. Dat leidt tot meer files in de bankfilialen. Maar dit is een bescherming van de consument en geen voorbode van een vermogenskadaster, zoals sommigen die adminis-tratieve normen verkeerdelijk ervaren.”

Wordt de belegger zo niet te veel bemoederd, zodat de bank gaat bepalen in welk product hij moet stappen?

SERVAIS. “Nu moet elke klant een formulier met financiële vragen invullen, zodat de bank zijn beleggingsprofiel kan bepalen en rekening kan houden met de kennis van de cliënt. Bovendien legt Mifid de bewijslast voortaan bij de banken en niet meer bij de klanten. Banken mogen enkel die producten verkopen die de cliënt begrijpt. Dat is een belangrijke bescherming van de consument.

“Bovendien sturen wij gemengde ploegen ter plaatse. Dit betekent dat mijn mensen naar de financiële instellingen gaan, niet alleen om te controleren of zij wel hun financiële verplichtingen kunnen nakomen, maar ook om te beoordelen of zij ten aanzien van de klanten de gedragsregels respecteren. Dat is een primeur in de Europese Unie. Gelukkig zijn de geesten nu aan het veranderen. De financiële instellingen beginnen het belang van de maatregelen te begrijpen. Zij zien het feit dat zij ‘Mifid-compliant’ zijn als een kwaliteitslabel, een concurrentieel voordeel.”

Opnieuw ontsnapt de verzekeringssector aan de wettelijke informatieplichten, hoewel hij ook beleggingsproducten verkoopt?

SERVAIS. “Voorlopig nog wel, ja. Maar de Europese Commissie is begonnen met een analyse van de bestaande Europese regels met als doel na te gaan of de gewone belegger wel voldoende beschermd is voor het geheel van beleggingsproducten, dus ook voor de verzekeringsproducten en gestructureerde termijndeposito’s. In juli vindt een publieke hoorzitting plaats. Tegen de herfst zal de Commissie terzake een verklaring afleggen Het is immers belangrijk dat gelijkwaardige informatie- en distributieregels voor gelijkaardige producten, zoals sicavs en Tak23, gelden.

“Ondertussen sloot de CBFA vorig jaar een gedragscode met de Belgische beroepsfederatie Assuralia af. De verzekeringsmaatschappijen en bemiddelaars geven nu systematisch informatie aan de klanten via gestandaardiseerde documenten. Als toezichthouder zullen wij via onze inspecties nagaan in welke mate de sector de gedragscode opvolgt.”

Het ontbreekt immers aan financiële vorming van de klant?

SERVAIS. “Inderdaad. Dat is een topprioriteit voor de CBFA. Om de kennis van beleggingsproducten bij het grote publiek te bevorderen, zullen we voorstellen om in 2008 een Instituut voor Financiële Vorming (IFV) op te richten. Dat is een gemeenschappelijke taak van de overheid, het onderwijs, de consumentengroepen, de financiële sector en de media.

“Daar wringt immers het schoentje. Uit eigen ervaring – ik geef les aan de universiteit van Brussel (ULB) – weet ik dat de jeugd geen kaas heeft gegeten van beleggingsproducten noch van pensioensparen. De opleiding ‘personal finance’ staat zelfs niet in het programma van de Master Economie of Rechten. Dat is zeker te betreuren!” (T)

Door Daan Killemaes en Eric Pompen

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content