VANDEMOORTELE. Geven en nemen
De Westvlaamse groep Vandemoortele verwerft vier fabrieken in Frankrijk voor haar dochter Vamo Mills. In ruil groeit het belang van de Franse holding Soprol in Vamo Mills van 15 naar 49 procent.
Locatie : Parijs.
Eric Swenden, topman van de Groep Vandemoortele, en Jean-Claude Sabin van de Franse holding Soprol hadden het Maison de l’Europe, een statige patriciërswoning hartje Parijs, uitgekozen om vorige donderdag, 23 februari, hun hernieuwde liefde te belijden. Beide top-zakenlui kennen elkaar al langer (Soprol is minderheidsaandeelhouder in Vandemoortele-dochter Vamo Mills), en blijven in elkaar geloven naar de toekomst toe. “De stap die we vandaag zetten, is bepaald niet alledaags, ” vertelde Eric Swenden tijdens de Europese perskonferentie waarop de uitbreiding van Vamo Mills met 4 Franse fabrieken en de tot 49 % verhoogde participatie van Soprol in het bedrijf bekend werden gemaakt. “Vamo Mills groeit immers door van 3,3 naar 5 miljard FF omzet (zo’n 30 miljard Belgische frank), van een produktiekapaciteit van minder dan 3 miljoen ton naar meer dan 4 miljoen, van 6 fabrieken naar 10 en van 370 werknemers naar 650. “
Vamo Mills is, alvast wat omzet betreft, de parel aan de kroon van het Vandemoortele-imperium (vandaag goed voor ruim 63 miljard omzet en 3320 werknemers). Deze dochteronderneming is gespecializeerd in het verwerken van oliehoudende zaden, en vindt klanten in de voedings- en de veevoederindustrie. Qua produktiekapaciteit zag Vamo Mills er “Europees” al best aardig uit (met 2 fabrieken in België, 2 in Duitsland en 2 in Frankrijk). Na het ondertekenen van het “Parijse akkoord”, komen daar nog eens vier fabrieken bij (Rouen, Bordeaux, Dieppe en Chalon-sur-Saonne), die toebehoorden aan Saipol, een operationele dochter van de holding Soprol. Vooral de fabriek in Rouen, pas nieuw sinds 1993, is een verrijking, al valt ze qua kapaciteit (450.000 ton) een ietsje lichter uit dan haar nieuwe broers in Izegem (550.000 ton) of Gent (1.050.000 ton). Bordeaux (450.000 ton), Dieppe (180.000 ton) en Chalon-sur-Saonne (75.000 ton) zijn beduidend kleiner, beduidend ouder ook. “Toch kunnen we dankzij deze Franse deal onze ambities kracht bij zetten, ” zei Eric Swenden. “Ik ga er van uit dat we nu, na de Amerikaanse groepen ADM en Cargill, de nummer drie zijn op de Europese scène met een marktaandeel van om en bij de 20 procent. En dit zonder financiële avonturen aan te gaan. In ruil voor de vier Franse fabrieken, stapt oude bekende Soprol gewoon wat steviger in het kapitaal van Vamo Mills (van 15 naar 49 procent). De Fransen betalen ons daar zelfs nog een som bovenop. Vandemoortele behoudt met 51 procent van de aandelen de meerderheid in het nieuwe Vamo Mills. “
SOMBER.
Al het voorgaande mag dan goed nieuws zijn voor Vandemoortele, toch is de kontekst waarin één en ander plaatsvindt eerder somber. Op de Parijse perskonferentie gaf Eric Swenden het maar schoorvoetend toe : Vamo Mills is vandaag verlieslatend en de hele branche ziet zwarte sneeuw. Direkteur-generaal Philippe Tillous-Borde van Soprol sprong Swenden echter meteen bij door erop te wijzen dat Vamo Mills wél een meer dan behoorlijke cash flow (140 miljoen FF) genereerde. “Finaal is dit nog altijd het belangrijkste teken van gezondheid, ” zei de Franse topman. Eric Swenden stak niet weg dat de voorbije jaren voor de hele sektor biezonder moeilijk geweest waren. “Pas sinds september 1994 zien we duidelijke tekenen van heropleving, ” aldus Swenden. Ook Saipol verwerkte de voorbije drie jaren haar oliehoudende zaden zonder winst te maken. De vier Franse fabrieken zullen nu door Vlaamse ingenieurs nader bekeken worden om ze tot een hoger rendement te brengen. Volgens Eric Swenden zal Vandemoortele echter vooral op commercieel vlak een duidelijke “synergetische” meerwaarde aanbrengen.
De Belgisch-Franse onderhandelingen hebben zowat een jaar aangesleept. De vier fabrieken van Saipol werden al die tijd gecoacht en gemanaged door de Argentijnse groep Bonge, dat recent te kennen gaf uit de deal te willen stappen. “De Fransen kwamen toen eerst naar ons toegestapt, ” zegt Eric Swenden. “Ze kenden ons en ze hadden blijkbaar veel vertrouwen. ” Voor Vandemoortele betekende het Franse voorstel een buitenkans, zeker in het licht van het zogenaamde Blairhouse-akkoord (1991) tussen Europa en de VS. Krachtens dat akkoord wordt de Europese produktie van oliehoudende zaden geplafonneerd. Nieuwe kapaciteit nastreven heeft in de gegeven omstandigheden geen zin. Blijft dus als alternatief : het binnenhalen van bestaande kapaciteit.
Het akkoord tussen Vandemoortele en Soprol heeft ook nog een klein, zij het niet onbelangrijk neveneffekt. Eric Swenden : “Naast de vier genoemde fabrieken, die voor de volle 100 procent eigendom worden van Vamo Mills, verkrijgen we ook nog een minderheidsparticipatie (20 procent) in Robbe, ook al een fabriek van de Saipol-stal. Het in Noord-Frankrijk gelegen Robbe is interessant omdat het oliehoudende zaden verwerkt tot energieprodukten (de zogenaamde veresterde raapolie). Dit is een produkt dat, zeker vanuit ekologisch oogpunt, de toekomst nog voor zich heeft. Via Robbe kunnen we wat bijkomende know-how opsteken. Dat is mooi meegenomen want in Beieren bouwt Vandemoortele momenteel een fabriek (100.000 ton) voor veresterde raapolie. “
K.C.
DE SAIPOL-FABRIEK IN ROUEN Een aanwinst van formaat voor Vamo Mills.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier