Vanbegin gelooft erin
Belgische professionals zonder rechtstreekse toegang tot de Challenge Tour hebben het niet makkelijk.
Raph Vanbegin, de profspeler uit Keerbergen, maakte uitstekend gebruik van de wildcard die hij in juni kreeg voor de DEXIA Open in Luxemburg. Achtentwintigste werd hij, op min zes. Niet slecht in de Challenge Tour, vooral niet voor iemand die er maar af en toe eens in meespeelt. Vóór het toernooi in Luxemburg had Raph inderdaad nog maar twee zulke toernooien gespeeld: een in Denemarken, waar hij met één slag de cut miste, en daarna in het Franse Saint-Omer, waar hij 36ste werd.
Na het Luxemburgse toernooi viel Raph helaas terug in de weinig benijdenswaardige positie van zowat alle Belgische profspelers die niet voor de Europese Tour (zoals Nicolas Vanhootegem of Didier De Vooght) of voor de Challenge Tour zijn gekwalificeerd. Ze hangen dan af van de goodwill van de organisatoren of van de sponsors, die beslissen of ze een wildcard krijgen. Het gaat hier uiteraard om spelers die hun sporen nog niet verdiend hebben, of niet voldoende om automatisch gekwalificeerd te zijn voor een circuit.
Raph Vanbegin: “Het grote verschil met een Spaanse, Italiaanse, Franse of Duitse profspeler is dat die jongens aan tal van toernooien kunnen deelnemen met een wildcard en dus de kans krijgen om er gestaag op vooruit te gaan. Hun federaties organiseren inderdaad manches van de Challenge Tour, waardoor hun profspelers niet alleen sneller een wildcard kunnen krijgen, maar ook al eens zo’n wildcard van buitenlandse organisatoren krijgen. Als ik de kans zou krijgen om een vijftiental toernooien per jaar te spelen, dan zou ik meer ontspannen kunnen golfen en ook sneller progressie maken.”
Pascal Vincent, de Franse bewindsman van de Challenge Tour in Luxemburg, zei dat hij niet begreep dat “de Belgische federatie het initiatief niet neemt om een of twee Challenge Tours te organiseren of te financieren in België. Als ze dat niet doen, dan zal België nooit voldoende touring professionals hebben. Momenteel is het verschil te groot tussen de amateurs die op internationaal niveau spelen en de twee professionals die gekwalificeerd zijn voor de grote Europese Tour. Zo kan je geen piramide bouwen.”
Maar zelfs in die moeilijke omstandigheden voelt Vanbegin zich zeer goed met de wending die zijn carrière dit jaar neemt. “Ik ben net 26 geworden en ik voel dat ik erop vooruit ga. Mentaal ben ik sterker dan vroeger. Mijn vader ( nvdr – Willy Vanbegin, een teaching pro in Keerbergen) heeft me altijd geleerd dat ik geduld moet hebben. En dat begint zo stilaan te lukken. Ik ben ervan overtuigd dat ik om het even wanneer kan scoren. Ik moet alleen eens de gelegenheid krijgen.”
JOHN BAETE
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier