“Van passanten klanten maken”

Eén centrale keuken, strategisch opgesteld, bedient de diverse zaken die onder de Mama Tomyvlag dienen. Hotel, broodjeszaak, brasserie, traiteur of slagerij: Mama Tomy hééft het allemaal in huis. In het drukke winkelcentrum van Blankenberge is de beeltenis van de moeder van Alexander Vantomme (52) al zeven jaar een vertrouwd gezicht. Zij stond – letterlijk – model voor de no-nonsenseaanpak van Vantomme. “Een eerlijke goedkope keuken, zoals thuis,” luidt de filosofie van de uit Gent aangespoelde slager. Het etablissement leunt aan tegen Het Witte Paard, de volkse cultuurtempel. Vele artiesten die er optraden hebben al de voedzame geneugtes van Mama Tomy mogen smaken. Studio 100 is ook al kind aan huis in het gerieflijke, eenvoudige hotel, dixit Vantomme, die meteen het reservatieboek doorbladert op zoek naar bewijsmateriaal.

Opvallend is de hoge bezettingsgraad, zomer én winter. In de zomer toeristen, in de winter Limburgse vaklui die overnachten tijdens een bouwproject aan de kust, bijvoorbeeld. “En we geven ze ‘s morgens nog een lunchpakketje mee ook,” lacht Vantomme, om de huiselijke sfeer te beklemtonen.

“Door dit concept kan ik het personeel efficiënt inzetten op verschillende locaties. Het geheel wordt rendabel, we bekijken de afzonderlijke delen niet apart.” De kern van Mama Tomy wordt gevormd door zo’n dertig vaste medewerkers, in de topmomenten aangevuld met nog eens een twintigtal jobstudenten. De nv New City is de spilvennootschap van de groep, die 162.000 euro bedrijfswinst en 574.000 euro brutomarge laat optekenen.

Met Alexander Vantomme door de zaak struinen heeft iets van een wiskundewedstrijd: de man goochelt tijdens de rondleiding met cijfers. Het zelfbedieningsrestaurant – 10 euro all-in – kan 120 man aan in één uur. Vijfhonderd liter soep brouwen kan in anderhalf uur. Het complex heeft een grondoppervlakte van 2000 m2. Vantomme is elke dag om 4 uur uit de veren, tegen 7 uur heeft hij de boekhouding gedaan en begint hij aan de bestellingen. “Mijn vader had negen zonen en wilde dat we elk in een welbepaalde tak van de aannemersstiel zouden belanden. Zo kon hij dan een grote familiale aannemersgroep uitbouwen. Het is enigszins anders gelopen,” lacht Vantomme, terwijl hij rondkijkt in de horecazaak, die aardig vol begint te lopen tegen het middaguur.

“Het sociaal toerisme was een zegen voor Blankenberge, dat daarom laagdrempelig is gebleven,” analyseert Vantomme. Prompt gooit hij er nog een wijsheid tegenaan: “We hebben geen klanten, maar passanten. Het is onze taak om van die passanten klanten te maken.”

L.D.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content