Van Gogh & Gauguin

De tentoonstelling ‘Van Gogh & Gauguin’ heeft de uitstraling van een van die jaarlijkse mega-exhibities, waar horden toeristen zich al een uur voor de opening van het museum voor de ingang verdringen om een ticket te bemachtigen. Is ‘Van Gogh & Gauguin’ in het Van Gogh Museum te Amsterdam uiteindelijk ook zo’n evenement geworden? De uitgebreide website (in zeven talen) met een on-lineshop en de ettelijke souvenirs (gaande van boeken en catalogi tot T-shirts en mokken) doen dit vermoeden. Maar de uiteindelijke tentoonstelling (nog tot 2 juni) biedt veel meer dan een zoveelste lukrake verzameling tekeningen en schilderijen.

Over de intens creatieve, maar moeizame relatie tussen Van Gogh en Gauguin werden al verschillende boeken geschreven en films gemaakt. Met het afsnijden van Van Goghs oor als dramatisch hoogtepunt. Hun relatie, vol jaloezie en misverstanden, kende weliswaar een bijzonder vruchtbare creativiteit. De tegenstellingen tussen de twee extravagante ego’s zorgden voor een voorspelbare scheiding.

Beide kunstenaars (en autodidacten) ontmoetten elkaar in Parijs anno 1887. Zowel Van Gogh als Gauguin volgden de toenmalige stroming van het impressionisme. Ze wisselden enkele schilderijen uit en Gauguin ging naar Pont Aven in het noorden. Van Gogh trok naar het zuiden en vestigde zich in Arles, waar Gauguin hem uiteindelijk in 1888 ging opzoeken.

De tentoonstelling vangt aan in 1885. De zelfportretten en stillevens van beide kunstenaars hadden nog niets van de kracht die hun latere werk zou kenmerken. Hun sleutelwerken uit de periode van voor 1888 zijn vooral een illustratie van hun verschillende invloedssferen. Deze worden via Japanse prenten en citaten uit hun briefwisseling aangeduid. Brieven maakten trouwens een wezenlijk onderdeel uit van de relatie tussen Gauguin en Van Gogh. Citaten uit die brieven hangen in elke zaal van de tentoonstelling. Het passionele geschrijf van Van Gogh contrasteert met de zakelijke en meer praktisch gerichte brieven van Gauguin. De briefwisseling tussen beide artiesten ging door tot na hun split in 1888. Van Gogh bleef in Arles, Gauguin verhuisde naar het Stille-Zuidzeegebied.

De wederzijdse invloed tussen Van Gogh en Gauguin tijdens hun verblijf in het kleine huisje in Arles (het ‘gele atelier’ of ‘het atelier van het zuiden’ genoemd) neemt een centrale plaats op de tentoonstelling in. Opvallend is de wijze waarop Van Gogh en Gauguin een moderne variant van de sacrale kunst uitzochten. Hier zit meteen ook hun tegenstelling. Bij Van Gogh valt het aardse en de spontaniteit op. Gauguin verhult zich bij voorkeur in symboliek. Van Gogh had een hekel aan kunst die niet zelfverklarend was.

De invloed van Gauguin op Van Gogh is duidelijk in Van Goghs twee versies van de ‘Sterrennacht’. In de vroege versie wordt de sterrenhemel geschilderd zoals Van Gogh die waarnam. De latere (en meest bekende) versie, met de opvlammende cipressen, vertoont een extatische sfeer en verraadt Gauguins voorkeur voor dromen en symbolisering van het landschap. Op zijn beurt stuurde Van Gogh zaad van zonnebloemen naar Gauguin in Tahiti. De tentoonstelling sluit dan ook passend af met Gauguins variant op de ‘Zonnebloemen’. Elk detail van hun zowel menselijke als creatieve relatie wordt uitgebreid belicht in de tentoonstelling en de telefoondikke catalogus. Zowel tentoonstelling als catalogus (kostprijs 45 euro) kwamen tot stand door de samenwerking tussen het Van Gogh Museum en The Art Institute of Chicago (waar de tentoonstelling vorig jaar plaatsvond).

Piet Goethals [{ssquf}]

‘Van Gogh & Gauguin – het atelier van het zuiden’, tot 2 juni, dagelijks van 9.00 uur tot 21.00 uur, ma en do van 9.00 uur tot 18.00 uur, Van Gogh Museum, Paulus Potterstraat 7, Amsterdam.

Toegangskaarten worden per tijdsblok verkocht en kunnen in België bij Fnac worden besteld.

Info: www.vangoghmuseum.nl of www.vangoghgauguin.com

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content