VAN DEBAT NAAR WERKELIJKHEID

EVOLUTIE.

Op dit ogenblik is in ons land de meerderheid van de werknemers verplicht 38 uur per week te werken. Een enkeling werkt iets minder (bijvoorbeeld 37 uur in de banksector, 36 uur in de verzekeringssector). Sinds de economische crisis van de jaren ’70 is er sprake van een forse vertraging in het proces van de arbeidsduurvermindering. Pas in de jaren ’90 komt het debat weer op gang : de arbeidsduurvermindering wordt een middel om de werkloosheid aan te pakken. Na een hoop academische discussies, komt de beweging voor de 32-urenweek pas echt op gang nadat in 1996 in Frankrijk de wet- Robien wordt goedgekeurd. Deze wet voorziet forse kortingen op de sociale bijdragen voor ondernemingen die een arbeidsduurvermindering koppelen aan het vermijden van ontslagen of het aanwerven van extra personeel.

De publieke opinie voelt zich echter nog niet sterk aangesproken door dit thema. Het houdt vooral de intellectuelen bezig. Uit een Europese studie van 1995 blijkt wel dat een derde van de werknemers van de Europese Unie een kortere arbeidsduur op prijs stelt, zelfs in combinatie met een salarisvermindering. In juli van dit jaar gaf een opiniepeiling in Le Monde aan dat een arbeidsduurvermindering 66 % van de Franse werknemers “persoonlijk interesseert”.

In België hebben inmiddels zowel politici als bedrijfsleiders voorzichtige stappen gezet. Johan Vande Lanotte (SP) heeft een plan uitgewerkt voor bedrijven die in moeilijkheden verkeren of een herstructurering ondergaan. Het biedt een vier jaar lange verlichting van de werkgeversbijdrage, in ruil voor een overgang naar 32 uur en de handhaving van de werkgelegenheid. Dit plan zal worden toegepast bij bandenfabrikant Uniroyal, brouwerij Belle-Vue ( Interbrew) en misschien Cockerill Sambre. Premier Dehaene heeft het plan eveneens aan de directie van Renault proberen te “verkopen”, maar zonder succes.

Daarnaast is er het Di Rupo-plan, dat in juli dit jaar tot stand is gekomen. Het plan van de PS-vice-premier is offensiever en meer gericht op nieuwe jobs dan op het behoud van banen. Het is een experiment voor twintig modelondernemingen… maar op dit ogenblik hebben er amper zes of zeven enige belangstelling getoond.

In België zijn de geslaagde voorbeelden van aanzienlijke en spontane arbeidsduurvermindering nog niet zeer talrijk. Eén van de pioniers is het Belgische verzekeringsfiliaal van GAN. Een dertigtal bedienden zijn overgeschakeld naar een 32-urige werkweek (mét salarisvermindering) om zo alle jobs te kunnen behouden. Een ander voorbeeld is spijkerfabriek Yvens-Decroupet, die tussen Luik en Houffalize ligt. Dit bedrijf heeft in april 1997 zijn voltallige personeel op een regime van 33 uur gezet. Vandaag willen de ongeveer dertig arbeiders en bedienden niets meer van het oude systeem weten. Maar het is niet gezegd dat ze niet gedwongen zullen worden dat opnieuw op te nemen : na zes maanden leidt het experiment, dat door de Waalse regering gesubsidieerd wordt, tot meerkosten die de directie van de spijkerfabriek niet voorzien had.

Le Vif/L’Express.

SOCIALE ACTIE Een derde van de werknemers in Europa stelt een kortere arbeidsduur op prijs.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content