Tomeloze ambitie

Marc Buelens
Marc Buelens Professor-emeritus aan de Vlerick Business School.

Ik ben net terug van bijna vier weken Vlasroute, een initiatief van enkele ondernemers die per jeep de historische zijderoute in de omgekeerde richting willen afleggen: van Vlaanderen naar Sjanghai. De bedoeling van dit initiatief is in de eerste plaats te ervaren, ervaringen te delen, inzichten te verwerven en inzichten te delen. In alle mogelijke richtingen. In deze en volgende column draag ik daar mijn steentje toe bij. Met dank aan Dirk Vyncke, de bezieler van het eerste moment, en aan mijn reiskompanen.

Ik ben de facto vertrokken in Kirgizië om via de beruchte Tourgartpas Noordwest-China te bereiken, en dan zo door te schuiven naar het oosten, heel vaak dicht bij de grens met Mongolië. Kirgizië is een ex-Sovjetstaat, straatarm, maar volgens velen het mooiste land ter wereld. Je kan over smaken lang redetwisten, maar ik zou die stelling niet willen tegenspreken. Brute natuur, bergtoppen, groene dalen en… de Chinezen die het land ontsluiten. Overal zie je de typische Chinese trucks die de grindwegen vol putten transformeren tot snelwegen. Je hebt er nauwelijks internet of gsm-verbinding. Wedden dat de Chinezen daar wel voor zullen zorgen? Kirgizië heeft bijna geen natuurlijke grondstoffen, maar wel een erg centrale ligging, en als transitland kunnen de Chinezen het wel gebruiken. Niemand investeert in dit land… behalve de Chinezen.

In welke Afrikaanse landen hebben we dit verhaal nog gehoord? En waarom investeren de Chinezen in de Caribische eilanden? Persoonlijk denk ik dat dit dé vergissing van de Verenigde Staten is: in plaats van politieman te spelen in al die landen, schenk ze infrastructuur, schenk ze economische vooruitgang. In ieder geval kan ik u een toeristische tip bezorgen: je hebt niet eens een visum nodig om het land te bezoeken. Vooral als je graag in een 4×4 rondhost en een sensationele ervaring zoekt tussen de paarden, de schapen, de Chinese trucks…

De eerste provincie die je bezoekt als je de grens oversteekt (zo’n elf controles, maar echt moeilijk deed niemand) is Xinjiang. Een zesde van het Chinese grondgebied, bijna zo groot als West-Europa, met 22 miljoen inwoners (dat is ruwweg zo’n 2 procent van de bevolking). Geen wonder dat de reisgidsen ‘verbazingwekkende nietsheid’ beloven.

Bij mij leefde vooral de volgende vraag: zouden de verhalen die je over China hoort, ook hier gelden? We spreken over een uithoek, een provincie die pas vanaf 1955 deel uitmaakt van China en waar vroeger, volgens de Han-Chinezen, de beschaving eindigde en enkel sterk behaarde wezens rondliepen.

Ik kan in mijn antwoord heel ongenuanceerd zijn. De Han-Chinezen getuigen ook in die afgelegen provincies van een tomeloze ambitie. Ze willen, ze zullen en ze moeten deze woestijngebieden ontsluiten. Waar vroeger de awesome no-thingness heerste, zie je nu landmeters, graafmachines, eindeloze hoogspanningslijnen. Door woestijnen ‘waar niemand van terugkeerde’, rijd je nu op perfecte snelwegen. Windmolenparken met duizenden turbines ontsieren het landschap. Het moderne China is geen land voor romantische zielen. Romantiek vind je in de verhalen over de Pagode van het Witte Paard in Dunhuang, waarin de boeddhistische monnik Kumarajiva (334-413) een prachtige pagode opricht voor zijn pas overleden witte hengst. Maar geen romantiek langs de kant van de weg, met om de zoveel honderd meter drie gsm-masten (China Mobile, China Telecom, China Unicom). Overal perfecte ontvangst gegarandeerd.

We kunnen enkel maar raden waarom de Chinezen zo veel investeren in dit afgelegen gebied. Willen ze vooral verdere etnische spanningen vermijden met de Oeigoeren, de oorspronkelijke, met de Turken verwante en sterk moslimgerichte inwoners? Willen ze strategische grondstoffen veiligstellen? Denken ze dat op grote schaal investeren hun economische groeimodel kan ondersteunen? Welke de reden ook is, er worden indrukwekkende inspanningen geleverd. Van bittere armoede is nergens een spoor te bekennen. De levensomstandigheden zijn, vooral in de moslimgebieden, vaak nog wat men dan primitief noemt, maar zeker niet mensonwaardig. Er zijn etnische spanningen met af en toe (ernstige) rellen, maar op geen enkel ogenblik had ik het gevoel in een kruitvat te zijn gestapt. Het Chinese model lijkt ook in de uithoek van het rijk vrij behoorlijk te werken.

De auteur is partner-hoogleraar aan de Vlerick Business School.

MARC BUELENS

Dit is dé vergissing van de Verenigde Staten: in plaats van overal politieman te spelen, schenk die landen infrastructuur, schenk ze economische vooruitgang.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content