TOERISME. VOORLOPER IN VIETNAM

In zijn kantoren, amper verheven boven het eeuwige rumoer van het Ba Dinh District in hartje Hanoï, straalt Vincent Moens (29 j.) de minzame sereniteit uit die eigen is aan avonturiers die van Zuidoost-Azië hun zakelijke biotoop wisten te maken.

Toerisme is zijn vak, net één jaar geleden heeft hij er Lotus International Tourism Co. opgericht. Maar Vietnam staat op dat vlak (en vele andere) nog in de kinderschoenen. Vooral groepen Fransen, die na het sukses van de film “Indochine” Vietnam willen induiken, kijken kollektief nogal teleurgesteld naar hotelkamers en menukaarten. Individuele toeristen daarentegen laten zich door die kleine ongemakken niet storen, ontwapend als ze zijn door de schoonheid van het land en de mensen.

In de reissektor heeft Brusselaar Vincent Moens zijn sporen reeds zowat overal ter wereld achtergelaten. Als toerist bezocht hij 105 landen, en ook zijn professioneel CV is grensverleggend. Nadat hij zijn studies als handelsingenieur omwille van een verkeersongeval in ’86 diende op te geven, vertrok hij voor vrijwilligerswerk naar Noord-Yemen, werd van ’88 tot ’90 reisgids in Peru, Chili, Bolivië, Mexico, Guatemala en Venezuela, kwam terug naar Parijs om het kantoorleven in ’91 weer gauw ver achter zich te laten : voor de hotelketen Accor ging hij in Tahiti het bureau Pacific Travel opstarten. Nog datzelfde jaar vertrok hij van daar naar Martinique om er als direkteur van Caribtours het aantal klanten in drie jaar tijd van 9000 naar 45.000 te brengen. Begin ’93 richt hij vlug even Tropictour op in Venezuela, waarna hij zijn dossiers nog voor het einde van datzelfde jaar overlaat aan een gerant. Tussen twee jetlags in heeft hij immers Andoni Etxeberria ontmoet, een Spaanse Bask die zijn zin voor avontuur en reizen koppelt aan zakelijke intuïtie. Etxeberria is de initiator van Havanatour, een internationale keten van tour-operators, die de hernieuwde aantrekkingskracht van Cuba had voorzien. Bij hun eerste ontmoeting is echter niet Cuba maar wel Vietnam de bestemming waar beide heren het over hebben. Het gevolg laat zich raden : op 11 januari 1994 zet Moens voet aan wal in wat de nieuwe toeristische belofte heet. Samen met de Vietnamees Nguyen Binh Minh, vat hij er het pionierswerk aan. Het land wordt zakelijk bezocht, hotels herbekeken, routes herdaan, keukens binnengedrongen, gidsen gebriefd. Enkele maanden later zit de keuze van een groot aantal georganizeerde tours en “à la carte”-exkursies in een nette brochure vervat, die op vakantiesalons in Berlijn en Parijs wordt uitgedeeld. Resultaat : het jaar ’94 wordt afgesloten met 900 reizigers die gemiddeld 10 dagen in Vietnam zijn gebleven. Een dertigtal reisorganizaties zijn reeds klant. Ook de incentive-reizen krijgen Moens’ aandacht : eind januari jl. stond hij bijvoorbeeld in voor de opvang van 140 Citroën-dealers uit Spanje.

En hij heeft nog meer pijlen op zijn boog : inmiddels heeft hij ook Lotus Commercial opgericht, dat grote ondernemingen begeleidt die zich in Vietnam willen vestigen, en maakt hij plannen voor een apart transportbedrijf.

VINCENT MOENS (LOTUS INTERNATIONAL TOURISM) Verschillende Vietnamese pijlen op zijn boog.