TELEWERKEN II. De snelle lijn

Voor “vaste” telewerkers is het advies eenvoudig. Schakel naar ISDN over als ook uw voornaamste korrespondenten dat doen.

Telewerkers, zo legden we vorige week uit, komen in soorten : de thuiswerker, de rondreizende vertegenwoordiger, de satelliet van het hoofdkantoor. Het hele eieren eten is om voor deze lieden de voordelen van het werken-op-afstand te kombineren met het werken-op-kantoor : ze toegang te geven tot dossiers, kollega’s, databases… alsof zij ‘s ochtends persoonlijk de prikklok waren gepasseerd.

Wat meteen opvalt is, dat u uw telewerkers niet dezelfde kommunikatiesnelheid als op kantoor kan bieden. Zelfs een V34 28.800 bits/sekonde-modem kan niet op tegen een lokaal netwerk dat, in de courante Ethernet-versie, direkt al minstens 10 miljoen bit/sekonde haalt.

Mobiele telewerkers zullen het vaak met modems moeten stellen. Wie zijn eigen thuiskantoor inricht, kan bij Belgacom een aansluiting op het Integrated Services Digital Network (ISDN) vragen. Met zo’n ISDN-2 aansluiting, een basistoegang, haalt u twee verbindingen in huis over één gewone telefoondraad. Belgacom komt een ISDN-kastje plaatsen, een NT-1, waaraan u 8 toestellen kunt hangen : telefoons, faxen, terminal adapters (een soort ISDN-modems), enzomeer. Een basistoegang kost iets meer dan twee telefoonlijnen, maar u heeft dan wel twee zogenoemde “B”-verbindingen met elk een riante 64.000 bits/sekonde aan bandbreedte. Als u telefoneert, zal u het verschil niet merken, maar bij datakommunikatie telt die snelheid wel degelijk.

Eén fysieke ISDN-lijn kan met verschillende telefoonnummers worden geassocieerd. De apparaten die u op die lijn aansluit, kunnen elk apart worden opgebeld als u voor hen bij Belgacom een apart nummer vraagt, een zogenaamd Multiple Subscriber Number of MSN.

Om de verbinding met het juiste apparaat tot stand te brengen, gebruikt ISDN een signalizatiekanaal van 16 kilobit/sekonde. Over dit derde kanaal wordt de oproepersidentifikatie meegestuurd en wordt ook de gevraagde dienst geïdentificeerd, bijvoorbeeld een Groep 4 (ISDN) faxbericht. De ISDN-fax die op uw aansluiting staat, begrijpt dat het bericht voor hem is bedoeld en zal antwoorden. De telefoons zullen niet reageren, want ze begrijpen dat het om een faxbericht gaat.

NADELEN.

Maar voor we euforisch worden, wat zijn de nadelen van ISDN ? Die liggen vooral in het feit dat we nog altijd tot over onze oren in de analoge telekommunikatie zitten, in het zogenaamde Plain Old Telephone System (POTS) :

– U kan uw oude, analoge apparaten niet direkt op ISDN aansluiten. U moet ze via een terminal adapter konnekteren of ze gewoon vervangen. Dat zijn extra kosten.

– De herkenningsfaciliteiten die ISDN biedt, werken maar als ook aan de andere kant van de lijn een ISDN-apparaat zit. Daarom is het belangrijk dat u voor elk aangesloten apparaat een apart nummer vraagt : uw korrespondent met zijn oude fax kan dan tenminste rechtstreeks naar uw fax bellen (anders valt hij op uw ISDN-telefoonapparaat).

– Datzelfde probleem speelt voor de snelheid van de kommunikatie. De echte (en dure) ISDN-faxen werken vier keer sneller en hebben een dubbele resolutie maar alleen tussen ISDN-machines. Faxt u vanaf uw ISDN-fax naar een klassieke Groep 3 fax, dan blijft u gewoon op 9600 bits per sekonde.

– Uw modem moet worden vervangen door een ISDN-adapter, die u los of als insteekkaart kan kopen. De prijzen hangen af van de funkties die de kaart biedt. Eenvoudige ISDN-kaarten, geschikt voor zogenaamde Eurofile transfer (uitwisselen van bestanden), zijn er voor minder dan 10.000 frank. Een videokonferentie-oplossing met camera, software, video- en pc-kaart kan oplopen tot 80 à 90.000 frank.

– De ISDN-kaarten werken, zoals nagenoeg alle randapparatuur, dankzij specifieke programma’s, drivers, die eigen zijn aan de kaart. Wat u in de gaten moet houden, is welke toepassingen u bovenop die drivers kan draaien. Gewoonlijk ondersteunen de kaarten ofwel de Common Application Program Interface (CAPI), ofwel de PCI-norm. U moet dan een kommunikatiesoftware hebben die de juiste norm ondersteunt.

– Ga na of de ISDN-kaart, die uw (fax)modem vervangt, wel degelijk van het “hybride” type is. Met andere woorden, dat ze toelaat om ook nog met gewone modems te kommuniceren (en niet enkel met ISDN-apparaten).

– Het gebruik van ISDN voor partikuliere Internet-toegang is volgens verkoopdirekteur Erik Pieters van EUnet (een leverancier van Internet-toegang) niet aan te raden : u betaalt extra voor de toegang, u moet speciale Internet-kommunikatiesoftware vinden en u gebruikt maar een fraktie van uw 64.000 bit/sekonde. De flessehals op Internet is immers vaak niet het netwerk, maar de kapaciteit van de server waarvan u gegevens wil ontvangen. Als hij u die met mondjesmaat stuurt, zit u de rest van de tijd gewoon te wachten. Voor een verbinding tussen een bedrijfsnetwerk en het Internet is ISDN wèl een goed idee, omdat daar de grotere ISDN-kapaciteit beter kan worden benut.

SNEL.

Eénmaal geïnstalleerd geeft ISDN u wel het komfort van een snelle, betrouwbare verbinding. Zo gebeurt het inloggen op een ISDN-kaart veel sneller dan op een klassieke modem : een kwestie van pakweg 5 sekonden, tegen soms een minuut (de tijdswinst is er wel weer alleen tussen twee ISDN-apparaten).

Het advies aan telewerkers ligt dan ook voor de hand : haal ISDN in huis als ook uw belangrijkste korrespondenten dat doen.

B.L.

ISDN Belgacom installeerde 35.000 basistoegangen in 2 jaar.