‘Tegen 2017 moesten we ons heruitvinden. Dat is gelukt’

Je bent voor 95 procent afhankelijk van één klant, en die sluit zijn deuren. Wat doe je dan? Het Limburgse Rhenus SML vocht terug na de sluiting van Ford Genk en ziet de hemel opklaren. Met dank aan Rolls-Royce en elektrische voertuigen.

In de productiehal pronkt het nieuwste pareltje van Rhenus SML. Addax is de naam. Genoemd naar een antilope uit de Sahara, een bedreigde diersoort. De Limburgse onderneming hoopt dat Addax de omzet de volgende jaren kan stuwen.

Addax is een elektrische bestelwagen, bedacht door de West-Vlaamse nv Addax Motors. De onderneming boekt voorlopig verliezen en heeft al enkele kapitaalverhogingen achter de rug. Rhenus SML verzorgt de assemblage. “De verkoop lijkt me niet moeilijk”, zegt Stefan Maussen, sinds oktober 2012 de gedelegeerd bestuurder van de Limburgse onderneming. “De markt reageert heel positief. Het komt er nu op aan de productiedoelstellingen te halen, tegen zo efficiënt mogelijke kosten. We streven naar een productiecapaciteit van 500 wagens per jaar.”

Vandaag zijn 90 Addax-bestelwagens verkocht. Met toepassingen voor onder meer groenonderhoud, de interne distributie in grote industriële bedrijven, pretparken en voor de levering van ‘de laatste kilometer’ door koerierdiensten.

Rhenus SML behoort sinds 2016 tot de Duitse logistieke groep Rhenus. Het familiebedrijf met hoofdzetel in Dortmund haalt een omzet van 4,8 miljard euro en telt 29.000 werknemers. “Wij steunen op de logistieke kennis en het netwerk van de groep. Onze kennis in autoassemblage kunnen we nu ook verspreiden over de volledige logistieke keten van de groep”, zegt Maussen.

Na de mokerslag

Rhenus SML heeft een bijzonder bewogen geschiedenis achter de rug. SML staat voor Service Magazijn Limburg. De onderneming startte in 1985 met de levering van stalen rollen aan Ford Genk. Later werd het bedrijf een cruciale toeleveraar. Via een transportband was SML aan de Mondeolaan in Genk rechtstreeks verbonden met de autofabriek. Het deed de assemblage van onder meer motoren, de voorophanging en koelsystemen.

De onderneming was voor 95 procent afhankelijk van die ene klant. En toen volgde de mokerslag. Half december 2014 sloot Ford Genk de deuren. Het aantal werknemers van Rhenus SML dook van 450 naar nog amper 24. Toch liet de toenmalige Duitse moeder Ferrostaal haar dochterbedrijf niet vallen. “Wij hadden vooral veel ervaring in productie-engineering en informatica. Wij hadden technisch goed geschoolde mensen en Genk lag logistiek bijzonder goed. We kregen van Ferrostaal tijd tot in 2017. Tegen dan moesten we ons heruitvinden”, herinnert Stefan Maussen zich.

Dat gebeurde ook. Ferrostaal, een specialist in industriële dienstverlening, werd in 2016 door Rhenus overgenomen. De Genkse dochter maakte de voorbije jaren een doorstart met diverse contracten voor de autosector. Het bedrijf werkt nog altijd orders af voor Ford. Het levert voorruiten voor de modellen die in Genk werden gebouwd (onder meer Galaxy, Mondeo en S-Max). Als ruiten van die wagens stuk zijn, levert Rhenus SML de nieuwe. “Maar dat is een uitdovende activiteit”, relativeert Maussen.

Vanaf 2014 werd het contract met Audi belangrijk. Voor de S1, de sportievere variant van de A1 in Vorst, assembleerde het bedrijf de achteras en de ophanging vooraan. “Ook dat zal uitdoven, want de productie van de A1 verhuist dit jaar naar Spanje. Maar wij deden de volledige logistieke keten, tot en met de aankoop van de onderdelen. Dat hielp ons een tweede klant te vinden.”

Werken voor Rolls-Royce

Dat werd een echte knaller: sinds 2017 doet Rhenus SML de assemblage van voor- en achterassen voor alle modellen van Rolls-Royce, het superpremiummerk van BMW. “Diverse autoproducenten deden een diepgaande analyse van ons bedrijf. Met als resultaat een contract met de producent van een premiummerk. We zijn de exclusieve toeleveraar. Ook daar zijn we verantwoordelijk voor de volledige leveringsketen. We doen de aankoop en de levering van de onderdelen tot in Genk. We ontwikkelden zelfs de verpakkingen voor het transport van die onderdelen. We assembleren en leveren volgens het precies-op-tijdprincipe.” De onderneming mag de naam Rolls-Royce officieel niet noemen. Maar hij staat vermeld in het jaarverslag 2016 en werd ook al in diverse artikels genoemd.

Bovendien onderhandelt Rhenus SML met nog meer spelers in de autosector. En er zijn de logistieke opdrachten die via de groep binnenwaaien: de distributie van auto-onderdelen, staal en chemische producten. Dat maakt dat de onderneming in Genk, verspreid over drie sites, weer heel bedrijvig is. De drie ruimtes zijn volledig gevuld met activiteiten. “We willen meer doen dan enkel magazijnactiviteiten. We willen de volledige waardeketen in de autosector afdekken. We kunnen de autotoeleveraar helpen in de industrialisering en de productontwikkeling. We bouwen het prototype. We doen de productie. We beheersen alle kwaliteitssystemen. We ontwikkelen de machines en de installaties, tot en met de levering. Daarmee maken we het verschil. De volgende jaren verwachten we een belangrijke groei met Rhenus SML. Het aantal werknemers is opnieuw geklommen naar 45. ”

Dat is minder dan in die andere fabriek die Stefan Maussen sinds een half jaar leidt. In het Duitse Saarlouis leidt hij een ander filiaal van Rhenus Groep: een toeleveraar van de Ford-fabriek in Saarlouis. Die bouwt de Focus, en bleef dus wél overeind bij de Europese herstructureringsronde van de Amerikaanse autobouwer. In Saarlouis leidt Mausen een fabriek met 450 werknemers. Ook die is rechtstreeks aangesloten op de Ford-fabriek.