Steeno gaat de boer op
‘Mijn Steeno’, zeggen veel Vlaamse boeren tegen hun ploeg. Het vierdegeneratiebedrijf in landbouwmachines bestaat 100 jaar, maar lijdt onder de crisis. Tijd om van onder de kerktoren te komen, desnoods met ruilhandel.
Steeno is een familiebedrijf, met hoofdzetel in Anzegem bij Waregem. De vierde generatie staat sinds 2005 aan het roer. Joost Vandesteene (42) draagt een hemd waarop in sierlijke steek de naam Steeno staat geborduurd. Niet voor het interview, nee. Wel omdat er diezelfde namiddag nog een vergadering plaatsvindt bij technologiefederatie Agoria.
Vandesteene gaat er pleiten om de puntjes op de i te zetten voor de toegelaten lading op tractoren. Hij is bestuurder van Fedagrim, de koepel van de landbouwmachine- constructeurs. Ook de Boerenbond heeft hij ingeschakeld. Of alle Belgische landbouwers dan zijn naam kennen? (geflatteerd) “Een beetje toch wel, ja.”
Landbouw is dan ook het hart van Steeno – een samentrekking van Vandesteene en Otegem, bij Kortrijk. Het was overgrootvader Remi die daar in 1909 als bescheiden dorpssmid een paardenploeg ontwikkelde. Intussen is Steeno een pronte kmo met 65 werknemers. In 2000 verhuisde het hoofdkwartier wegens plaatsgebrek van Otegem naar Anzegem. Sinds 1960 is de productie gevestigd in Onkerzele bij Geraardsbergen.
De productie van landbouwmachines – naast ploegen ook grondbrekers, bemesters en diepgronders – maakt ongeveer 40 procent van de totale omzet uit. Daarnaast maakt Steeno onderdelen van textielmachines en bouwt het bedrijf mee aan metaalconstructies. Die laatste twee activiteiten gebeuren alleen in onderaanneming, zo produceert Steeno sinds 1970 de bovenbouw voor de weefgetouwen van de Van De Wiele-groep uit Kortrijk.
Vandesteene gelooft heel sterk in de export van zijn business. “Op een fiets moet je blijven trappen om niet omver te vallen.” Voor textiel en metaalconstructies is hij weliswaar afhankelijk van zijn opdrachtgevers, maar het gaat vaak om bedrijven die wereldwijd actief zijn. Dat zit dus wel snor.
Het is vooral met zijn landbouwmachines dat Vandesteene wereldwijd de boer op wil gaan. Momenteel wordt het gros van de omzet in dat segment in België gerealiseerd, met een marktaandeel van 55 procent voor landbouwploegen. “Stel dat de Belgische markt in elkaar klapt, dan zit Steeno niet echt in een comfortabele positie”, zegt Vandesteene.
De oplossing? Sinds 1996 importeert Steeno landbouwmachines van buitenlandse partners naar de Benelux. Het assortiment groeide uit tot tien verschillende merken en het aanbod werd vollediger. “We hebben nu twaalf partners, vooral in Frankrijk, Duitsland, Denemarken en Italië. Steeno mag in de Benelux als enige bedrijf hun machines verkopen. Sommige verkopen onze machines in het gebied waar zij zaken doen.”
Investeren uit liefde
Sinds 2000 is de importactiviteit van Steeno ondergebracht in Vanometaal, een samentrekking van Vandesteene en metaal. Momenteel is Joost Vandesteene druk bezig met een charmeoffensief bij al zijn buitenlandse partners. “Exporteren is duur als je er helemaal alleen aan moet beginnen. Maar samen staan we sterk. Ik denk eraan om met onze partners – of met sommigen onder hen – een nieuw bedrijf op te richten. Een verkoopbureau, zeg maar, dat we zouden kunnen vestigen in het vroegere Oostblok of in China. Want daar stijgt de vraag naar moderne landbouwmachines exponentieel. Een assemblagebedrijf is ook een mogelijkheid.”
In juni vindt in Oekraïne een gigantische landbouwbeurs plaats en daar hoopt Vandesteene zijn belangrijkste partners samen te krijgen voor een brainstorm over de toekomstige samenwerkingsformule. Hoe dan ook, export is de boodschap. Want Steeno beseft dat de grootste winstmarges in opkomende economieën te rapen vallen.
“In België niet, nee. Schandalig hoe onze klanten, de landbouwers, hier onderbetaald worden tegenwoordig. Varkensvlees, melk, enzovoort. Alles wordt zwaar onder de productiekosten verkocht. Bovendien zijn er steeds meer wetten en regels waar de Belgische boeren zich aan moeten houden. Ze krijgen het almaar moeilijker en de crisis maakte het nog erger. Voor Steeno is het zeer moeilijk om in België nog flink onze boterham te verdienen, als we machines moeten verkopen aan mensen die zwaar ondergewaardeerd en onderbetaald worden. Vroeger investeerde een boer al eens uit liefde voor zijn bedrijf. Hij kocht een mooie nieuwe machine om zijn land te bewerken. Maar nu stellen landbouwers zulke investeringen zo lang mogelijk uit.”
Voor Steeno was 2008 het slechtste jaar in lange tijd. En vorig jaar moest het bedrijf voor het eerst in zijn 100-jarige bestaan tijdelijke werkloosheid invoeren voor zijn arbeiders in Geraardsbergen. Vooral de business in de textielsector kende een terugval. Toch bleef de omzet op peil door een piek in de verkoop van landbouwmachines. Het bedrijf vierde zijn eeuwfeest eind 2008 met een privébeurs en toen werden heel wat bestellingen geplaatst.
Toch viel de bedrijfswinst zwaar terug in 2008. “Dat heeft te maken met de sterk stijgende staalprijzen in de aanloop naar de crisis, in de eerste helft van 2008. We zijn er niet in geslaagd om die door te rekenen aan onze klanten, omdat ze zelf zwaar in de problemen zaten. Onze verkoopmarges zijn dus geslonken, vandaar de winstdaling. Zowat 95 procent van onze business heeft te maken met staal. Bovendien werken we bijna uitsluitend met hoogwaardige staalsoorten om slijtage van de machines tegen te gaan. De prijzen van die staalsoorten daalden niet sinds de crisis. De staalproducenten hebben ervoor gekozen om hun hoogovens stil te leggen, eerder dan hun prijs te verlagen.”
Vandesteene verwacht dat zijn winstcijfers voor 2009 aansluiten bij het niveau van 2007. En over 2010 kan hij tot nu toe niet klagen. Opdrachten genoeg, voorlopig. Maar of Steeno extra personeel aanwerft of extra bedrijfsruimte bijbouwt om een antwoord te bieden op het nijpende plaatsgebrek? Dat laat Vandesteene liever nog even open. Voor de vestiging in Geraardsbergen werd een uitbreidingsvergunning aangevraagd, dat biedt even respijt.
De mosterd halen
Misschien is dit het uitgelezen moment om eens na te denken over derdepartijfinanciering? “We hebben nog nooit een bank in de arm genomen. Steeno doet alles met zijn eigen kapitaal. Maar we moeten vooruit, dus extra investeringen dringen zich op. Ik denk eraan om mijn licht eens te gaan opsteken bij de banken, want momenteel is het vrij goedkoop om geld te lenen. Een miljoen euro per jaar, dat moet wel kunnen, voortaan.”
Of ook niet, want Vandesteene is tevreden met wat hij heeft. Of beter, als hij kan behouden wat er al is. Groeien is bij Steeno geen verplichting. Maar het is wel plezant. En ja, er hangen opportuniteiten in de lucht. Liefst een sterk partnerschap om het buitenland te veroveren, maar er zijn nog andere mogelijkheden. Ruilhandel bijvoorbeeld.
“Ik viel ook van mijn stoel toen ik dat woord voor het eerst hoorde. Het deed me denken aan de middeleeuwen. Maar hoe meer ik erover nadenk, hoe meer ik geneigd ben om mee te doen.” Een voorbeeld: in Oekraïne werkt Steeno samen met een lokale invoerder. Die kan een mosterdveld huren en de eigenaar betalen met een Steeno-ploeg. Die ploeg kan Steeno zelf financieren met de verkoop van het geteelde mosterdzaad. “Zo kunnen we een overeenkomst sluiten die voor een paar jaar geldt.”
“En met de verkoop van dat mosterdzaad kunnen we zelf wat centen verdienen. Nu zijn het Nederlandse tradingfirma’s die dat hier verkopen, maar wij kunnen dat in principe even goed. Bovendien willen almaar meer landbouwers mosterd zaaien als grondverbeteraar. Maar daar hebben ze bepaalde zaadcertificaten voor nodig – een administratief werkje van lange adem. Als Steeno daar kan fungeren als tussenpartij, zit er volgens mij wel toekomst in dit verhaal.”
Ruilhandel kan – zeker voor Oost-Europa – een valabel alternatief worden voor gewone export. De Oost-Europese markt is nu eenmaal een zware kluif sinds de crisis, ook voor de landbouwmachineconstructeurs. In landen als Rusland droogde al het geld op waarmee de geplaatste bestellingen betaald moesten worden. Alle machines bleven hier, maar de Belgische markt was niet geïnteresseerd. De ophopende voorraad – ultrazware pikdorsers bijvoorbeeld – is niet geschikt voor kleine landbouw-oppervlakten. Maar Vandesteene blijft positief.
Door celine de coster, FOTOGRAFIE thomas de boever
“We hebben nog nooit een bank in de arm genomen. Steeno doet alles met zijn eigen kapitaal”
Joost Vandesteene, Steeno
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier