Starters aan de universiteit
Een grote meerderheid van de studenten heeft een studentenjob, zo blijkt uit onderzoek van de Universiteit Antwerpen. Maar hoe zit het met het ondernemerschap bij studenten? De eerste studentenbedrijven staan in de steigers.
Via Verde bestaat twee jaar. Oprichters Peter Vanham (21, student handelsingenieur) en Dries Booten (22, student dramatherapie) rolden nochtans eerder toevallig in het ondernemerschap. Peter Vanham: “Toen we 7 jaar geleden geen vakantiejob vonden, besloten we om bij te klussen via tuinwerk. Ondertussen is die hobby uitgegroeid tot een bedrijf. Vandaag draait Via Verde een omzet van ruim 10.000 euro en werken er twintig studenten mee.”
Studeren en tegelijk een bedrijf runnen, daarvoor bestaat in België geen rolmodel. Vanham is positief over de combinatie. “Je neemt verantwoordelijkheden,” zegt hij. “We leren elke dag bij en autonoom kunnen beslissen is leuk. Al is het niet altijd evident om je studies te combineren met het leiden van een bedrijf. Je gaat een groot engagement aan ten opzichte van je project. En natuurlijk betekent het leiden van een bedrijf ook een rist administratieve verplichtingen zoals het voeren van een boekhouding, btw-aangiftes doen en verplichte verzekeringen afsluiten.”
Een alleenstaand geval is Via Verde niet. Zo is Academics for Companies (AFC) een raadgevend bedrijf van studenten voor kmo’s. AFC wordt dit jaar operationeel, zegt Handrin Wemel, laatstejaars handelsingenieur aan de K.U. Leuven.: “In andere landen geven studenten al langer advies aan bedrijven. Ook in Wallonië zijn er zulke studentenbedrijven, in Vlaanderen bestonden ze tot voor kort niet.”
AFC wordt dit academiejaar operationeel en koos – in tegenstelling tot Via Verde – voor het vzw-statuut. “We vinden het belangrijk dat andere studenten na ons AFC kunnen voortzetten. Het vzw-statuut laat zo’n opvolging veel gemakkelijker toe. Bovendien verloopt de samenwerking met de universiteit daardoor soepeler.”
De keuze om zich in de eerste plaats op kmo’s te richten vindt voorzitter Handrin Wemel logisch. “Elk bedrijf dat op zoek is naar creatief, goedkoop en origineel advies kan een beroep doen op ons. Elke student TEW of handelsingenieur kan dan weer lid worden van AFC. Dat zorgt ervoor dat er economische, wetenschappelijke en ‘managerial’ kennis in ons project zit.”
De kiemen van een ondernemersgeneratie
Onderzoek naar het aantal studenten dat een eigen onderneming start in Vlaanderen is er niet, maar het lijkt evident dat studentenbedrijven een uitzondering zijn. Immers, ook de algemene statistieken tonen dat Vlamingen geen ondernemers zijn. De Vlerick Management School stelt dat in 2006 slechts 3,05 % van de Vlamingen betrokken was bij de start van een onderneming. Dat was een daling van 25 % ten opzichte van het referentiejaar 2001. In Duitsland zijn er 35 % burgers betrokken bij de start van een onderneming, in Frankrijk 42 % en in Nederland zelfs 74 %. Sinds 2001 presteert Vlaanderen op dit vlak steevast slechter dan zijn buurlanden.
Sinds kort is er in de Leuvense economie-opleidingen meer aandacht voor praktijkervaring. Zo kunnen studenten tijdens hun opleiding een bedrijfsstage volgen en is er nu ook facultaire steun voor projecten die studenten willen betrekken bij het ondernemen. Dat kan via studentenbedrijven als Via Verde of AFC.
In de VS heeft het fenomeen al langer een centrale plaats in het leven van veel Amerikaanse studenten. Al in de jaren twintig van de vorige eeuw ontstond de stichting ‘Junior Achievement’. Belangrijke ‘captains of industry’ als Henry Ford, John Rockefeller en Walt Disney sponsorden het initiatief dat studenten stimuleert een eigen bedrijf te beginnen tijdens hun studies.
Intussen is de idee van studentenbedrijven ook overgewaaid naar Europa. In Nederland bijvoorbeeld, bereikte de Stichting Jong Ondernemen in het vorige academiejaar 16.000 scholieren en studenten en werden er meer dan 700 studentenbedrijven opgericht.
Vooral wettelijk zijn er in ons land nog wat barrières, die het stimuleren van jonge ondernemers beletten. Zo dienen zelfstandige studenten in bijberoep in extreme gevallen tot 96 % van hun loon af te staan, ten gevolge van de verplichte solidariteitsbijdrage. Bovendien verliest wie ‘te veel’ verdient ook zijn kindergeld. Dat heeft tot gevolg dat een student-ondernemer bijna altijd minder verdient dan zijn collega’s die voor een vakantiejob opteren.
J.R.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier