SOLVAY: ‘STRENGERE NORMEN, MAAR MEER CONSUMENTEN’

Solvay heeft zich met de overname van zijn Franse sectorgenoot Rhodia ook gevoelig versterkt op de voor de chemiegroep erg interessante Chinese markt. “Het is onwaarschijnlijk dat we onze strategie zouden wijzigen”, zegt Roger Kearns, de topman van Solvay voor Azië. “We zullen altijd Chinese fabrieken hebben om de Chinese markt te bevoorraden. Het is er gemakkelijk zaken te doen, in vergelijking met enkele alternatieve landen”, stelt Kearns. “Al onze activiteiten in China groeien trouwens.”

De tandem Solvay-Rhodia heeft een brede waaier aan activiteiten in China, gaande van waterstofperoxide, speciale polymeren en basisstoffen voor autobanden met een hogere efficiëntie, tot verzorgingsproducten als shampoo. Bovendien is China belangrijk voor de productie van zeldzame aardmetalen, waarin vooral Rhodia al actief was.

“We zien ook wel dat de loonkosten en de kosten om te voldoen aan de milieunormen almaar stijgen. Die milieunormen zijn mogelijk zelfs al strikter dan in de VS, Japan of Europa”, legt Kearns uit. “Het mooie daaraan is dat we dat allemaal weten. Je weet dat de prijzen stijgen, en je kent de vijfjarenplannen van de regering. Maar daar staat tegenover dat China jaarlijks miljoenen nieuwe consumenten creëert, en omdat de lonen zo sterk stijgen, hebben die ook meer geld om te spenderen. Als die dan meer willen betalen voor een goede autoband, is dat alleen maar goed voor ons.”

De groep telt in China bijna 3000 werknemers. De lonen stijgen ieder jaar met meer dan 10 procent, en intussen kost een topmanager in China al evenveel als in Europa of de VS. De stijgende loon- en productiekosten kan Solvay niet doorrekenen aan de klanten, maar dat de gestegen productiviteit van de Chinese werknemers compenseert dat, geeft Kearns aan.

Hij stelt dat Solvay ook wel sterker wil worden in India. “Maar het heeft niet de infrastructuur die China heeft en dat zal zo nog wel een tijd zo blijven.” Kearns kijkt voorts ook naar Vietnam of Indonesië, maar ziet een verhuizing van activiteiten vanuit China niet gebeuren. “We mikken hoofdzakelijk op de Chinese markt en niet zozeer op alleen productie voor de export. Het is dan ook niet echt nuttig om productie te verhuizen naar een ander land in de regio met lagere loonkosten maar veel hogere logistieke kosten.” Bovendien lijdt Vietnam onder een sterk woekerende inflatie. “Mocht ik T-shirts maken, ik zou naar Bangladesh kunnen gaan. Maar dat soort landen is nog niet goed geschikt voor de chemische industrie.”

BE.L.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content