Sociale voordelen: voor welke kinderen een geschenk?
De fiscus verruimt de regeling waarbij werkgevers fiscaal aftrekbare geschenken kunnen geven aan de kinderen van hun werknemers. Maar de regeling blijft erg vaag.
De auteur is advocaat en hoofdredacteur van Fiscoloog.
ociale voordelen zijn niet belastbaar voor de werknemer die ze ontvangt. Daartegenover staat dat de kostprijs ervan fiscaal ook niet aftrekbaar is voor de werkgever die ze verstrekt.
In de praktijk aanvaardt de belastingadministratie evenwel dat sommige sociale voordelen niet belastbaar zijn voor de werknemer, maar toch als beroepskost fiscaal aftrekbaar zijn voor de werkgever. Dat is onder meer het geval voor gezelschapsreizen van maximaal één dag voor het personeel, voor het collectief door de werkgever georganiseerde woon-werkverkeer enzovoort. Dezelfde regeling geldt ook voor geschenken of geschenkcheques die de werkgever naar aanleiding van bepaalde feesten uitreikt aan zijn werknemers. Dat feest kan het sinterklaasfeest zijn, een eindejaarsfeest, een in de sector gebruikelijk patroonsfeest, een verjaardag enzovoort.
In ieder geval geldt dat de waarde van het geschenk of van de geschenkcheque (tenzij in het geval van pensionering of het uitreiken van een eervolle onderscheiding) niet hoger mag zijn dan 35 euro per jaar en per werknemer. Let wel: de gunstregeling geldt niet per feest. De werkgever kan dus niet én voor Kerstmis én voor de verjaardag een geschenk of een geschenkcheque van telkens 35 euro overhandigen. De regeling is beperkt tot 35 euro per jaar, ongeacht het feest dat aanleiding geeft tot de overhandiging.
Een gelijkaardige regeling geldt op het gebied van de sociale bijdragen. De geschenken of geschenkcheques zijn, op voorwaarde dat de waarde ervan niet hoger dan 35 euro per jaar is, ook vrijgesteld van sociale bijdragen. Maar de sociale regelgever is strenger over de aard van de feesten. Op fiscaal gebied is elk feest geldig. Op sociaal gebied is de regeling beperkt tot geschenken of geschenkcheques die overhandigd worden naar aanleiding van het sinterklaasfeest en Kerstmis of nieuwjaar.
KINDEREN. Ter gelegenheid van het sinterklaasfeest of een ander feest dat hetzelfde sociale oogmerk nastreeft, mag bovenop het bedrag van 35 euro per jaar nog een geschenk of een geschenkcheque van nog eens 35 euro worden toegekend voor elk kind dat ten laste is van de werknemer. Die verhoging geldt zowel op fiscaal als op sociaal gebied (maar ook hier is de regeling op sociaal gebied beperkt tot sinterklaas, Kerstmis en nieuwjaar).
De volgende vraag is dan wat onder ‘kinderen ten laste’ wordt verstaan. Voor de sociale regeling schrijft de RSZ in zijn onderrichtingen aan de werkgevers dat het volstaat dat de werknemer effectief de gehele of gedeeltelijke lasten van het kind draagt.
Op fiscaal gebied is die vraag net iets moeilijker te beantwoorden. In de fiscale wetgeving komt immers een aantal voorwaarden voor waaraan kinderen moeten beantwoorden voordat ze als persoon ten laste kunnen worden beschouwd. Moeten al die voorwaarden ook vervuld zijn om aan kinderen van werknemers bijvoorbeeld naar aanleiding van Sinterklaas een geschenk te kunnen geven dat onder deze regeling valt (geen belasting voor de werknemer en toch aftrek van de kosten voor de werkgever)? Zo ja, dan dreigen veel kinderen uit de boot te vallen. Om als persoon ten laste in aanmerking te komen, is immers onder meer vereist dat je op 1 januari van het aanslagjaar deel uitmaakt van het gezin van de belastingplichtige.
Neem bijvoorbeeld een echtpaar dat feitelijk gescheiden leeft. En stel dat de kinderen bij de moeder wonen. Zij maken dan geen deel (meer) uit van het gezin van de vader. Volgt hieruit dat de werkgever van de vader geen gebruik kan maken van de regeling om aan deze kinderen bijvoorbeeld een sinterklaasgeschenk te geven?
TWEE. Ook de administratie heeft zich er rekenschap van gegeven dat zo’n uitsluiting te ver gaat. Vandaar dat nu in samenspraak met de federale overheidsdienst Sociale Zekerheid beslist is om de gunstregeling ook toe te staan voor kinderen die op het einde van het jaar niet ouder zijn dan achttien jaar, en die geen deel (meer) uitmaken van het gezin van de werknemer in kwestie (circulaire van 20 mei 2005).
Eind goed, al goed. Maar zoals zo vaak het geval is met zulke administratieve regelingen, roepen ze meer vragen op dan ze beantwoorden. Wat bijvoorbeeld met de regel dat een kind nooit tegelijk fiscaal ten laste van twee personen kan zijn? Op fiscaal gebied wordt een kind van samenwonende echtgenoten geacht ten laste te zijn van de ouder met het hoogste belastbare inkomen. Stel dat dit de moeder is. Volgt daaruit dat alleen de werkgever van de moeder kan gebruikmaken van de gunstregeling om een sinterklaasgeschenk aan het kind te geven, en de werkgever van de vader niet? We kunnen alleen gissen naar het antwoord, en hopen dat dit niet het geval is. Zekerheid is er niet.
BESTAANSMIDDELEN. En wat met die andere voorwaarde om als persoon ten laste in aanmerking te komen, namelijk dat men de toegelaten bestaansmiddelen niet overschrijdt? Geldt die voorwaarde ook om de gunstregeling toe te passen? Volgens de eerder vermelde circulaire zou dat inderdaad het geval zijn. Vraag is alleen hoe een werkgever ooit met zekerheid kan weten of het kind van zijn werknemer de grens van de toegelaten bestaansmiddelen overschrijdt. Tot het onmogelijke is niemand gehouden.
Jan Van Dyck
Welke kinderen precies in aanmerking komen, is niet meteen duidelijk.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier