Snelle opmars
Facility management zit duidelijk in de lift. Bewijs daarvan is de snelle opmars van bedrijven die aan facilitair beheer doen. ImmoTrends nam er twee onder de loep.
In 1990 staken twee jonge ondernemers, Frederic Dawans en Benoît Greindl, de koppen bij elkaar en richtten een kantoor op voor raadgeving en dienstverlening in facility management. Het nieuwe bedrijf wilde efficiënte oplossingen bieden voor problemen waarmee talrijke ondernemingen en organisaties geconfronteerd worden op het gebied van het ontwerp en beheer van hun werkomgeving. DBAssociates was geboren. De evolutie die DBA sindsdien heeft doorgemaakt, is ronduit spectaculair. Het omzetcijfer steeg van 5 miljoen frank in 1990 tot ruim 220 miljoen in 1997. Momenteel stelt het bedrijf 120 mensen tewerk en heeft het vestigingen in Luxemburg, Frankrijk, Nederland en Argentinië. Ook de diensten die DBA aanbiedt, zijn met de jaren gevoelig uitgebreid. Tijdens de beginjaren hield DBA zich voornamelijk bezig met space management en relocation binnen andere bedrijven – dit is de studie, coördinatie en uitvoering van renovaties, verbouwingen, verhuizingen en inrichtingen van de werkomgeving. In 1992 kwam er computer aided facility management bij. DBA ging informatiesystemen voor het beheer van ondersteunende diensten opzetten. Hiervoor deed het vooral een beroep op software uit Amerika, Frankrijk en Nederland. Binnen de eigen O&O-cel ontwikkelt DBA momenteel eigen software. Sinds twee jaar behoort ook consulting in facilitair beheer tot het dienstenpakket. Zeer recentelijk is DBA begonnen met het bijstaan van bedrijven die willen overgaan tot het outsourcen van hun ondersteunende activiteiten waarbij het een facility manager ter beschikking stelt op lange termijn.
De toekomst.
De ambities zijn groot. Tegen het einde van dit jaar wil DBA kantoren openen in Zwitserland en Duitsland. Bedoeling is een netwerk uit te bouwen om over vier jaar de onbetwiste leider te zijn op de Europese markt. Binnen een termijn van tien jaar wil DBA de nummer één zijn in de wereld op gebied van facilitaire dienstverlening.
“Inderdaad een ambitieuze doelstelling,” zegt Benoît Greindl, “maar DBAssociates heeft de kwaliteiten in huis om ze te verwezenlijken. Onze bedrijfscultuur is onze sterkste troef. Als nieuw postindustrieel bedrijf hebben we immers bepaalde voordelen. Onze medewerkers zijn allemaal jonge, gemotiveerde mensen met een hoge scholingsgraad. DBA is eveneens een pluricultureel bedrijf met een vlakke hiërarchische structuur. Ten slotte staat informatisering centraal bij ons. Facility management is een nieuwe sector die zeker zal blijven groeien. DBA wil de boot niet missen en zal mee doorgroeien.”
Internationale ervaring.
Ook de Belgische facility management-afdeling van Johnson Controls (JC) kende sinds haar oprichting in 1996 een forse groei. De context waarin die totstandkwam, is evenwel heel anders. JC is immers een internationale groep die haar oorsprong heeft in de Verenigde Staten in 1885. Aanvankelijk was JC alleen actief in de automotive-sector en in de ontwikkeling van gebouwbeheerstechnologie. In 1979 begon het bedrijf met het facilitair beheer van Pan Am World Services. Daarop is de facility management-tak van JC ( JC IFM) geënt. In oktober 1996 is een Belgische afdeling opgestart in het kader van een contract met IBM, waarbij JC zou instaan voor het facilitair beheer voor IBM in heel Europa. Intussen werkt JC IFM in België voor vijf multinationals en is het aantal werknemers op twee jaar tijd verdubbeld. Ook de diensten die JC IFM aanbiedt, zijn zeer divers. Zo doet het aan consultancy en project management. De belangrijkste activiteit is echter het integrated facility management. Dit wil zeggen dat JC IFM binnen een bedrijf een totaalpakket van ondersteunende diensten coördineert en beheert. Er wordt één aanspreekpunt binnen een bedrijf gecreëerd voor alles wat met facilitair beheer te maken heeft. Klanten moeten zich dus niets meer aantrekken van onderhoud, beveiliging, telecom, kantoorinfrastructuur enzovoort. JC IFM komt als het ware tussen een bedrijf en leveranciers van die ondersteunende diensten te staan. Dit gebeurt wel steeds in samenspraak met het bedrijf. Samen wordt nagegaan welke diensten men wil en kan uitbesteden, welk service-level men verlangt, welke beheerssystemen men wil gebruiken enzovoort. In de praktijk betekent dit meestal dat JC IFM een facility manager binnen het bedrijf plaatst die bijgestaan wordt door enkele contractbeheerders en support krijgt vanuit het back-office. Deze aanpak heeft tot gevolg dat JC IFM alleen met grotere bedrijven werkt.
“Met deze integrale aanpak onderscheiden we ons van de rest,” aldus Michel Alboort, general manager Benelux. “Het is meteen onze sterkste troef. Belangrijk daarbij is dat wij, in tegenstelling tot vele anderen op de markt van facility management, volledig onafhankelijk staan tegenover leveranciers van ondersteunende diensten. Zo kunnen we voor een bedrijf steeds de beste oplossing zoeken voor elke service die het wenst. Wij weten wat de prijs is voor de verschillende diensten en welk service level men voor een bepaalde prijs van een leverancier mag verwachten. Daardoor zijn de service providers niet onverdeeld gelukkig met de komst van JC IFM.”
N.J.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier