Singapore Language Valley

In Ieper beginnen de feestelijkheden bij Flanders Language Valley (FLV) vanavond. In Singapore werd vorige week al gefeest. SAIL Trust – want zo heet de vzw FLV Foundation voortaan – tekende er de overeenkomst die de basis vormt voor SAIL Port Asia Pacific, de eerste buitenlandse ‘zuster’ van de Vlaamse spraakvallei. Een verslag vanuit de Zuidoost-Aziatische stadstaat, waar nog wel meer Vlamingen indrukwekkende prestaties neerzetten.

Singapore.

Tien miljoen US-dollar, of zo’n 380 miljoen frank: dat bedrag heeft de vzw SAIL Trust de komende vijf jaren veil om in Singapore een gelijkaardig initiatief te ontwikkelen als wat Flanders Language Valley (FLV) in Ieper de voorbije twee jaar is geworden. Om daaraan mee te helpen, is men momenteel op zoek naar tientallen Vlaamse onderzoekers – onder meer linguïsten – die ginds voor een periode van drie jaar willen meedraaien.

De Singaporese overheid steekt eveneens 10 miljoen dollar toe, via de investeringsdochter van de National Science and Technology Board ( NSTB). Pol Hauspie, medeoprichter en sponsor van FLV/SAIL Trust, en Paul Behets, chief executive officer (CEO) van diezelfde vzw, tekenden op vrijdag 5 november samen met NSTB-voorzitter Teo Ming Kian de ‘geboorteakte’ van SAIL Port Asia Pacific ( SPAP), de eerste van negen ‘zusters’ die de Ieperse vallei er de komende jaren bij zal krijgen, verspreid over alle continenten. Dat Boston en San Francisco daarbij zouden zijn, was al naar buiten gesijpeld. Maar de eersten die na Singapore het daglicht zien, situeren zich in Israël en Noorwegen. Dat ‘geheimpje’ achterhaalden we na wat rondbellen naar FLV-verwante bedrijven. Morgen, 11 november, zal een persconferentie er de officiële bevestiging van leveren.

Jo Lernout en Pol Hauspie, de grondleggers van het op Nasdaq en Easdaq genoteerde Lernout & Hauspie Speech Products ( L&H), gaven met een schenking van 15 miljoen VS-dollar in 1997 het ontstaan aan de vzw Flanders Language Valley Foundation (zie kader: Feest in Ieper). Voor de negen gelijkaardige platforms in het buitenland willen ze nu telkens zowat 10 miljoen dollar uittrekken. En om de groei over de grenzen extra locomotiefkracht mee te geven, haalden ze enkele maanden geleden niet alleen CEO Paul Behets binnen, maar ook ex-premier Jean-Luc Dehaene als voorzitter die internationale deuren moet kunnen openen.

De naamsverandering van de vzw FLV in SAIL Trust was niet alleen nodig met het oog op die expansie in den vreemde – wat doe je immers met het predicaat ‘Flanders’ in pakweg Singapore? – maar tekent tegelijk een heel programma uit. SAIL staat immers voor Speech, Artificial Intelligence, Language. Want het is de heren Lernout en Hauspie al lang niet meer om ‘speech’ alleen te doen. Louis Woo, de man die de sinds begin dit jaar actieve divisie Lernout & Hauspie Speech Products Asia Pacific leidt vanuit de zetel in Singapore, verduidelijkt de zaken. “In tegenstelling tot onze concurrenten zoals IBM, Philips, SpeechWorks, die telkens slechts in deeldomeinen actief zijn, is L&H het enige bedrijf ter wereld dat de volledige cirkel van spraak- en taaltechnologie in de vingers heeft – of juister, in de producten – en dat bovendien in veel verschillende talen. Eén: van menselijke spraak naar computertekst. Dat is gekend in de vorm van automatic speech recognition (onder meer gebruikt om bellers doorheen een callcenter naar de juiste gesprekspartner te loodsen) en als dicteersoftware, onder meer voor medische rapportering. Ons gekendste product daarin heet Voice Xpress. Twee: van computertekst naar anderstalige computertekst (automatische vertaling; productnaam i-Translator). Drie: van computertekst naar spraak (spraaksynthese; RealSpeak). En vier: van spraak naar spraak (compressie met het oog op transport van de gesproken data). Waar het in wezen om gaat, los van technische termen en producten, is: to connect people to machines, machines to machines, people to people. Dát is onze missie. Op die manier wordt het mogelijk dat jij, in het Nederlands pratend tegen jouw pc in Brussel, converseert met een Chinees in Beijing, die Mandarijns praat tegen zijn pc.”

In de ontzagwekkende groei van mobiele telecommunicatie ziet L&H een enorme opsteker voor zijn technologie. Een simpel voorbeeld: op het miniatuurtoetsenbord van een gsm-toestel is het moeilijk manueel commando’s in te geven om pakweg op het wereldwijde web te surfen. Wanneer die gsm gesproken commando’s kan herkennen, wordt het al veel makkelijker. Idem voor het aansturen van allerhande functies terwijl je in de wagen rijdt: gesproken commando’s vermijden dat je aan knopjes moet prutsen die je aandacht van de weg afleiden. Pratend tegen je boordcomputer kan je ook e-mails beluisteren en beantwoorden, brieven schrijven etcetera. Zo wordt de auto uiteindelijk een centrum van productiviteit in plaats van tijdverlies.

Om de interactie

tussen mens en machine daarbij zo vlot mogelijk te laten lopen, en liefst via natural language understanding, is het van belang dat die machine ‘intelligent’ is, dat ze leert jou te verstaan als je in ‘gewone mensentaal’ spreekt: daarmee komt dan ook het hele domein van artificiële intelligentie (AI) aansluiten bij de spraak- en taaltechnologie.

Omzetramingen voor de wereldwijde markt van advanced speech (spraak- en AI-technologie) voorspellen een groei van 0,46 miljard VS-dollar in 1997 naar 7,9 miljard dollar in 2003. Daarnaast zou de translation-markt rijzen van 3,0 miljard dollar in 1997 naar 6,9 miljard dollar in 2003. Omdat het een markt is waarin nog geen gevestigde standaarden bestaan, is het voor de hoofdrolspelers nu van belang veel – en vooral de juiste – strategische allianties te sluiten of zelfs overnames te doen, in de hoop zo hun technologie tot dé standaard te laten uitgroeien. Tegen die achtergrond moet bijvoorbeeld de O&O-samenwerking worden gezien die Philips Speech Processing en IBM in mei jongstleden aankondigden. Jo Lernout en Pol Hauspie kunnen uiteraard ook al een aantal grote namen voorleggen: Microsoft en Intel hebben respectievelijk een 7%- en een 2%-participatie in L&H, Cisco en nogmaals Microsoft participeren in FLV Fund.

De negen incubatievalleien die door SAIL Trust nu over de wereld worden uitgezaaid, lijken in dat opzicht ook een uiterst handige zet voor de verspreiding van de L&H-technologie.

In Singapore

heeft de SAIL Port Asia Pacific daarbij het voordeel dat er al een wereldvermaard laboratorium huist dat onder meer over grote expertise beschikt inzake automatische vertaling (van het Engels naar enkele Aziatische talen) en artificiële intelligentie: Kent Ridge Digital Labs, kortweg KRDL, uitgesproken als cradle ofte ‘wieg’. “Want KRDL heeft de expliciete bedoeling commercieel levensvatbare spin-offs te genereren,” stelt directeur dr. Gurminder Singh. Dat het Amerikaanse businessblad Fortune recentelijk een van die spin-offs ( Third Voice, dat een systeem ontwierp om virtuele post-it’s op websites te ‘kleven’) bij ‘s werelds coolest hightech companies rekende, stemt hem niet weinig fier. (Het Amerikaanse Mindmaker.com, waarin FLV Fund participeert, nam vorig jaar een KRDL-opstart over.)

Tussen KRDL en SAIL Port Asia Pacific (SPAP) zou een soort natuurlijke band kunnen groeien, “in die zin dat hun start-ups bij ons een ideaal onderkomen zouden kunnen vinden én via ons netwerk eventueel ook risicokapitaal van FLV Fund,” stelt Elke Wauters, die sinds begin dit jaar in Singapore de geboorte van SPAP heeft voorbereid, “maar over hoe de samenwerking er precies kan uitzien, worden nog besprekingen gevoerd.” Straks wordt Wauters de rechterhand van de chief of station (allicht een Belg, omwille van makkelijkere communicatie met Ieper), die voorts wordt bijgestaan door een chief of operations (bij voorkeur een Singaporees, die de business-development en commerciële functies krijgt toevertrouwd).

KRDL is een van de Singaporese troeven waardoor SAIL Trust zich aangetrokken voelde. Maar er zijn er een pak meer. Zoals de multiculturele (Chinees, Indisch, Maleisisch) en meertalige bevolking (nagenoeg iedereen spreekt ook Engels), die de werkomgeving in zekere zin vergelijkbaar maakt met Vlaanderen. Er is de transparante business-cultuur, waarmee het in Azië zowat een unicum is: Singapore staat op de jongste lijst van ‘minst corrupte landen ter wereld’ op de zevende plaats – ver voor België! Er is de eersteklas infrastructuur qua weg-, water- en luchtvervoer. Het uitstekende onderwijs met zijn vergevorderde informatisering – tegen 2001 zal er in elke school één pc per twee leerlingen beschikbaar zijn. En vooral ook de wil van de overheid om van Singapore een Intelligent Island te maken.

Al in 1981, onder premier Lee Kuan Yew (die vandaag als een soort erepremier nog steeds enorme invloed heeft), werd een National IT Plan opgesteld. In 1992 werd het IT2000-plan uitgerold, met als kernelement het uitbouwen van een ‘ world-class national information infrastructure‘: dat behelsde onder meer het aanleggen van een hogesnelheids-breedbandnetwerk, dat inmiddels is gerealiseerd en meer dan 98% van de 3,1 miljoen Singaporezen toegang kan aanbieden (zie ook kaders: De Belg van de backbone en Breedbandparadijs).

Tijdens de Aziatische

crisis was Singapore het enige land in de regio dat overeind bleef. Het zag de groei van zijn bruto binnenlands product (BBP) wel terugvallen van 8% in 1997 tot nog slechts 1,5% in 1998, maar belandde dus niet in de recessie die zijn buurlanden zo zwaar trof. De regering van premier Goh Chok Tong legde nationaal 15% loonsvermindering op – iets wat de erg gezagsgetrouwe bevolking zonder veel morren accepteerde -, verlichtte de pensioenlasten voor de bedrijven aanzienlijk, en zette de sanering van het bankwezen en van de overheidsbedrijven in gang.

Meer dan ooit

wil Singapore nu een knowledge based economy worden. Want de sterke devaluaties van de omringende munten hebben de concurrentiepositie van de stadstaat inzake manufacturing (vooral elektronica en chemie) uiteraard aangetast. Singapore wil de hub van Zuidoost-Azië worden in de dienstensector (onder meer qua bank- en beurswezen) en vooral ook in de ICT-sector (informatie- en communicatietechnologie), waarvoor het zich gretig spiegelt aan Silicon Valley. Omdat de inlandse recruteringsbasis te klein wordt geacht, is resoluut gekozen voor het aantrekken van buitenlands talent en knowhow, niet alleen vanuit de rest van Zuidoost-Azië, maar ook van ver daarbuiten. Wereldbefaamde onderwijsinstellingen als Insead, Wharton en Johns Hopkins komen hier nu Aziatische vestigingen opzetten. Bedrijven die zich hier komen vestigen, krijgen tax holidays en andere voordelen aangeboden. Philippe Vermeulen, gedelegeerd bestuurder van FLV Fund, kan daarvan getuigen. FLV Fund zette enkele maanden geleden samen met de Luxemburgse holding Nacom vier maatschappijen op in Singapore: iMerge, iOffice, iMail en iNews. Ze zijn allemaal actief in het ontwikkelen van intelligent agents, die ICT-toepassingen aanpassen aan de voorkeuren en zoekpatronen van de persoon die ermee werkt. “Onderhandelingen met de overheid hebben bijvoorbeeld opgeleverd dat we 50% van de personeelskosten voor bepaalde jobs krijgen terugbetaald,” zegt Vermeulen, die er nog bij vertelt dat de vier genoemde bedrijven “wellicht” binnen de SAIL Port-structuur zullen opereren.

Bart Voeten, de Vlaamse chief technology officer van 1-Net, de backbone-netwerkinfrastructuur op het eiland, formuleert het als volgt: ” Money is not an issue als je hier iets wil opzetten in geavanceerde informatietechnologie.”

Dat het de SAIL’ers menens is met hun ‘intocht’ in Singapore, blijkt ook uit de aantallen Vlamingen die ze er naartoe willen sturen. Een wervingsadvertentie van FLV in Vacature van 2 oktober jongstleden meldde vele tientallen landgenoten – met een perfecte linguïstische kennis van één of meer Europese talen, – voor drie jaar naar Singapore te willen sturen. Als feitelijke werkgever stond Language Development Services (LDS) vermeldt. Dat blijkt een maatschappij te zijn van Tony Snauwaert “en andere investeerders”. Snauwaert, die een Belgisch kantoor heeft in Eeklo, is met zijn firma Jota al jarenlang actief in Singapore, van waaruit hij een team leidt dat voor westerse bedrijven de distributie van hun producten in Zuidoost-Azië organiseert. De tientallen Vlamingen die door LDS aangetrokken worden, zullen effectief ingeschakeld worden voor activiteiten die met SAIL Port te maken hebben, onder meer ook voor de vier hierboven genoemde FLV Fund-bedrijven. Dat Snauwaert voorts ook gedelegeerd bestuurder is van de bedrijven die respectievelijk The Tamil Language Development, The Turkish Language Development, The Hindi Language Development en The Thai Language Development heten, geeft meer dan een vermoeden van welke talen L&H in de nabije toekomst wil toevoegen aan o.a. het Japans en Koreaans die het al beheerst voor automatische vertaling vanuit het Engels.

Welke activiteiten

wil SAIL Port Asia Pacific (SPAP) hier nu precies ontplooien? Elke Wauters vertelt dat SPAP een replica wil zijn van FLV Ieper (mét inbegrip van Education), maar uiteraard aangepast aan wat in Singapore het meest zinvol is. In het pakket ‘incubatiediensten’ zit advies inzake business development, human resources, juridische, financiële en vastgoedkwesties etcetera. “Het grote verschil is dat we veel tijd en middelen zullen moeten investeren om door middel van road shows en dergelijke awareness te creëren voor de SAIL-technologie die hier nog niet zo is doorgedrongen. En ten tweede, dat we echt een platform voor financiering van start-ups uit de grond zullen moeten stampen, door intrest groups samen te brengen, business angels te zoeken enzovoort. In Europa gebeurt dat allemaal nogal ‘vanzelf’, hier zullen we veel meer aan de kar moeten duwen. De cultuur van entrepreneurship is immers nog niet zo ontwikkeld – al heeft de regering sinds vorig jaar een ‘ Technopreneurship’-stimuleringsprogramma opgezet -, en venture capital neemt hier ook nog niet zo’n vlucht.”

De ambities zijn groot: vanaf het vijfde operationele jaar wordt gemikt op maar liefst honderd start-ups per jaar. De SPAP-structuur moet tegen die tijd ook zelfbedruipend zijn. SPAP, waarvan de 300 vierkante meter grote kantoren palen aan die van L&H Asia Pacific, zal zeker in de eerste jaren een ‘virtuele vallei’ zijn: de bedrijven zullen niet allemaal samen huizen. Op langere termijn wordt er wel aan gedacht alles samen onder te brengen in een immens wetenschapspark dat de Singaporese overheid wil uitbouwen.

Waarin ziet SPAP

de grootste opportuniteiten schuilen? In het Chinese internet, onder meer, zegt Elke Wauters. En Louis Woo legt uit waarom. “Mandarijns, met zijn meer dan 13.000 tekens, kan je niet op een toetsenbord tokkelen. Tenzij in de gereduceerde fonetische variant, maar die beheerst slechts de geschoolde elite. Spraak als sturingsmechanisme zou het voor het gros van de Chinezen aanzienlijk eenvoudiger maken om te surfen.” Elke Wauters: “In het ‘lokaliseren’ van internet- content naar diverse Aziatische talen schuilt ook een gigantische markt, te meer daar Singapore zich precies wil opwerpen als dé content hub van Azië, een verzamelplaats van servers. Artificiële intelligentie staat ook hoog op het lijstje: het zo intuïtief mogelijk maken van de interface mens/machine door natural language understanding en intelligent content management. Integratie van computer en telefonie, en spraakgestuurde financiële toepassingen (mobiel on line) ronden het rijtje af.”

Eén vraag brandt nog op onze lippen: wereldwijd staat India bekend als hét land voor softwareontwikkeling. Is een vestiging daar dan niet overwogen? Louis Woo: “India is vooral een coding sweatshop: ideaal als je enorme aantallen goedkope programmeurs nodig hebt. L&H en SAIL Port hebben niet zoveel programmeurs nodig. Maar wel góeie mensen, met ideeën.”

RAF PAUWELS

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content