Scherven brengen steeds minder geluk
Decennialang groeide Carglass als kool. Maar sinds het boerenjaar 2010 trappelt de autoruitenhersteller ter plaatse. Met nieuwe hersteldiensten wil Carglass weer aanknopen met groei. Nu nog technici vinden.
De lente lijkt al vroeg in zicht te komen dit jaar. De meeste Belgen zijn daar blij om, maar Guido De Paepe (57) niet. “Het is 10 graden. Warm weer”, zucht de gedelegeerd bestuurder van NV Carglass België, terwijl hij op het bedrijventerrein aan de Trichterheideweg in Hasselt stapt. “Strenge winters leveren ons meer werk op. Dan is er meer schade aan onze wegen. Dat veroorzaakt steenslag, die barstjes in autoruiten kan maken.”
Een bijzonder strenge winter maakte van 2010 een recordjaar voor Carglass. Sindsdien is het vet van de soep ( zie tabel). De omzet en de winstgevendheid in ons land staan onder druk. Voorbij zijn de tijden van riante dividenden, waarmee Carglass in het verleden zijn moeder Belron verblijdde (voor 94,85 % in handen van de Belgische beursgenoteerde D’Ieteren Groep).
De minder strenge winters zijn niet de enige oorzaak. Het aantal inbraken in voertuigen daalt en de wegen worden beter. De auto’s worden kleiner, rijden trager en leggen minder kilometers af. “Mensen doen veel meer aan carpooling. Ze delen wagens. De elektrische fiets is in opmars”, verklaart De Paepe.
Groter en complexer
Toch klaagt de Zelzatenaar niet. “De autoruiten worden groter en complexer. Almaar vaker zitten er camera’s en andere technologie in, zoals regen- en lichtsensoren en sensoren die meten of je al dan niet op het juiste rijvak blijft. Dat segment van ruiten met zogenoemde ADAS-systemen (van advanced driver assistance system, nvdr) groeit exponentieel. De dure premiummerken zijn ermee begonnen, maar intussen hebben meer en meer wagens zulke systemen. Vorig jaar ging het al om zowat een tiende van onze voorruiten. Het aantal interventies daalt dus, maar de prijs per interventie stijgt.”
Carglass onderscheidt zich met die complexere ruiten ook van de concurrenten (zie kader De concurrentie). Al jarenlang is de onderneming bekend voor haar zeer intensieve werknemersopleidingen. In Hasselt heeft Carglass een eigen opleidingscentrum voor ruitenherstelling, want zoiets leer je niet op de schoolbanken. Het bedrijf viel ook al geregeld in de prijzen als beste werkgever van het land. Ook bij de vakbonden staat Carglass te boek als een goede werkgever. Staken gebeurt er niet. Een jaarlijkse ‘familiedag’ scherpt het gemeenschapsgevoel aan. “De relaties zijn goed. Het sociaal overleg gebeurt via goed gestructureerde overlegorganen”, oordeelt ACV-militante Nadia Gueroui.
“Onze mensen worden heel intensief opgeleid”, benadrukt De Paepe. “Neem die ADAS-ruiten. Als die worden vervangen, moeten ze opnieuw worden gekalibreerd. De computer die de sensoren aanstuurt, moet opnieuw leren op welk punt hij zich moet richten. Dat is een zaak voor specialisten. We hebben daar de apparatuur voor. Maar uiteraard moeten onze mensen er ook mee kunnen werken.”
Carglass Carrosserie
Niet alleen voor Carglass is de tijd van grote organische groei in glasherstelling voorbij. Ook moeder Belron (zie kader Belron voor Bilzen) voelt de trend. In 2016 waren er wereldwijd 11,3 miljoen glasherstellingen, zowat evenveel als in 2011. Daarom zoekt Belron nieuwe activiteiten, met technische hulpverlening als bindmiddel. “Wij helpen bij technische problemen die onze klanten zelf moeilijk kunnen oplossen”, stelde Gary Lubner, de CEO van Belron, tijdens een investeerdersdag van D’Ieteren in december in Londen. “De klanten van Carglass komen niet naar ons omdat ze onze ruiten zo fantastisch vinden, of de grondstof polyurethaan. Ze komen omdat wij hen uit de nood helpen.”
De redder in nood breidt daarom zijn diensten uit naar carrosserieën en herstellingen in de woning: loodgieters, deursloten openbreken, schilderwerk, ruiten herstellen. “We willen zo het aantal interventies in vijf tot zeven jaar verdubbelen”, hoopt Lubner. “Maar we willen winstgevend groeien. De marges in die nieuwe activiteiten zijn beduidend lager dan in de voertuigbeglazing.”
In België nam Carglass vorig jaar Care Carrosserie over. Het netwerk van zestien vestigingen en 380 werknemers heeft een marktaandeel van 5 procent. “Carrosserie is een zeer grote markt, circa 1 miljard euro omzet”, duidt Guido De Paepe. “Ook die markt daalt lichtjes, maar wij zien nog veel potentieel. We kunnen groeien via bijkomende overnames en via winst in marktaandeel.” Eind vorig jaar was er een tweede overname: de vier vestigingen van de carrosserieketen Wonitrol in Charleroi. “Kleinere carrossiers stoppen omdat er geen familiale opvolging is of omdat ze niet langer willen investeren in de kapitaalintensieve business. Wagenonderhoud wordt ingewikkelder en vergt extra opleidingen voor werknemers. Achter een bumper steekt steeds meer elektronica.”
Synergie via de uitbouw van een keten lijkt logisch. Verzekerings- en leasemaatschappijen werken graag met een nationaal netwerk. Er is synergie in aankoop. Het belcentrum van Carglass wordt ook ingezet voor de carrosseriediensten. Technische trainingen worden gezamenlijk aangepakt. En er is synergie in de merknaam. De naam Care Carrosserie verdwijnt. “We hebben er Carglass Carrosserie van gemaakt. Wij hebben een naambekendheid van meer dan 80 procent.”
Ook de sectorverenigingen Traxio en Febelcar voelen zich blijkbaar niet onwennig bij het nieuwe carrosserie-offensief. “Carglass maakt al deel uit van ons paritair comité koetswerkbedrijven”, zegt woordvoerder Philippe Decrock. “Deze beweging past in de verdere schaalvergroting en professionalisering van koetswerk, waar kostenefficiëntie steeds belangrijker wordt.”
Nu nog de juiste mensen vinden. Want de carrosseriediensten draaien op volle toeren, Carglass zoekt 200 medewerkers. “We vinden ze gewoon niet. Jongeren lopen weg van technische jobs. Daarom gaan we een eigen opleidingsinstituut starten voor carrosserie. En in heel Vlaanderen contacteren we onderwijsinstellingen voor het systeem van duaal leren. Maar dat is niet zo evident. Het blijft nieuw in het onderwijs.”
Belron voor Bilzen
Voor moeder Belron is Carglass erg belangrijk. De wereldleider in voertuigbeglazing is actief in 34 landen en bouwt in Bilzen een nieuw Europees distributiecentrum, een investering van 25 miljoen euro. De beursgenoteerde specialist in logistiek vastgoed Montea staat in voor de bouw. De opening staat na de zomer gepland.
Het nieuwe centrum zal instaan voor de levering van ruiten aan zestien landen. Nu vertrekken die nog vanuit vijf vestigingen in Hasselt, zoals die aan de Trichterheideweg. In het magazijn staan 275.000 ruiten, met liefst 30.000 referenties. De vijftien tot twintig kilo zware ruiten worden met de hand aangesleept. Omdat ze nauwelijks gestandaardiseerd zijn, kan dat werk niet worden geautomatiseerd. Samen met een spin-off van de VUB, Bru Bots, wordt daarom een ‘exoskelet’ ontwikkeld, een soort werkpak, dat de rug, de benen en de knieën van de werknemers ontlast.
“De keuze van Belron voor Bilzen is geen toeval”, stelt De Paepe. “Onze werknemers zijn technisch heel bekwaam, gemotiveerd, gepassioneerd. Voor dit werk heb je heel goede mensen nodig, mensen die kunnen meedenken. Dat hebben we in Limburg de voorbije twintig jaar opgebouwd. Het compenseert ruimschoots de hoge loonlast. En het maakt lagelonenlanden niet zo aantrekkelijk.”
Een andere troef is de centrale ligging van Bilzen in Europa, op een knooppunt van autowegen, het Albertkanaal en het spoor. “We zullen die drie verkeerswegen gebruiken. Onze distributieactiviteit heeft minder last van de files omdat we vooral ‘s nachts leveren. Onze vrachtwagens vertrekken vanaf de vooravond.”
De concurrentie
Officiële cijfers zijn niet bekend, maar de markt schat dat Carglass 75 procent marktaandeel heeft in voertuigbeglazing. Tot 2010 waren de belangrijkste concurrenten kleine, zelfstandige ruitenherstellers. Sindsdien timmeren twee uitdagers ook aan een nationaal netwerk.
De NV Touring Glass, een joint venture van Club Assist uit Australië (een wereldwijde concurrent van Belron) en de pechhulpdienst Koninklijke Belgische Touring Club, kreeg vanaf 2013 behoorlijk wat media-aandacht. De onderneming bond de strijd aan met de sterke marktpositie van Carglass. Maar ze fietste tegen eind 2016 naar een overgedragen verlies van 10 miljoen euro. De aandeelhouders pompten al twee keer extra maatschappelijk kapitaal in de vennootschap. In 2016 boekte Touring Glass een bedrijfsverlies van 2 miljoen euro op 3,05 miljoen euro omzet. Eind 2016 gooide Club Assist de handdoek in de ring en stapte in alle stilte uit de onderneming. “Investeren in een netwerk kost veel geld”, meldt CEO Xavier de Buck. “Dat was ook zo verwacht. 2017 is al een stuk beter.” Touring Glass heeft elf eigen filialen en werkt samen met de 55 vestigingen van de wagenherstelketen Auto 5. Opmerkelijk: Belron sloot in november een samenwerkingsakkoord voor Europa met Mobivia, de holding boven Auto 5.
Beter vergaat het de onderneming Autoglass Clinic. Achter die vennootschap schuilt de familie Leroi. Vader Hugo Leroi was de oprichter van Carglass in België, Frankrijk en Nederland, dat hij in 1987 verkocht aan Belron. Hij werkte er van 1979 tot 1999 en eindigde als directeur Europa. In 2002 begon hij opnieuw, dit keer via de overname van Autoglass Clinic, dat opgericht was in 1991. Charline Leroi kwam in 2007 in het bedrijf van haar vader. In 2013 werd zij enige eigenaar en gedelegeerd bestuurder. Nu heeft de keten 24 vestigingen in België. Naar de cijfers is het gissen. De activiteiten zijn verspreid over drie vennootschappen, die enkel – vrij kleine – brutomarges publiceren. Maar de vennootschappen zijn winstgevend.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier