Scheiden zonder kleerscheuren

“Als ik naar de alimentatie kijk die ik elke maand aan mijn vrouw betaal, denk ik dat ik opnieuw met haar ga trouwen voor haar geld,” zei Bing Crosby ooit. Trends onderzocht de mogelijkheden om zonder financiële kleerscheuren uit het huwelijksbootje te springen.

Het huwelijk is ziek. Eén op de drie eindigt catastrofaal, in steden is dat zelfs bijna één op de twee. De tijden zijn immers veranderd: gearrangeerde huwelijken zijn tegenwoordig zeldzaam, en liefdeshuwelijken zijn weliswaar sympathieker,maar tegelijk minder stabiel dan de huwelijken om het geld.

1. Laat de scheiding van tafel en bed niet te lang aanslepen

Echtgenoten die het met elkaar niet meer uithouden, kunnen naar de vrederechter stappen. Als er nog kans op verzoening bestaat, zal de rechter artikel 223 van het Burgerlijk Wetboek toepassen. Dat is een dringende en voorlopige maatregel: de feitelijke scheiding. Hij beveelt de echtgenoten een verschillende woonplaats te kiezen en verbiedt hen de tegenpartij op die plek op te zoeken. Hij kan voorlopig het gebruik van de goederen regelen en een al even voorlopige regeling voor het hoede- en bezoekrecht van de kinderen uitwerken. Met andere woorden: hij bepaalt de modaliteiten voor de huisvesting van de kinderen en het ouderlijk gezag. Bovendien kan hij – nog steeds voorlopig – het bedrag vastleggen van de bijdrage aan de lasten van het huwelijk die de echtgeno(o)t(e) aan de tegenpartij moet doorgeven, hetzij voor hem- of haarzelf, hetzij voor de kinderen.

“Die fysieke scheiding vormt geen vrijgeleide voor een echtscheiding,” zegt Eduard Verryck, vrederechter van het tweede kanton in Brussel. “Het gaat veeleer om een bedenktijd die aan de echtgenoten wordt toegekend. Dat verklaart meteen waarom een dergelijke scheiding in de regel slechts voor een beperkte periode van zes maanden tot een jaar wordt toegekend. Daarna moeten ze een keuze maken.” Volgens Verryck is het een vergissing om, zoals sommige rechters doen, de scheiding van tafel en bed voor een onbepaalde termijn toe te kennen. “Dat brengt de mensen in een toestand van kleine scheiding, wat kwalijke gevolgen kan hebben.”

We kennen allemaal wel een horrorverhaal over een man die naast zijn nieuwe partner ligt te slapen, en bij het ontwaken gevat wordt door een deurwaarder die was uitgestuurd door de echtgenote, waarvan de man al maandenlang gescheiden leefde. Dankzij die fatale vaststelling van overspel kon de vrouw de echtscheiding in het nadeel van de man aanvragen en op die manier van haar ex-echtgenoot een knusse alimentatie als schadevergoeding incasseren. “Dat bewijst nog maar eens het nut van een wekker,” zegt Verryck, “en het toont aan dat het belangrijk is om de scheiding van tafel en bed niet te lang te laten aanslepen als het toch duidelijk is dat ze op een echtscheiding zal uitdraaien.”

2. Bewaar alle bewijsstukken van investeringen

Voor de koppels die niet tot een verzoening komen, ligt alleen nog de weg naar de scheiding open. Het gekozen huwelijksstelsel bepaalt de manier waarop de goederen van het koppel worden verdeeld.

Bij gemeenschap van goederen worden de bezittingen in tweeën verdeeld, zonder rekening te houden met wie de rechtmatige bezitter van de goederen is.

In het geval van een gemeenschap beperkt tot de aanwinsten wordt de gemeenschap in twee verdeeld, terwijl de eigen bezittingen naar hun eigenaar gaan.

Bij een stelsel van scheiding van goederen, ten slotte, worden de bezittingen teruggegeven aan de eigenaar, eventueel in verhouding tot zijn of haar inbreng. In dat geval ontvangt de niet-werkende echtgeno(o)t(e) noch de helft van het spaargeld en de voorzieningen die door haar echtgenoot bij elkaar werden gebracht, noch de helft van de waarde van de cliënteel van de partner, of die nu advocaat, tandarts of dokter is.

Een gemeenschap beperkt tot de aanwinsten (en a fortiori een stelsel van gemeenschap van goederen) zou voor de niet-werkende financieel veel interessanter uitgevallen zijn.

Alle werkende en niet-werkende mannen en vrouwen die getrouwd zijn onder het stelsel van de scheiding van goederen, kunnen maar beter waakzaam blijven. Het volgende verhaal kan echtgenoten misschien tot meer voorzichtigheid aanzetten. “Ze hadden een overeenkomst,” zo herinnert een bankier zich. “Hij kocht de meubels, betaalde de wissels op het huis, deed de zwaardere investeringen; zij gebruikte haar bankkaart voor de boodschappen en de dagelijkse uitgaven. Ze waren gehuwd onder het regime van de scheiding van goederen en toen ze voor de echtscheiding stonden, hebben ze hun bezittingen verdeeld. Pas toen bleek dat alles aan meneer toebehoorde.” Guy Soinne, notaris in Brussel, wijst erop dat alles wat op een terrein gebouwd wordt, eigendom is van de eigenaar van die grond. Een huis dat met gedeelde kosten door een koppel gebouwd wordt op een stuk grond dat eigendom is van de man (verworven vóór het huwelijk, geërfd of verkregen door een schenking, en niet ingebracht in de gemeenschap) is dus van de echtgenoot. “Het is echter voldoende dat mevrouw bij de scheiding haar financiële inbreng middels akten of documenten aantoont,” bevestigt advocaat Hippolyte Wouters. “Ze kan haar inbreng recupereren, net als de intresten of de geschatte meerwaarde.” Op dezelfde manier doet een knutselaar die samenwoont er goed aan enkele sporen te bewaren van de investeringen die hij in het appartement van zijn vriendin gedaan heeft, wil hij een (magere) kans behouden om die te recupereren. En daarmee komen we bij een fundamenteel probleem: bijna niemand bewaart de bewijsstukken van zijn of haar investeringen…

3. Hou vakantiefoto’s en kiekjes van familiefeestjes bij

De vereffening van de goederen regelen is echter niet alles: een scheiding wordt gewonnen of verloren. En wie wint door de schuld van de andere aan te tonen, kan aanspraak maken op een alimentatie.

Er bestaan drie vormen van echtscheiding.

De echtscheiding op grond van feiten – slagen en verwondingen, belediging of overspel – waarbij elk van de echtgenoten vertegenwoordigd wordt door een advocaat, neemt vaak de vorm aan van open oorlogsvoering.

De tweede vorm, de feitelijke scheiding, is minder traumatiserend: na amper twee jaar (vroeger was dat tien, later vijf jaar) van scheiding, ingeleid door een vrederechter en aangetoond door het bestaan van twee afzonderlijke huurcontracten of enig ander middel, kan de echtscheiding aangevraagd worden zonder dat er bewijzen aangedragen moeten worden voor de schuld van een van de echtgenoten. De aanvrager wordt evenwel verondersteld schuldig te zijn, tenzij hij of zij bewijzen van het tegendeel aandraagt.

De derde weg is de echtscheiding met onderlinge toestemming (EOT), een procedure die ongeveer zes maanden in beslag neemt en op een minnelijke schikking tussen de partijen steunt. Tenzij er uitzonderlijke omstandigheden zijn (vonnis van de burgerlijke rechtbank van Brussel, 14de Kamer, 16 november 1999) is een dergelijke overeenkomst niet herzienbaar. Om te vermijden dat ze misbruikt of misleid zouden worden, kúnnen de partijen zich door een of twee notarissen laten bijstaan of de hulp van advocaten inroepen.

In de meeste gevallen moet de man alimentatie betalen aan zijn ex-echtgenote. Werkende vrouwen vragen die meestal niet, maar voor vrouwen die gestopt zijn met werken, vormt die geldsom vaak het enige middel om te kunnen overleven. In België krijgt een vrouw aan de haard tegen wie de echtscheiding uitgesproken werd, dus helemaal niets. Dat probleem werd aan de andere kant van de oceaan al onder de loep genomen: in Canada worden echtscheidingen niet uitgesproken ten nadele van de ene of de andere partij, maar wegens mislukking van het huwelijk. Wat ook haar aandeel in die mislukking is, de echtgenote krijgt een compensatie voor het feit dat ze voor haar huwelijk haar carrière opofferde. Thuiswerkende mannen zijn vooralsnog zeldzaam. De gevallen waarbij een vrouw alimentatie betaalt aan haar ex-man komen dan ook uiterst zelden voor.

Er bestaan geen specifieke criteria om het bedrag van het alimentatiegeld te begroten. In de wet wordt enkel bepaald dat het niet hoger mag zijn dan een derde van de wedde van de echtgenoot op het ogenblik dat de echtscheidingsprocedure in gang wordt gezet, en dat het voldoende hoog moet zijn om de echtgenote toe te laten dezelfde levensstandaard als tijdens het huwelijk aan te houden.

“We kunnen niet echt spreken van objectieve criteria,” zegt een advocaat. “De rechter moet een billijke uitspraak doen – met andere woorden: hij speelt vogelpik. In één en dezelfde zaak hebben drie verschillende rechters het bedrag van het maandgeld respectievelijk op 17.000, 20.000 en 28.000 frank begroot.” Met een softwareprogramma heeft men weliswaar een poging gedaan om wiskundige criteria vast te leggen voor de berekening van de alimentatie. Maar de zogenaamde formule Roodhooft is voorlopig weinig verspreid en is volgens een advocaat zelfs “virtueel onbekend in het beroep”.

Bij ontstentenis van precieze criteria baseert de rechter zich op de levenswijze van de echtgenoten. Volgens de magistraten volstaat het inkomen immers niet als grondslag voor de berekening, vooral wanneer men te maken heeft met personen van wie de aangiften van de inkomsten duidelijk verschillen van het reële inkomen, gelet op de levensstijl die ze erop nahouden. “Hou vooral de familiealbums bij,” raadt Annick Bouché, rechter bij de rechtbank van eerste aanleg in Brussel, aan. “De vakantiefoto’s, kiekjes van familiefeestjes, foto’s waarop de kleding die men draagt, de meubels, het huis, de wagen, te zien zijn, vormen allemaal aanwijzingen voor de levensstijl van de echtgenoten.” Zo kreeg de vrouw van een staatloze, die zaken leidde in Italië en Duitsland, geen frank aangaf in België, maar wel 70.000 frank huur betaalde per maand voor het appartement van zijn vrouw en haar om de vier jaar een nieuwe BMW schonk, van rechter Verryck een alimentatie van 250.000 frank per maand toegekend. Een andere advocaat heeft zopas voor twee van zijn klanten maandelijkse alimentaties van respectievelijk 375.000 en 500.000 frank verkregen.

4. Probeer financieel onafhankelijk te blijven

Een vrouw mag tijdens het huwelijk dan nog zo’n luxueuze levensstijl hebben gehad, ze zal geen navenante alimentatie ontvangen als de rechter oordeelt dat ze nog potentieel op de arbeidsmarkt heeft. “De rechters nemen in dat verband doorgaans een strenge houding aan,” merkt rechter Annick Bouché op. “Een vrouw wordt al snel geacht over mogelijkheden te beschikken. Alleen als ze kan bewijzen dat ze door een heleboel ondernemingen werd afgewezen, kan haar alimentatie opgetrokken worden. Ik kan vrouwen maar één goede raad geven: probeer in de mate van het mogelijke financieel onafhankelijk te blijven.”

5. Wees niet te gul met alimentatiebeloften

Ook belangrijk is dat bij een EOT de alimentatieovereenkomst niet herzien kan worden, tenzij er een uitdrukkelijke herzieningsclausule opgenomen werd. Vrouwen moeten er dan ook over waken dat hun rechten gevrijwaard blijven… en mannen moeten gewaarschuwd worden tegen plotse oprispingen van berouw, die hen ertoe brengen om voor de notaris een plotse gulheid tentoon te spreiden. Het schuldgevoel verslapt vaak met de jaren, maar de last van de maandelijkse alimentatie blijkt, psychologisch en vaak reëel, zwaarder te worden.

“Een man die zijn vrouw voor een nieuwe vriendin had verlaten, had haar naar eigen goeddunken een alimentatie van 5/9 van zijn inkomen toegekend,” vertelt rechter Verryck. “Ik heb hem nog gevraagd of hij wel goed wist wat hij deed… Even later verloor hij zijn job. De relatie met zijn nieuwe vrouw werd steeds meer gespannen. Die kon het namelijk maar moeilijk verteren dat er elke maand zoveel geld naar de eerste echtgenote toeging. Maar het was toen niet meer mogelijk om de alimentatie naar beneden te herzien.”

Bij een echtscheiding op basis van feiten en bij feitelijke scheiding kan het alimentatiebedrag wél herzien worden. De aanvrager moet dan wel met ernstige argumenten aankomen, anders wordt zijn zaak steevast afgewezen. “Een man die zijn vrouw voor een ander had verlaten, kwam bij mij aankloppen om een verlaging van zijn alimentatie aan te vragen,” zegt rechter Verryck. “Ik heb hem gewoon wandelen gestuurd. Toen hij hertrouwde, wist hij toch dat hij een vrouw en een kind had. Hij moest zijn verantwoordelijkheid maar opnemen. Zo heb ik ooit eens onder mijn cliënten een man gehad die zich vijf alimentaties op de nek had gehaald.”

6. Denk twee keer na voor u gaat samenwonen

Maîtresses en samenwonenden verkeren, als het over alimentatiegeld gaat, in het juridische luchtledige. De nieuwe wet van 1998 op de samenwonenden zegt daarover niets. De vrederechter kan gewezen wettelijk samenwonenden verplichten om een bijdrage aan de lasten van het huishouden te betalen, maar “niets is vast bepaald,” zeggen Alain-Charles Van Gysel en Solange Brat, respectievelijk advocaat en assistente aan de ULB, “en die maatregel kan in geen geval langer gelden dan één jaar.” Het nieuwe wetsvoorstel van mei 2000 zou die leemte moeten opvullen door aan de ex-concubine een alimentatie toe te kennen. Hebben niet-gehuwden immers niet een morele verplichting tegenover een partner met wie ze twintig jaar hebben samengewoond? De rechtspraak toont aan dat de rechters verdeeld zijn.

Zo is er het verhaal van een vrouw van 62, die zeven jaar lang haar partner geholpen had in zijn wijnhandel, en hem na een relatie van twintig jaar met een prostituee zag vertrekken. De vrouw bleef achter met haar gehandicapte zoon, in een appartement dat eigendom was van haar (ex-)partner en waarvoor ze een opzeggingsbrief had gekregen. Een rechter weigerde haar elke verbrekingsvergoeding. Een andere kende haar echter een alimentatie van 30.000 frank per maand toe. Op dat vlak zijn vrouwen overgeleverd aan de goede wil van de rechter en aan de verbeeldingskracht van de advocaten.

7. Wees stipt met het betalen van alimentatiegeld

Een alimentatie verkrijgen, is één zaak, ze moet ook nog betaald worden. Volgens een studie van de universiteit van Luik uit 1989, die in 1995 werd herwerkt, wordt 41% van de alimentatie in België onregelmatig of zelfs helemaal niet betaald. “Wanneer het verschuldigde alimentatiegeld twee keer na elkaar niet wordt betaald, kan men eisen dat de storting via een derde debiteur – de werkgever of de bank van de man – zou gebeuren,” zegt Rosette Thirion, hoofdgriffier van het vredegerecht van het derde kanton in Brussel. “Men moet dan wel de bewijzen voor het uitblijven van de betalingen aanbrengen. Men kan niet zomaar de belangen van de betrokkene schaden door ook zijn werkgever in de scheiding te betrekken.” Iets drastischer wordt het wanneer de in de steek gelaten vrouw klacht indient bij de correctionele rechtbank wegens verwaarlozing van het gezin. In dat geval wachten, na enkele verwittigingen weliswaar, een paar maanden onvoorwaardelijke hechtenis.

Françoise Antoine

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content