Rustig voortwerken

Het slagveld van Anderlecht, waar migranten en ordediensten met elkaar in de clinch gingen, contrasteert met de rust in de bedrijven waar migranten werken. Op beleidsvlak wordt door minister Smet een interministeriële conferentie voorbereid.

Twee maanden geleden startte Interlabor Interim met een unit sociale cohesie in zijn kantoor in Anderlecht, niet ver van de Kuregem-wijk. Zo’n unit tracht risicogroepen (mensen die meer dan twee jaar werkloos zijn, migranten, bestaansminimumtrekkers, erkende vluchtelingen, ex-gedetineerden enzovoort) weer aan een job te helpen. “Het project zit nog in een pilootfase,” zegt Benoit van Grieken, coördinator van de sociale-cohesieprojecten van Interlabor. “De eerste cijfers zijn alleszins positief. Sommige mensen, waaronder ook migranten, zijn al voor de tweede en derde keer teruggevraagd door dezelfde bedrijven.”

In Antwerpen heeft Interlabor al meer ervaring. Daar loopt op het Kiel, een migrantenrijke buurt, het eerste project sociale cohesie bijna tien maanden. Interlabor heeft het opgezet samen met Vitamine W, een organisatie die langdurig werklozen bijstaat. “Ik heb een officiële balans van de eerste vier maanden,” zegt Benoit van Grieken. “Op 12 deelnemers, waarvan 10 migranten, hebben er vijf een vaste job gevonden en zaten er vier in een langetermijnopdracht.” De resultaten na negen maanden zijn nog gesteld in “officieuze” cijfers : meer dan 50 mensen zijn aan de slag, waarvan zeker 30 à 35 % migranten. “We hebben een klant voor een langetermijnopdracht die nu voor een tweede keer een ploeg heeft gevraagd : 80 % van die ploeg zijn mensen die we de eerste keer ook al hadden gestuurd. Het blijkt dat bedrijven veel vooroordelen hebben jegens migranten, maar dat die wegebben eens ze met die mensen werken. Wij dachten ook dat het voornamelijk om grote bedrijven zou gaan, maar dat klopt niet. Ook veel kmo’s spelen mee in dit systeem.”

Per 1 januari ’98 zal Interlabor zes cohesieprojecten hebben lopen : Antwerpen en Anderlecht, maar ook Gent, Mechelen, Luik en Charleroi. In de loop van het jaar moet dat oplopen tot 13. Dit engagement van Interlabor kadert in zijn politiek van non-discriminatie en van strijd tegen sociale uitsluiting. Kernpunt van elk project is de vrijwilligheid. Benoit van Grieken : “Dat betekent dat wij absoluut geen enkele negatieve reactie hebben gehad na de rellen in Anderlecht. Van bedrijven noch kandidaten. Ik denk dat de problemen in Anderlecht voor een groot deel met drugs en bendevorming te maken hebben.”

Abilis-Cemstobel

Bij Abilis-Cemstobel luidt het klokje identiek. Dit schoonmaakbedrijf stelt 4500 mensen tewerk, waarvan 1500 in Brussel. En van die laatste groep zijn er 1000 niet in België geboren. Naar aanleiding van de jongste migrantenrellen was er geen enkele commotie onder de werknemers. “Ik heb gepraat met mijn allochtone werknemers en merkte dat over de rellen een grote common sense bestaat,” zegt directeur Marc Descheemaecker. “Volgens hen zijn ze het werk van een kleine minderheid wat ze zelf betreuren en moet de politie haar werk doen.”

Volgens Descheemaecker is het voor de migrantenjongeren die doorgaans een lagere scholing hebben van langsom moeilijker om werk te vinden in een wereld die zich steeds meer toespitst op hightech en diensten. Bij Abilis krijgen ze echter kansen. Er is voortdurend vorming, en de werknemers kunnen doorgroeien naar ploegleider of inspecteur. “Wist je dat er allochtone parlementairen zijn van de Brusselse Gewestraad die indertijd hun studies betaald hebben met een studentenjob bij ons ? Zo zie je op welke manier een bedrijf kan bijdragen tot integratie,” zegt Descheemaecker, die zeer tevreden is over de inzet van zijn migrantenpersoneel. Het functioneren als multicultureel bedrijf is voor Abilis geen probleem : “Bij ons zijn er werknemers die beter Frans èn Nederlands praten dan een Belgische minister.”

Integratiepronkstuk van het bedrijf is de allochtone Brusselse voetbalclub FC Atlas, gesponsord door Abilis. “Dit seizoen staan ze tweede in eerste provinciale Brabant. De thuiswedstrijden halen tot 1400 toeschouwers, rellen zijn er nooit. In de ploeg spelen zowel Vlamingen, Walen en Brusselaars als Marokkanen, Nigerianen, Congolezen, noem maar op. Het is echt ons bedrijf in Brussel in een notedop.”

Abilis is gevestigd in de Brusselse Vaartstraat, een relatief achtergestelde buurt, en wil juist daarom niet verhuizen. “In Brussel werken wij met veel migranten”, zegt Descheemaecker, “dan moet je bij hen zijn en hen niet beschouwen als werkvee. Onze aanwezigheid verhoogt bovendien het veiligheidsgevoel in de buurt. Bedrijfswagens en personeel komen en gaan, de werknemers gaan eten bij de middenstand in de wijk. Onze grootste concurrent heeft Anderlecht verlaten om zich te vestigen buiten Brussel. Onderschat de negatieve symboolwaarde daarvan niet.”

Essers en Jos Theys in Limburg

Niet alleen Brussel kent zijn migrantenpopulatie, ook in de provincie Limburg woont er een stevig aantal migranten. Geen probleem voor de kalfsvleesverwerkende groep Jos Theys uit Hasselt. Het 100-koppige arbeidersbestand telt 41 migranten, hoofdzakelijk Marokkanen. Nog eens 26 bedienden allemaal Belgen vullen het personeelseffectief aan.

Een aanleiding tot personeelswrijvingen zijn de jongste gebeurtenissen niet. Bestuurder Frank Celis : “De tewerkgestelde migranten zijn geïntegreerd. Aan de basis ligt een correcte werkgever-werknemer-relatie. De aanwerving gebeurt op basis van de kwaliteiten van de sollicitanten. Aan de slachtlijn werken migranten en Belgen dan ook door elkaar. Het enige onderscheid dat gemaakt wordt, is het feit dat sommige opleidingen apart voor de migranten georganiseerd worden in het Frans.”

Voor een vleesverwerkend bedrijf als Jos Theys is het noodzakelijk geworden om op migranten te kunnen terugvallen. Belgen die de juiste opleiding genoten of die bereid zijn de opleiding binnen het bedrijf te volgen, zijn steeds moeilijker te vinden. De meerderheid van de migranten bij Jos Theys zijn Marokkanen. Dat komt omdat ze onder elkaar veel mondelinge reclame maken. Komt er een vacature open dan bieden zich steevast vrienden of familie van reeds aangeworven Marokkaanse personeelsleden aan.

Bij het Genkse logistiek bedrijf TDS/Essers, de joint venture tussen het Canadese TDS en de Limburgse transportgroep Essers, is het meer een zaak van willen dan van moeten. Omdat Essers graag werkt met mensen uit eigen streek, “die een sterkere band hebben met het bedrijf”, en ook in de migrantenwijken van deelgemeente Winterslag wilde recruteren TDS/Essers verhuist trouwens rond deze tijd naar een plek op de oude mijnterreinen daar werd in juni jongstleden een samenwerking opgezet met een aantal lokale partners : het gemeentebestuur, wijkmanager Dirk Habils, de Begeleidingsdienst Limburgs Mijngebied (BLM) en de vzw Logis (afhangend van de BLM), die opleidingen geeft om heftrucks te besturen. Het doel : de Marokkaanse en Turkse inwoners van die wijken bereiken, waarbij vooral gerekend wordt op mond-tot-mond-communicatie, want langs de klassieke recruteringskanalen zoals de kranten, lukt het niet.

Onder de 2000 sollicitanten die hengelden naar een job bij de nv TDS/Essers, die begin dit jaar in Genk van wal stak met packaging en wereldwijd vervoer van onderdelen van Ford Mondeo– en Transit-modellen, was er aanvankelijk niet één die uit de nabijgelegen arbeiderswijken van deelgemeente Winterslag kwam. Tot grote spijt van de gemeente : want Winterslag staat geboekstaafd als “kansarm”, de overgrote meerderheid in de cités is migrant, de werkloosheid loopt er hoog op.

“Essentieel is dat die mensen de kans krijgen om getest te worden. In vele andere bedrijven komen migranten vaak zelfs niet door de eerste selectie ; voor een gesprek worden ze al niet meer uitgenodigd,” zegt burgemeester Jef Gabriëls (CVP). “Hier wordt het aspect etniciteit opzij geschoven. Objectieve criteria, dáár gaat het om.”

Personeelsmanager Eddy Schrijvers legt uit welke die criteria zijn : “De selectie wordt gevoerd langs de VDAB, waar psychotechnische en andere testen worden gedaan op snel en nauwkeurig werken, stressbestendigheid, groepswerkgeest, rekenkunde… Taalvaardigheid ook, want we verlangen dat ze hun richtlijnen voor het werk in het Nederlands kunnen lezen én begrijpen. Maar vooral die taal blijkt een struikelblok te zijn.” Veertig kandidaten uit de migrantenwijken werden naar het bedrijf geloodst, twaalf daarvan zijn inmiddels aangeworven, als inpakkers in het magazijn.

Of die twaalf met hun 180-tal Vlaamse collega’s-arbeiders over de recente migrantenrellen discussiëren ? Eddy Schrijvers : “Uiteraard wordt daarover gepraat. Maar op een rustige manier. Nee, die rellen veroorzaken hier bij ons alvast geen schokgolven.”

GUIDO MUELENAER

Met medewerking van : Daan Killemaes, Raf Pauwels en Jozef Van Gelder.

RELLEN IN ANDERLECHT… BOUWVAKKERS AAN HET WERK Werkende migranten blijven rustig.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content