Ruimte voor reclameblok

Het nieuwe kantoorgebouw van reclamebureau VVL/BBDO integreert strakke moderne architectuur in een historisch kader. Getekend, architect Jo Crepain.

Onze eerste confrontatie met het ‘nieuwe’ VVL/BBDO-gebouw in de Brusselse Scheldestraat zorgt voor wat verwarring. Anno 1908 staat er boven de grote toegangspoort, en eenmaal binnen waan je je ook even aan het begin van de 20ste eeuw. In de ruime overdekte straat kijk je met bewondering naar de oude stijlvolle gevels. Het is evenwel zoeken naar een aanwijzing dat hier een modern reclamebureau is gevestigd.

De onzekerheid of je wel op het juiste adres bent, verdwijnt onmiddellijk na het passeren van een tweede grote poort: de moderne materialen en de strakke lijnen in de hoge lichte hall maken meteen duidelijk dat hier een modern architect als Jo Crepain aan het werk was. De grote VVL/BBDO-letters achter de onthaalbalie nemen de laatste twijfel weg.

Meervoudige opdracht.

In 1996 kreeg de Antwerpse architect Jo Crepain van VVL/BBDO drie opdrachten: evalueer twee historische panden op hun potentieel, help zoeken naar een financier en realiseer het project.

Hoewel het andere pand ook wel spectaculair was en qua ligging zelfs beter scoorde (want dichter bij het centrum) raadde Jo Crepain het pand in de Scheldestraat aan “omdat er meer mogelijkheden waren”. In zijn tweede opdracht slaagt Jo Crepain dankzij zijn goede contacten met Mercator & Noordstar. De verzekeraar draagt de investering van ongeveer 200 miljoen frank, maar is dan ook zeker van negen jaar huurinkomsten.

Van een honderd jaar oud semi-industrieel gebouw een modern en functioneel kantoorgebouw maken, was de grote uitdaging in de derde opdracht. Jo Crepain slaagt erin door de oorspronkelijke tweeledige structuur van het gebouw zoveel mogelijk te behouden. “Vroeger was hier een wijnimportzaak en bottelarij gehuisvest,” vertelt hij. “De kantoren vooraan hebben we vrijwel intact gelaten, die staan nu te huur. Achteraan was een grote opslagplaats, een zeer rudimentair gebouw. Het is dit gedeelte dat we, samen met de magazijnen uit het voorste gedeelte, volledig hebben ontmanteld en omgebouwd tot de kantoren van VVL/BBDO.”

Toch bouwt de architect zoveel mogelijk verder op wat er al was: hij behoudt de spanten van het dak en ook de betonnen en metalen structuurelementen laat hij zoveel mogelijk in hun oorspronkelijke staat.

De meest markante ingreep is de creatie van een hoge open hall. Twee zwarte kokers (in prefabbeton en reglit-glas) op het einde van de hall verbergen de lift en de trap. De kantoorruimten zijn, verdeeld over het gelijkvloers en twee verdiepingen, in een u-vorm rond deze hall gebouwd. Het gebouw is daardoor sterk naar binnen gekeerd. “Een bewuste keuze,” zegt Jo Crepain. “We hebben hier niet echt het mooiste uitzicht van Brussel, daarom rekenen we voor het daglicht in de eerste plaats op de lichtinval via het glazen dak van de hall.” Om optimaal te profiteren van dit effect plaatste Crepain alle “niet-werkruimten” zoals vestiaires, keukentjes en opslagruimten aan de achterzijde van het gebouw.

Veel ruimte.

In zijn ontwerp moest Crepain rekening houden met twee specifieke eisen van VVL/BBDO. Willy Coppens, creative director bij VVL/BBDO: “We wilden een gebouw dat de communicatie tussen onze medewerkers bevordert. In ons vorige kantoor was er te weinig circulatie. Iedereen werkte op zijn of haar eilandje, de communicatie beperkte zich tot de medewerkers die op hetzelfde project zaten. Een tweede belangrijke eis was het gebouw zo modulair mogelijk te maken. Een reclamebureau is immers zeer onderhevig aan veranderingen. Het groeit, krimpt, de structuur wijzigt. Bij de eerste gesprekken met Jo werkten er zestig mensen in het bureau, daarna is dat even gezakt naar vijftig en nu zitten we aan zeventig. Je moet kunnen spelen met die ruimte.” Landschapskantoren waren voor Crepain (die ook de binnenhuisarchitectuur mocht doen) het antwoord op beide eisen. Maximaal de hoogte van de ruimtes uitspelen, was een eis die Crepain zichzelf oplegde. “De grootste luxe die je aan je medewerkers kunt geven is ruimte,” stelt hij. “Die mooie hoge ruimtes zijn voor mij het belangrijkste voordeel van oude gebouwen. Ik zal er dan ook alles aan doen om geen verlaagde plafonds te moeten steken. Alle technische infrastructuur zoals kabels, koeling en verwarming hebben we in de vloer ondergebracht.”

Op de eerste verdieping zorgen kasten voor een minimale compartimentering. Willy Coppens: “Voor de creatieve teams is concentratie heel belangrijk. Vandaar dat zij toch een beetje afgezonderd wilden zitten.”

“Maar,” komt Jo Crepain terug op zijn stokpaardje, “dat gaat niet ten koste van het ruimtegevoel. De kasten zijn maar anderhalve meter hoog. Als je zit, heb je de intimiteit van je eigen plek, en zodra je opstaat, voel je die enorme ruimte.”

L.V.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content