Royale expo
Als koning legde Charles I van Engeland een brokkenparcours af, met als dieptepunt de burgeroorlog die zijn wanbeleid in 1642 uitlokte. Hij is de enige Britse vorst die werd afgezet en onthoofd. In de Royal Academy in Londen is zijn kunstcollectie het thema van een groots opgezette expo. Hij bezat een indrukwekkende verzameling schilderijen, tapijten, sculpturen en miniaturen van onder meer Titiaan, Dürer, Holbein, Rubens en Van Dyck. Hij kocht werk van tijdgenoten, maar vergaarde ook klassieke werken. Zo verwierf hij de collectie van de hertogen van Mantua. Na zijn onthoofding raakte zijn collectie verspreid, al slaagde zijn opvolger Charles II er tijdens de Restauratie nog in enkele topwerken uit buitenlandse handen te houden.
Over Charles II loopt een expo in de Queens Gallery in Buckingham Palace. Beroemd in die verzameling is het driedubbele portret dat Van Dyck schilderde van Charles I. Het vreemde werk was bedoeld als voorbeeld voor Bernini, die een sculptuur zou maken van de vorst. Dat beeld is verloren gegaan. De meeste werken op de expo komen uit de collectie van de Britse koningin, al zijn er ook bruiklenen te zien uit het Mauritshuis, het Louvre en het Prado.
Charles I. King and Collector, van 27 januari tot 15 april in Royal Academy in Londen
Charles II. Art & Power, tot 13 mei in Queen’s Gallery, Londen
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier