Rochas Ornamentais
Het mooiste witte marmer komt uit Carrara ; het mooiste zwarte marmer kwam uit België maar is helaas uitgeput ; het mooiste gekleurde marmer komt uit Portugal. De ‘Rochas Ornamentais de Portugal’ veroveren stilaan de wereld.
TEKST : HENK VAN NIEUWENHOVE / FOTO’S : MARNIX VAN ESBROECK
Na Italië, China, Spanje en India bekleedt Portugal de vijfde plaats in de uitvoertabel van natuurstenen. Onder natuursteen verstaan we een bijzonder groot assortiment van marmers, granieten, en kalkgesteenten. Want de verscheidenheid van natuursteen die men op een relatief kleine plaats uit de bodem haalt, is bijzonder groot. Meest bekend zijn de roze marmers (rosa aurora, rosa borba en de geaderde rosa venado bijvoorbeeld), de groene marmers ( verde sampaio, verde serpa of verde viana) en de grijze en roze granietsoorten.
De grote paleizen
en kerken in Lissabon, Sintra, Mafra… zijn gebouwd in Portugese natuursteen. In de 15de en 16de eeuw toen Portugal dankzij de ontdekkingsreizen en de handel in specerijen een van de welvarendste wereldmachten was, werd het prachtigste marmer gewonnen in de streek tussen Lissabon en Sintra. Dat de productie van marmer nog grotendeels in dit gebied plaats heeft, is dus historisch te verklaren. Geleidelijk aan geraakten de putten nabij Sintra echter uitgeput, en ging men elders nieuwe bronnen aanboren. Zo heeft het zwaartepunt van de marmerontginning zich langzaam maar zeker verplaatst naar de Alentejo, meer bepaald het gebied rond Borba en Vila Viçosa, dicht bij de Spaanse grens. Borba is een groot dorp, dat behalve voor zijn marmergroeven ook bekend is voor zijn brocantewinkels en zijn uitstekende wijnen. Vila Viçosa was eens de koninklijke residentie en deze kleine stad heeft nog veel van zijn vroegere grandeur bewaard, zij het dat de paleizen, boulevards en enorme pleinen een beetje onwezenlijk aandoen in de actuele context. Maar goed, het glorieuze verleden is er mede de oorzaak van dat deze streek een halteplaats is geworden voor reizigers die op weg zijn van Spanje naar Lissabon (of omgekeerd).
Men kan er moeilijk naast kijken in de Alentejo. De marmergroeven zijn een ecologische ramp in de mooiste streek van Portugal. De mooiste landschappen worden misvormd door bergen steenafval. Men is zich daar in Portugal ook van bewust en wil in de toekomst wat doen aan de verwerking van de afvalbergen die ontstaan zijn. Het vermalen van de afval is een oplossing. Hoopgevend is in dat verband dat er meer en meer toepassingen gevonden worden waarin het gemalen gesteente kan worden gebruikt. Zo blijkt het een waardevol alternatief of een aanvulling te zijn voor asfalt bij de aanleg van het wegennet. Het zogenaamde fluisterasfalt bestaat uit een mengeling van petroliumderivaten en gemalen gesteenten. Ook worden gemalen gesteenten gebruikt voor allerlei decoratieve toepassingen, zoals vloer- en muurtegels. Toch kan men zich niet van de indruk ontdoen dat het nog vele tientallen jaren zal duren voor het prachtige landschap in en rond Borba en Vila Viçosa weer in ere hersteld zal zijn. Voor een hinkende Portugese economie komt het erop aan de succesrijke industrieën weinig strobreed in de weg te leggen. En de marmerindustrie is bijzonder succesvol. Anderzijds is deze aantasting van de omgeving nog herstelbaar. Puin kan men ruimen en uitgeputte groeven kan men in principe weer dichtgooien. De schade die bijvoorbeeld in Carrara werd aangebracht, waar hele bergen afgebroken werden, is definitief.
Het Portugese marmer
diende oorspronkelijk vooral voor lokaal gebruik. Carrara had wereldwijd een veel grotere reputatie. Maar stilaan ging men zelfs in Carrara Portugees marmer invoeren, om het daar te bewerken en… in sommige gevallen als Italiaans marmer te verkopen. Zo raakte het Portugese marmer meer en meer bekend in het milieu. Franse en Duitse fabrikanten gingen naar Portugal zelf en kochten grote blokken marmer om ze in eigen land te verwerken. Meer en meer gingen de Portugezen zelf het marmer slijpen, en uiteindelijk gingen ze volledig afgewerkte producten vervaardigen. Tien jaar geleden bestond de uitvoer nog voor de helft uit onafgewerkte blokken marmer ; nu is dat nog slechts een kleine 20 %. Het marmer wordt in 38 % van de gevallen aangewend voor vloertegels ; in 12 % voor de zogeheten arte funerária, in het Nederlands minder poëtisch aangeduid als grafzerken. De andere helft wordt verdeeld onder alle mogelijke toepassingen die men kan bedenken. En dat zijn er heel wat, want marmer kan overal in huis gebruikt worden : van de badkamer tot het salon ; van de voorgevel tot de terrastafel.
In Borba
is de zetel van Cevalor gevestigd, de organisatie die wereldwijd de belangen van de marmergroeven en -producenten verdedigt. Cevalor heeft verscheidene objectieven. In samenspraak met de universiteiten wordt onderzoek verricht naar nieuwe technologieën, zowel op het gebied van de marmerwinning als van de productie. Er wordt gestreefd naar een standaardisatie, zowel van het decoratieve als het industriële product, binnen de normen van de Europese Commissie. Cevalor reikt ook certificaten uit, zgn. quality awards. Verder houdt de organisatie zich bezig met promotie, technische bijstand van bedrijven, advies inzake gezondheid en veiligheid, training van geschoold personeel, stimulering van artiesten én de milieuproblematiek. Specifiek naar de export toe onderzoekt Cevalor de markt, volgt de nieuwe toepassingen en de evolutie van de vraag en vertegenwoordigt de sector op internationale beurzen. Een voorbeeld van een belangenorganisatie die goed functioneert.
De Portugese marmerindustrie zit dan ook geweldig in de lift. Toch logisch als je het mooiste marmer van de wereld hebt ? “Vanzelfsprekend”, antwoordt Sónia Pereira, mijningenieur en technisch directeur bij Cevalor. “We hebben het beste marmer, niet alleen qua uitzicht en intrinsieke kwaliteiten van het gesteente : de korrel van het gesteente is totaal verschillend van die van Carrara. Maar bovendien hebben we een eindeloze variëteit, die ons in staat stelt alle mogelijke producten te vervaardigen : voor indoor- of outdoorgebruik ; voor alle soorten weersomstandigheden, voor zon en sneeuw, koud en warm. Elke put die we aanboren, levert een nieuwe variëteit op. Bovendien is het Portugese marmer niet alleen mooi wanneer het nieuw is, maar wordt het nog mooier door de patina die het krijgt met ouder worden. Daarnaast hebben we nog heel mooie graniet, al beperkt de kleurvariëteit zich tot grijs en roze.”
Ander groot verschil met Carrara is dat de Portugese marmer niet uit de bergen wordt gehaald, maar wel uit de bodem. Als je de ca 250 putten ziet, op een zakdoek bij elkaar gelegen, stelt men zich niet alleen vragen van ecologische aard. Vroeg of laat moet de bodem toch uitgeput geraken ? “Eerder laat dan vroeg”, weet Sónia Pereira. “Boringen hebben aangetoond dat er tot 350 meter diepte marmer van goede kwaliteit te vinden is. In vergelijking met Carrara zijn dit jonge groeven en de reserves zijn haast onuitputtelijk. Mijn kleinkinderen zullen het alleszins nog meemaken dat hier marmer wordt ontgonnen.”
In de streek van Borba en Vila Viçosa bevinden zich ca 250 putten waaruit het prachtige marmer wordt bovengehaald.
Portugal heeft ‘s werelds grootste variëteit aan marmers en vervaardigt alle producten die maar denkbaar zijn.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier