Pluk & send
De klassieke bloemist is niet meer van deze tijd. De siertelers uit Lochristi en omgeving vallen voor de geur van e-commerce.
De Belgen zijn altijd al verwoede telers van bloemen, planten en bomen geweest. De Gentse Floraliën – dit jaar aan hun 32ste editie toe – groeiden zelfs uit tot de grootste overdekte plantententoonstelling ter wereld.
Vooral de Oost-Vlamingen genieten een internationale reputatie in de sierteelt. Zij beslaan nagenoeg de helft van de 2916 bedrijven, die in totaal goed zijn voor 5928 arbeidsplaatsen. De geconsolideerde omzet bedraagt zo’n 18 miljard frank, en meer dan 70% van de productie wordt geëxporteerd (vooral naar Frankrijk, Nederland, Duitsland en Groot-Brittannië).
Het aandeel van de sector binnen de tuinbouw – zelf goed voor één vijfde van de totale landbouwproductie – schommelt rond de 30%. Sinds 1995 groeit de sierteelt met gemiddeld 4% per jaar. Met een areaal van meer dan 100 hectare is België de belangrijkste producent ter wereld van knolbegonia’s. Ook blijven we met 45 miljoen azalea’s per jaar de onbetwiste markleider in Europa. Het handelsoverschot bedroeg in 1998 meer dan 3,3 miljard frank.
De jaren ’90 stonden in het teken van de schaalvergroting. Ondanks een daling van het aantal bedrijven met een vierde sinds 1980, steeg het totale areaal met 25% tot 6181 hectare, waarvan 4400 hectare voor de boomkwekerijen. De rentabiliteit per arbeidskracht nam toe van 827.000 frank in 1990 naar meer dan 1 miljoen frank in 1997. Daarnaast schakelden heel wat telers over van openlucht naar glasteelt (vooral voor azalea).
“Jammer genoeg heerst er een totaal gebrek aan visie,” vindt Rudi De Kerpel, voorzitter van de onafhankelijke aankoopgroep Tuin-Visie, een beroepsfederatie van 41 leden met een geconsolideerde omzet van 2,5 miljard frank: “Het Vlaams Promotiecentrum voor Agro- en Visserijmarketing ( Vlam) blijft zweren bij massaproducten, zoals de azalea. Maar daar ligt onze toekomst niet, want in dit segment kunnen wij nooit opboksen tegen de lagelonenlanden. Als we niet oppassen, overspoelen binnenkort de Chinezen, die over een gigantisch areaal beschikken, ons met goedkope azalea’s. Het boottranport van Hongkong naar Bologna kost amper 100.000 frank voor een container, wat een stuk goedkoper is dan een vrachtwagen van Gent naar Milaan.”
De sector zweert ook bij de klassieke verdeelpunten, zoals de bloemenwinkels. Zucht De Kerpel: “Maar die zijn amper rendabel. De jongste jaren kennen vooral de tuincentra en de supermarkten een enorme groei. De omzet verdubbelde er in nog geen half decennium. Ook vindt een omschakeling plaats van het binnen- naar het buitengebeuren. Zo heeft de surfina – een hangplant – de geranium als balkonversiering vervangen. Tuin-Visie probeert op deze nieuwe trends in te spelen. Daarnaast brengen we volgend jaar een eigen gamma van potgrond en plantenvoedsel onder private label op de markt.”
De Kerpel, die ook gedelegeerd bestuurder is van tuincentrum Euro Tuin in Merelbeke, gelooft sterk in e-commerce. Maar daarvan heeft de sector volgens hem geen kaas gegeten. In 1999 startte De Kerpel samen met enkele investeerders een eigen website, www.groen.net. Tegen september 2000 hoopt hij te kunnen uitpakken met een heus business-to-business platform op internet, waarbij de tuincentra rechtstreeks het aanbod van hun leveranciers kunnen raadplegen en bestellen: Gardenflow. Op termijn droomt hij van een e-flow-systeem voor de privé-consument, waarbij elke bloemen- of plantenliefhebber conform het Proxis-model (boeken en cd’s) op een netwerk inlogt, een winkel kiest en zijn aankopen doet. Bij grotere hoeveelheden worden de goederen thuisbezorgd, terwijl in de andere gevallen de consument zijn gading kan ophalen in de tuincentra.
Intussen loopt sinds maart 2000 een virtuele veiling van Sierteelt Platform Vlaanderen ( SPV) op internet: www.spv.be. Op deze site worden vraag en aanbod systematisch aan elkaar gekoppeld. In tweede instantie komt er een logistiek centrum aan de Kennedylaan in Gent om de verkoop en distributie van de sierteeltproducten in eigen regio te houden: Logiflor. Als gevolg van de hoogoplopende transportkosten – de grote Nederlandse veilingen liggen gemiddeld op 250 kilometer afstand – zien vele kwekers hun marges verloren gaan voor producten die zij niet rechtstreeks aan de klant kunnen verkopen.
Algemeen directeur Jan Deman: “Het stadsbestuur heeft ons een terrein van 25 hectare aangeboden. De onteigeningen zijn volop bezig. Eind dit jaar wordt de eerste steen gelegd en begin 2001 openen we onze deuren.”
eric pompen
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier