Pillen helpen besparen
In deze tijden van krappe gezondheids- zorgbudgetten, moeten geneesmiddelen niet alleen genezen, maar de best mogelijke resultaten halen voor zo weinig mogelijk geld.
Overal ter wereld komen de budgetten voor gezondheidszorg onder druk te staan. Voor een producent van geneesmiddelen of medische technologieën volstaat het niet langer om te bewijzen dat zijn product werkzaam is. Steeds vaker moet hij aantonen dat het zijn prijs waard is. Als een peperduur geneesmiddel of medische ingreep de toestand van een patiënt slechts een beetje verbetert, kan de overheid het geld beter gebruiken voor, bijvoorbeeld, een vaccinatiecampagne tegen hepatitis B. Want zo vermijdt de overheid de zeer dure behandeling van leverkanker, waartoe hepatitis B in veel gevallen leidt.
Precies om die kosteneffectiviteit van zijn producten aan te tonen, heeft Janssen Pharmaceutica in Beerse een ploeg van zeven gezondheidseconomen ter beschikking. “Met onze mensen in het buitenland erbij zijn we met twintig,” zegt Koen Torfs, director Global Health Economics van Janssen. “Niet alleen overheden vragen ons om economische evaluaties, ook bijvoorbeeld ziekenhuisapotheken en zelfs artsen. Neem Groot-Brittannië: daar moeten onze vertegenwoordigers onderhandelen met de budget holders, groepen van huisartsen die volgens het Britse systeem vaste budgetten krijgen en daarmee “gezondheidszorgen” moeten aankopen, bijvoorbeeld in ziekenhuizen.”
De overheid, zeker de Belgische, maakte tot nog toe weinig geld vrij voor onafhankelijke instituten voor medisch-economische evaluaties. Is het niet ongezond dat de verkoper zelf de studie uitvoert? “We kijken sowieso uit wat we op de markt brengen. Stel, een nieuw geneesmiddel heeft slechts beperkte baten en de ontwikkelingskosten ervan wegen zeer zwaar. In dat geval kan de prijs zo hoog oplopen dat de overheid het product nooit zal willen betalen. Dan beginnen we er niet aan. Bovendien moet de prijs van een geneesmiddel hoog genoeg zijn om innovatief onderzoek te financieren, maar tegelijk moet hij maatschappelijk aanvaardbaar blijven. Daarom moeten wij onderzoek en ontwikkeling zo efficiënt mogelijk houden.”
Het feit dat kosten en baten vaak niet in financiële termen uit te drukken zijn, maakt het niet makkelijker. “Neem pijnbestrijders bij kanker,” zegt Torfs. “Je bespaart niet echt kosten, maar de levenskwaliteit stijgt behoorlijk. Die baat kwantificeren is moeilijk, dat is een zaak voor psychometristen.” Ander punt is dat baten niet altijd worden verrekend. “Als door een nieuwe behandeling patiënten opnieuw kunnen werken, betekent dat meer belastinginkomsten, hogere productiviteit, en zo meer. Maar de overheid houdt niet altijd rekening met die maatschappelijke winst, omdat de ziekteverzekering op zich er financieel niet beter van wordt.”
HERVERDELING.
Medisch-economische evaluaties zijn in Ontario en Australië verplicht voor prijszetting en terugbetaling van medicijnen. Nederland, Frankrijk en Groot-Brittannië hebben interesse. “België beperkt zich meestal tot het drukken van de kostprijs, zonder de baten af te wegen,” zegt Hugo Robays, hoofdapotheker van het Gentse Universitair Ziekenhuis en lid van het Pharmacoeconomic Committee binnen het BESPE (Belgian Society for Pharmacoepidemiology). “Een reden daarvoor is het consensusmodel in onze gezondheidszorg. De overheid verdeelt de middelen over de verschillende partijen met wie ze telkens aparte afspraken maakt: de artsen, de ziekenhuizen, de farmaceutische industrie enzovoort. Maar economie heeft alles te maken met soepele herverdeling: je moet de middelen inzetten waar zij het meest opbrengen. De antimaagzweermedicijnen zijn duurder dan vroeger, maar vermijden hospitalisatie en chirurgie, en leveren dus besparingen op in de ziekenhuissector. Je zou hier dus geld moeten overhevelen van de ziekenhuizen naar de geneesmiddelen, maar in België is dat moeilijk: elke sector klampt zich vast aan zijn budget.”
ANALYSE.
Hoe werkt nu zo’n gezondheidseconomische evaluatie? Een vaak gebruikte techniek is de kosteneffectiviteitsanalyse. Centraal staat de afweging van enerzijds het kostenverschil tussen een nieuw en oud product (een geneesmiddel bijvoorbeeld) en anderzijds de verbetering in effect (aantal gewonnen levensjaren, aantal gewonnen symptoomvrije dagen enzovoort). “Stel, een nieuw geneesmiddel is 500 dollar duurder dan het oude,” zegt Ward Van Rompay, die samen met Lieven Annemans het Mechelse consulting- en studiebureau HEDM (Health Economics and Disease Management) runt. “Maar het nieuwe middel doet de behandelingskosten met 200 dollar dalen, omdat hospitalisatie, doktersconsultaties en zo meer worden vermeden. Per saldo zijn de totale behandelingskosten 300 dollar hoger, maar het nieuwe middel levert een winst op van drie levensjaren. Dat betekent investeringskosten van 100 dollar per gewonnen levensjaar. Als de overheid deze investeringskosten voor een hele reeks medicijnen en medische ingrepen berekent, kan zij haar budget optimaal verdelen door de middelen toe te wijzen aan behandelingen met de laagste kosten per gewonnen levensjaar. Zo zal zij met haar beperkt budget een maximaal aantal gewonnen levensjaren produceren. Anders gezegd: waar voor uw geld.”
JVG
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier