Peugeot 307 SW

Een beetje break, een beetje vrijetijdsauto en een beetje monovolume.

Het Franse automerk Peugeot lanceert snel na elkaar twee SW-versies: de 206 SW wordt een compacte, dynamische break voor een jong publiek, de 307 SW een nicheauto die lonkt naar een cliënteel die ‘gebruiksvriendelijkheid’ bovenaan het verlanglijstje heeft staan.

De nieuwe 307 SW houdt het midden tussen een break, een compacte vrijetijdsauto en een kleine monovolume. Hij heeft als rechtstreekse concurrenten onder meer de Citroën Picasso, de Renault Scénic en de Nissan Tino. Met een totale lengte van 4,42 meter is de 307 SW wel merkelijk langer dan de Scénic (4,17 m), Tino (4,27 m) of Picasso (4,28 m).

De nieuwe Peugeot is een allrounder. Hij kan worden ingezet voor het woon-werkverkeer. Maar het is evenzeer een gezinsauto waarin tot zeven personen kunnen plaatsnemen. En ook als vrijetijdsauto kan hij uitstekend werk verrichten: dankzij het moduleerbare interieur met drie zetelrijen wil Peugeot actieve sporters verleiden. Als de zetels op de tweede en de derde rij (twee stuks in optie) zijn uitgebouwd, is de 307 SW ook bruikbaar als meid voor alle werk. Al moet u er dan wel bij nemen dat de laadvloer niet vlak is – de middentunnel loopt immers door tot de achteras.

De 307 SW is afgeleid van de 307 Berline. Opvallend aan het elegante design is de royaal bemeten glazen dakpartij (5,34 m² – goed voor één derde van het totale koetswerkoppervlak), die bijna naadloos aansluit op de grote voorruit. In het interieur worden uitsluitend kwaliteitsmaterialen gebruikt.

De 307 SW is leverbaar met vier krachtbronnen: twee benzinemotoren en twee Hdi-turbodiesels. De viercilinder benzinemotoren van 1.6-liter (110 pk; vanaf 18.210 euro) en 2.0-liter (138 pk; vanaf 19.920 euro) hebben vier kleppen per cilinder en sequentiële injectie. Ze zijn leverbaar met een handgeschakelde of automatische versnellingsbak met manuele Tiptronic-System-Porsche-bediening. De twee 2.0-liter Hdi-motoren zijn turbodiesels (90 en 110 pk) met directe common-railinjectie. Beide krachtbronnen verbruiken gemiddeld 5,4 l/100 km.

Acht airbags en zeven driepuntsveiligheidsgordels behoren tot de standaard veiligheidsuitrusting. In sommige versies zijn ook elektronische copiloten beschikbaar. Het ESP-systeem omvat ABS, elektronische remkrachtverdeling, een antislipsysteem en stabiliteitscontrole.

Patrick op de Beeck [{ssquf}]