Outsiders – Collectie De Stadshof

Tot begin 2001 had het Zwolse museum De Stadshof een wereldvermaarde collectie outsiderkunst in zijn bezit. Dit jaar kreeg De Stadshof evenwel een andere bestemming en verhuisde de verzameling van ruim tienduizend werken naar het Gentse Dr. Guislain Museum. Een deel van die collectie wordt nu tot en met 29 september aan het publiek voorgesteld.

Het begrip ‘Outsiderkunst’ refereert aan een waaier aan artistieke activiteiten die zich buiten het domein van de professionele beeldende kunst bevindt en bedreven wordt door zij die sociaal en daardoor ook cultureel geïsoleerd lijken. Dat kunnen zonderlingen zijn, gehandicapten en/of psychiatrische patiënten. Een outsiderkunstenaar deelt dezelfde verbetenheid en koortsachtige dwang van een professioneel beeldend kunstenaar, maar hij is niet geïnteresseerd in roem, erkenning of geld.

Voor het werk van Willem van Genk bijvoorbeeld bestaat veel interesse van zowel verzamelaars als musea. De man kan evenwel zeer moeilijk werk afstaan. Een werk weggeven of verkopen zou synoniem zijn van het wegschenken van zichzelf en het weggeven van een stuk macht. Tijdens de Tweede Wereldoorlog kwam de dertienjarige Van Genk in aanraking met de Gestapo. De leden ervan droegen zwarte jassen met decoraties en ondervroegen hem over de schuilplaats van zijn ondergedoken vader. Het beeld van die gebeurtenis heeft hij nooit kunnen vergeten. Zijn verlangen naar macht en aanzien versmelt met het beeld van de jas. Voor Van Genk is de Gestapo afschrikwekkend en slecht (bulderstemmen en harde handen) maar ze is ook prachtig en oppermachtig (met indrukwekkende uniformjassen). De jas is in het oeuvre van Van Genk synoniem van de macht en de vrouw. Van Genk verzamelde een indrukwekkende collectie regenjassen, die hij stuk voor stuk versierde. Zijn buitengewone schilderijen lijken op collages en kunnen omschreven worden als een hoogst originele mix van de Gentse etser De Bruycker met Werner Hofmann Hundertwasser en vleugjes Pop Art.

Ook het werk van Michel Nedjar wordt getekend door de oorlog. Geboren in 1947 groeide Nedjar op in een joodse kleermakersfamilie met een Algerijnse vader en een Poolse moeder. Tijdens de Tweede Wereldoorlog kwam een groot deel van de familie van zijn vader om in de concentratiekampen. Rond 1960 besefte Nedjar ten volle wat de holocaust inhield: in dat jaar zag hij de film ‘Nuit et Brouillard’ van Alain Resnais. Hij was diep geschokt en het thema bleef hem achtervolgen. Zijn schilderijen en sculpturen zijn dan ook uitgesproken donker van sfeer. Nedjar is een zuivere expressionist. Zijn oeuvre baadt in zwarte en dieprode tinten. Van eenzelfde expressionistische tendens getuigen de monumentale schilderijen van Rosemarie Koczÿ en het meer intimistische werk van Sava Sekulic.

Bertus Jonkers bouwde in zijn woning een imaginaire stad, construeerde zijn miniatuurbouwwerken met verschillende materialen en plakte ze aan elkaar met zand, lijm en verf. Voor Jonkers houdt ‘bouwen’ een ontdekkingstocht naar zichzelf in. Zijn ‘Ideale Stad’ heeft iets vertederends naïef.

Het werk van de meeste outsiderkunstenaars wordt getekend door een in de kindertijd opgelopen trauma. Sommige werken zijn leuk of interessant. Andere werken imponeren door de unieke toets en kracht die ze uitstralen.

Piet Goethals [{ssquf}]

‘Outsiders – Collectie De Stadshof’, t/m zo 29/9, van di t/m vr van 9.00 tot 17.00 uur en op za en zo van 13.00 tot 17.00 uur in het Museum Dr. Guislain, J. Guislainstraat 43, 9000 Gent.

Info: 09-216 35 95,

www.fracarita.org/nl/europa/belgie/museum

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content