Oprollen, die prikkeldraad

Eric Pompen Eric Pompen is redacteur van Moneytalk

De huidige olieprijzen zijn nauwelijks in toom te houden, dus komen duurzamere energiebronnen plots weer in de belangstelling. De West-Vlaamse gigant Bekaert rolt de prikkeldraad op en ziet zijn toekomst in hoogtechnologische ontwikkelingen. Maar misschien kan het die energie ook intern vinden: naar verluidt vonkt het tussen voorzitter Paul Buysse en CEO Raf Decaluwé.

Troy (VS).

“De man die het begrip nieuwe economie heeft gelanceerd, zouden ze naar de maan moeten schieten.” Baron Paul Buysse, sinds mei van dit jaar voorzitter van de West-Vlaamse Bekaert-groep, heeft het duidelijk niet op nieuwlichterij begrepen. “Die typologie duwt industrial engineering in het verdomhoekje. Niets is minder waar. Als Bekaert oude economie was, zouden wij hier niet zitten. In uw bandopnemertje, uw laptop, uw auto, uw lichaam, zitten stuk voor stuk producten van ons. Dankzij onze technologie opereren drijvende olieplatformen – de meest performante vorm van oliewinning – op de Noordzee. En toch heeft de markt een negatieve perceptie van ons.”

Maar Buysse ziet de hemel weer opklaren. Volgens de voormalige topmanager van onder meer British Leyland, Tenneco, BTR en Vickers zullen de beleggers de traditionele waarden in ere herstellen: “Er is een koerscorrectie naar industrial engineering aan de gang. De hype van de dotcoms is toch een beetje over.” In eigen land krijgen technologiebedrijven zoals Lernout & Hauspie en Real Software zware klappen. Buysse: “De markt begint te beseffen dat bedrijven die vijf jaar lang met verlies draaien, en met beloftes nog jongere bedrijven tegen schabouwelijke prijzen aankopen, geen eeuwig leven beschoren zijn. Enerzijds is de beurs een emotioneel gebeuren, waarbij het charisma van de bedrijfsleider en de perspectieven een belangrijke rol spelen. Anderzijds dissecteert hij de bedrijven tot in hun kleinste facetten. Alleen duurzame ondernemingen – die people (sociaal), profit (economie) en planet (ecologie) aan elkaar koppelen – zullen op termijn overleven. Als je daar nog corporate governance en shareholder value aan toevoegt, heb je de juiste cocktail voor een goede strategie. Daarom investeren wij in nieuwe materialen, zoals hernieuwbare energie, op voorwaarde dat ze op onze basistechnologie geënt zijn.”

Vijf jaar geleden realiseerde Bekaert Advanced Materials (BAM) met 200 werknemers een omzet van 1,2 miljard frank. Vandaag zit het al met 800 personeelsleden en het stevent af op een cijfer van 6 miljard frank (op een groepstotaal van zo’n 100 miljard frank of 2,4 miljard euro in boekjaar 1999; zie cijfertabel).

Resoluut gooit de staalkoordreus uit Zwevegem zijn ouderwetse kap van prikkeldraadproducent af. Wie door de nieuwe showroom van Bekaert kuiert, waant zich in een nieuwe afdeling van Technopolis. Het totale gamma bevat meer dan 1000 hoogtechnologische producten: van metaalvezels in waardepapieren die het mogelijk maken om de echtheid te detecteren over heupimplantaten tot en met de ontzilting van zeewater.

Onder leiding van

gedelegeerd bestuurder Raf Decaluwé breekt Bekaert door in innovatieve markten. Drie jaar na de strategische ommezwaai van volumegedreven staaldraadproducent naar internationale speler in metaalvervorming en bedekkingstechnologieën, boekt Bekaert zijn eerste resultaten in de nieuwe hoogtechnologische producten. Zo zijn er dunne, metaalbedekte, flexibele films (chips) voor elektronische schakelingen, die in een joint venture met Dupont de Nemours worden geproduceerd. Daarnaast maakt het onder de verkoopnaam Furigas milieuvriendelijke gasbranders met een minimale uitstoot van CO2 en NOX. Die zijn het resultaat van een 51%-participatie in de Nederlandse wereldleider Combustion Component Holding. En tot slot is er het paradepaardje: de ontwikkeling van ‘fotovoltaïsche zonnecellen’, die voortkomen uit de geleidelijke overname van het Amerikaanse United Solar Systems.

Met die ontwikkelingen krijgt Bekaert een plaats op het internationale hoogtechnologische forum. Alleen is de beurs niet echt onder de indruk. Na het historische dieptepunt van 44 euro eind vorig jaar, steeg de aandelenkoers midden juni naar 56,7 euro – het gevolg van de overname van United Solar Systems. Intussen is de koers tot 48,8 euro teruggezakt.

“De koers blijft onder de boekwaarde van 58 euro zweven,” zegt Jean-Marie Caucheteux van het makelaarskantoor Vermeulen Raemdonck. “Als actieve speler in de staal- en auto-industrie – twee cyclische sectoren – schommelt Bekaert mee met de conjunctuur, wat de moderne beleggers weinig kan boeien. Bovendien staat BAM voor amper 5% van de omzet in. Zelfs al wordt het doel van 15% binnen de drie jaar bereikt, dan blijft dat percentage beperkt. Ten slotte maakt het aandeel deel uit van de Bel20-index, die tot nu toe ook geen hoge toppen scheert. Na twee winstwaarschuwingen in 1998 trokken de buitenlandse investeerders zich massaal terug.”

Toch gelooft Gert Potvlieghe, analist van Petercam, sterk in de toekomst van Bekaert: “Het herstructureringsplan dat in 1997 werd opgestart, begint zijn vruchten af te werpen. Vandaag ligt het break-evenpoint 25 miljoen euro lager dan drie jaar geleden. Tegen 2002 zal zeker een jaarlijkse besparing van 37 miljoen euro gehaald worden. De groep zit perfect op schema. Ondanks de hoge dollarkoers en de stijging van de olieprijs, haalt Bekaert zonder problemen zijn objectieven. Als het bedrijf die positieve lijn bij een groeivertraging van de economie kan aanhouden, zal de perceptie van de markt omslaan.”

Ook Serge Pattyn van KBC Securities vindt het aandeel koopwaardig: “Het is een goed geleid bedrijf met een goed dividendrendement.” Maar de gemiddelde belegger associeert Bekaert nog altijd met prikkeldraad en banden. Met andere woorden: oubollig. Het nieuwe, hoogtechnologische profiel slaat blijkbaar niet aan bij het grote publiek. “Daarom zullen ze dringend iets aan hun communicatiepolitiek moeten doen,” zegt Pattyn: “Bekaert kondigt aan de lopende band joint ventures en overnames aan, zoals onlangs nog in Tsjechië. Daardoor dreig je door de bomen het bos niet meer te zien. Daar ligt een belangrijke uitdaging voor de nieuwe voorzitter.”

Guy Haemers, algemeen directeur van BAM, leidt de vernieuwingsoperatie. De burgerlijk ingenieur metaalkunde, ex-aankoopdirecteur van strategische grondstoffen én voormalig hoofd van het onderzoekscentrum van de groep, vliegt de wereld rond op zoek naar nieuwe samenwerkingsverbanden, opportuniteiten en overnames. Als ancien kent dit lid van het steering committee het familiebedrijf op zijn duimpje. Bovendien combineert hij de technologische kennis van een ingenieur met de commerciële flair van een marketeer.

Op die manier vormt Haemers de brug tussen Decaluwé en Buysse. De CEO en de voorzitter van de groep zijn immers elkaars tegenpool. De gereserveerde gedelegeerd bestuurder is – conform de huiscultuur – de koele cijferaar met een grote dossierkennis en een duidelijke visie op de toekomst. Voorzitter Buysse treedt als flamboyante Antwerpenaar en pr-specialist graag op de voorgrond. Deze bellenman weet als geen ander de goede resultaten aan de grote klok te hangen.

Een sterke combinatie voor een tot nu toe al te gesloten groep, maar het moet klikken. Het gevaar is niet denkbeeldig dat één van de twee persoonlijkheden te veel het laken naar zich wil toetrekken (zie kader: Tegengestelde karakters).

Begin oktober begon Bekaert met de infrastructuurwerken voor een nieuwe fabriek van ‘fotovoltaïsche cellen’ (FV) in Troy, Michigan (VS). In de schaduw van de grote autoproducenten rond Detroit zullen de West-Vlamingen vanaf oktober 2001 ongeveer 25 megawatt extra zonne-energie produceren. Haemers: “Voor de hele operatie, inclusief de aandelentransactie, investeren wij 3,5 miljard frank. Bovendien plannen wij een derde lijn van 30 megawatt binnen de drie jaar.”

In april 2000 richtte Bekaert een nieuwe joint venture op: Bekaert ECD Solar Systems. Zelf heeft het een aandeel van 60%, de rest is in handen van Energy Conversion Devices, het Nasdaq-innovatiebedrijf van de Amerikaanse uitvinder Stan Ovshinsky (zie kader: De Litouwse Edison). Tegelijk nam de staaldraadreus een minderheidsparticipatie (19%) in ECD-dochter United Solar Systems, met een optie tot een meerderheidspositie ten laatste in 2004. De onderneming heeft een productiecapaciteit van 5 megawatt, heeft 257 medewerkers in dienst en realiseert een jaaromzet van ongeveer 591 miljoen frank.

Gemiddeld groeit de

markt van zonne-energie jaarlijks met 20%. Bovendien is het potentieel heel groot. Zo acht het onderzoeksbureau Ekomation Solar Energy Consultancy op termijn zelfs een capaciteit van 500 megawatt voor Nederland mogelijk. (In 1996 hadden onze noorderburen een gezamenlijke capaciteit van amper 3,3 megawatt). Maar traditioneel is de hoge kostprijs hét struikelblok voor een definitieve doorbraak van zonne-energie. Daarvoor heeft Bekaert naar eigen zeggen een oplossing gevonden. Dankzij het gebruik van ‘amorf silicium’ (een uitvinding van Stan Ovshinsky), een grootschalige, continue productie en de overheidssubsidies voor duurzame energie, zijn de FV-cellen nu wél competitief.

Luc Polfliet, marketing manager van Bekaert Advanced Materials: “Elke maand stijgt het energieverbruik in de wereld en wordt de publieke druk voor milieuvriendelijke oplossingen groter. Met uitzondering van enkele kleine innovatievennootschappen – zoals het interuniversitair onderzoekscentrum Imec of Solel ( nvdr – een participatie van de Vlaamse Milieuholding die in augustus 2000 op de fles ging) – zijn er maar een paar multinationals met zonne-energie bezig. BP, Shell, Siemens en Kyocera, bijvoorbeeld. Alleen doen die het vooral om hun imago op te krikken. Wij geloven echter sterk in de nieuwe technologie. Daarom is er nog plaats op de markt voor dynamische, goed gestructureerde groepen zoals Bekaert.”

Jo Neyens van Imec is wel sceptisch over de toekomst van Bekaerts zonnepanelen: “Momenteel gebruiken die systemen dubbel zo veel oppervlakte en ligt hun rendement een stuk lager dan ‘polykristallijn silicium’. Maar als het nieuwe product van United Solar Systems zijn beloftes op commerciële schaal kan waarmaken – wat trouwens al tien jaar zonder succes wordt voorspeld – ligt voor Bekaert een mooie toekomst weggelegd.”

Op korte termijn

hopen de West-Vlamingen tot de internationale top van FV-producenten te kunnen doorstoten. BAM-directeur Haemers: “In de Verenigde Staten worden nieuwe materialen veel sneller uitgeprobeerd. Daarom starten we daar onze actie. Op dat vlak zijn de Europeanen nog altijd wat conservatiever. Zo test de NASA FV-panelen van United Solar Systems uit voor de energiebevoorrading van het ruimtestation MIR. Een project van goed 34 miljoen frank.”

Op het eerste gezicht lijkt de combinatie wat raar. Wat heeft een prikkeldraadproducent in zonne-energie te zoeken? Het antwoord is logischer dan we dachten. “Traditioneel zijn we specialisten in het bedekken van staal,” zegt Guy Haemers. “Een FV-paneel is niets anders dan een zeer dunne staalplaat van 0,125 millimeter met 12 deklagen, die er in een continu proces op worden aangebracht. Je vertrekt als het ware met een rol en op het einde van de band rolt het product eruit.”

Bovendien experimenteerde Bekaert in het verleden al eens met groene energie. In het begin van de jaren tachtig participeerde de groep samen met de Nederlandse chemiereus DSM en het Studiecentrum voor Kernenergie(SCK) in Elenco, dat brandstofcellen op waterstof produceerde. Het bedrijf was een initiatief van Hugo Vandenborre, die nu gedelegeerd bestuurder van Hydrogen Systems (ex- Begemann) uit Turnhout is. Maar het Elenco-project bloedde wegens geldgebrek dood en werd doorverkocht aan de Britse ondernemer Nick Abson. Die doopte het om tot Zevco, onlangs alweer veranderd in Zetech. Haemers: “Jammer, maar we waren toen een decennium te vroeg met onze plannen.”

United Solar Systems

gaat er prat op de enige onbreekbare zonnecel ter wereld te produceren. Als voorbeeld laat Polfliet een rol vol kogelgaten zien. Hij sluit er een radiootje op aan, en er komt wel degelijk muziek uit. “Metalen draadjes geleiden de stroom,” legt de marketingmanager uit. “Bij een eventuele breuk blijft het systeem werken. Bovendien vergt ons product geen onderhoud, bevat het geen glas, is het licht en zeer flexibel. Daarnaast werken de rollen ook bij diffuus licht, zodat het ook in bewolkte gebieden doeltreffend blijft.”

De toepassingen van FV-panelen zijn legio. “Nog altijd is 60 à 70% van de wereldbevolking niet op het elektriciteitsnet aangesloten,” zegt Polfliet: “Vandaag moeten die mensen voor hun basisbehoeften, zoals verlichting, vuile dieselmotoren gebruiken, die in een hoog tempo broeikasgassen in de lucht spuien. Bovendien is petroleum schaars en duur, terwijl de zon zeker in de ontwikkelingslanden overvloedig aanwezig is.

Intussen bouwt Haemers BAM uit tot de belangrijkste groeipool van de groep. Nu al neemt de afdeling zo’n 4,5 miljard of 4,5% van de totale omzet voor haar rekening. Binnen de drie jaar mikt Raf Decaluwé op een verdriedubbeling. Tegen 2010 denkt de gedelegeerd bestuurder – puur voor zonne-energie – zelfs aan een omzet van 23 miljard frank, even veel als de huidige staalkoorddivisie.

Woordvoerder Willy Snaet: “We zitten op de goede weg. Het afgelopen jaar steeg BAM met 41%, waarvan de helft uit acquisities. En 2000 belooft nog beter te worden. Intussen worden producten met een lage marge, die op lange termijn niet aan onze rentabiliteitseisen kunnen voldoen, afgebouwd. In 1999 verkochten we de staaldraadfabriek in Warrington (Verenigd Koninkrijk) en onze joint venture Hylsa-Bekaert (staalkoord) in Mexico. Ook zijn we in het verleden te veel blijven hangen in halfproducten.”

Voorzitter Paul Buysse gelooft in de technologische kracht van Bekaert: “Staaldraad betekent voor ons massaproductie voor veel verschillende sectoren en met sterk uiteenlopende marges. Daarom zullen we ons in deze tak nog louter concentreren op producten met een hoge toegevoegde waarde. Staalkoord is daarentegen een gesofisticeerd product, waarmee we een dominante positie op de markt bekleden. Daarnaast investeren wij jaarlijks 1,7 miljard frank in onderzoek en ontwikkeling. Dit is een snelgroeiende markt. Of we in onze opdracht zullen slagen, hangt af van de snelheid waarmee we onze keuzes bepalen. Ik maak me geen zorgen over de kwaliteit, maar wel over de marketing van onze producten. Daar hoop ik een positieve bijdrage in te leveren.”

Ten slotte zoekt de voorzitter permanent naar geschikte partners: “Als gevolg van de lage beurskoersen smelten grote industrial engineering-bedrijven steeds meer samen. Kijk maar naar de recente fusie tussen Smits Industry en TI Group in Groot-Brittannië. Uit deze consolidatiegolf zullen voor Bekaert ongetwijfeld opportuniteiten ontstaan. Daarom sluit ik een alliantie met een belangrijk bedrijf uit de sector op middellange termijn niet uit. Ook zijn we geïnteresseerd in groepen die hun afdeling advanced materials willen verkopen om meer shareholder value te creëren. Bekaert beschikt over de nodige cashflow en middelen om deze overnames te financieren. Als we alert reageren op wat er in de wereld gebeurt, kunnen we een belangrijke slag slaan.”

eric pompen

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content