Op naar Kuala Lumpur
De Belgen moeten op het Wereldkampioenschap het hoofd trachten koel te houden. Letterlijk én figuurlijk.
In Kuala Lumpur, op het terrein van de Saugana GC, is het Wereldkampioenschap Interlanden begonnen met de damescompetitie. Die wordt dit weekend afgerond. Volgende week komen de heren in actie. De Belgische selectie was halverwege september al bekend, met Justine Barbier, Amandine Brouwez en Leen Willems bij de dames , Stefan Boschmans, Cédric de Woot en Pierre Thomas bij de heren. Voor bondscoach Michel Vanmeerbeek is de uitstap naar Maleisië een eerste gelegenheid om zes maanden na zijn indiensttreding na te gaan hoe ver zijn beste zes amateurs staan.
“Ze krijgen maar een paar dagen om zich aan het tijdsverschil aan te passen. De hitte, het weer en het terrein zijn al even doorslaggevend, want het is volop moessonseizoen in Maleisië,” weet Vanmeerbeek. “Rekening houdend met ons budget en de beschikbaarheid van de spelers is dit het beste wat we kunnen doen. Onze meisjes zijn vijftien à zeventien jaar en gaan dus nog naar school. De jongens studeren ook of hebben een job. Ik spreek me daarom niet graag uit over mijn verwachtingen. Ik zou graag hebben dat ze hun prestaties van de voorbije zomer kunnen herhalen.”
Over het hoe van zijn aanpak is Vanmeerbeek duidelijk. “We hebben geprobeerd de onberekenbare factoren uit te schakelen. Ik wil dat de beste Belgische amateurs hun toernooien goed voorbereiden. En een goede voorbereiding, dat betekent: het parcours verkennen, een yardage book bijhouden en nadenken over hun course management. Misschien zijn ze nu wat intelligenter geworden op het terrein en spelen ze daardoor ook beter. De heren hebben nooit een toernooi gewonnen door onder de par te spelen. En als ik op de Belgische prestaties mag afgaan, dan zouden onze dames in Maleisië kaarten van 75 of 76 moeten afgeven.”
In Chili 1998 waren de heren 26ste op 52 en de dames 17de op 33, in Berlijn 2000 respectievelijk 16de op 59 en 15de op 40. Vanmeerbeek laat zich niet vastpinnen op die resultaten. “Je moet ermee rekenen dat het Verenigde Koninkrijk is opgesplitst in vier teams. Vier sterke teams, welteverstaan.”
Vanmeerbeek kent het terrein een beetje. “Het is geen lang terrein, maar de greens zijn moeilijk. We zullen de nadering dus moeten verzorgen. De rough is aangelegd met een grassoort die we in Europa niet kennen. Daar moeten we dus uit wegblijven. Maar ik heb het volste vertrouwen, omdat ik er naartoe ga met de beste amateurs van dit moment. Bovendien zijn ze al een aantal weken bezig met een speciale fysieke voorbereiding, op basis van intervaltraining. Golf is een explosieve sport en de jongeren verkiezen dit soort training boven drie kwartier joggen.”
John Baete [{ssquf}]
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier