Op naar het noorderlicht
Wie l’autoroute du soleil maar niks vindt en de noorderzon opzoekt, kan onderweg terecht bij de restaurants van Carestel. De Oost-Vlaamse groep realiseerde de jongste jaren immers een fameuze noordwaartse expansie. De vraag is nu: wanneer begint die schaalvergroting te renderen?
De Kj[{oslash}]tteboller die op tafel staan, zijn typisch Zweeds, en worden sinds begin juni gemaakt in de gloednieuwe productiesite die Carestel-dochter Hot Cuisine in het Zweedse Varberg opende. Dat wil zeggen, voorbereid, want alles draait bij Carestel immers om vacuümkoken: het principe van de snelkeuken, die voorbewerkte gerechten in een mum van tijd via hygiënische bereiding tot een eerlijke hap omtovert. Kostprijs van de hypermoderne fabriek: 12,4 miljoen euro (500 miljoen frank). Voor de lokale bevolking een signaal dat het de Belgen menens is.
De honger is niet gestild
De Scandinavische connectie van Carestel is het resultaat van een uitgekiende expansiestrategie tijdens de voorbije vijf jaar. Maar Carestel is tegelijk ook een ontgoocheling op de Brusselse beurs. De groep kwam in 1999 tegen 32 euro naar de beurs. Vandaag noteert het cateringbedrijf tegen een schamele 9,5 euro.
De omzet van de vier business units _ commerciële catering, kant-en-klare maaltijden, residenties en hotels _ steeg in 2000 nochtans naar 235,5 miljoen euro (9,5 miljard frank). De nettowinst steeg van 4 miljoen euro (162 miljoen frank) in 1999 naar 4,2 miljoen euro (169 miljoen frank).
Dat Carestel zich tegenover Europese concurrenten als Elior en Autogrill als een Europese speler kon profileren, is knap. “We hadden geen ongelimiteerde overnamebudgetten en bovendien waren er in de directe buurlanden al dominante spelers aanwezig,” zegt Benny Moortgat, chief executive officer (CEO) van de divisie commerciële catering, over de Scandinavische focus van het bedrijf. De eerste stap was de overname van de Deense keten Monarch, die op het moment van de overname in 1996 ongeveer 1,49 miljoen euro (60 miljoen frank) verlies maakte. Vandaag is dat volgens het management omgezet in een jaarlijkse winst van ongeveer 740.000 euro (30 miljoen frank). In die tijd telde Monarch ongeveer twaalf wegrestaurants. Ondertussen zijn dat er al 24.
In een tweede fase expandeerde Carestel in Zweden: in 1998 nam het Route 66 (24 units) over en in 1999 de Rasta-groep, die zes motels, tien benzinestations en zestien restaurants telde. Daarvan werden er in de loop van vorig jaar vier gesloten. “Vorig jaar stroomlijnden we onze organisatie. Wij hebben het hoofdkwartier voor Scandinavië in Gotenburg gelegd, de operationele structuur bekeken, producten vernieuwd en aan rebranding van de restaurants gedaan,” zegt Georges Bloem, operations director Europe.
De ommezwaai van de Zweedse dochters laat echter op zich wachten. De vertraging kwam er vooral omdat het niet klikte met het lokale management. En het duurde even voordat Carestel daarmee de banden doorknipte. In de plaats kwamen Werner Schuermans en Jan Laurens, de twee managers die in Denemarken de turnaround klaarden. Zegt Schuermans: “De vakbonden zijn hier sterk. Weekendwerk en vakantieregelingen lagen moeilijk. Maar omdat we investeren, gelooft iedereen weer in de toekomst.”
De commerciële catering _ goed voor 80% van de totale groepsomzet _ is zonder twijfel dé kernactiviteit van Carestel. Vorig jaar groeide de divisie vooral dankzij nieuwe exploitaties op luchthavens zoals in Londen, Stuttgart en Stockholm.
Het lijkt bovendien logisch dat de groep zijn expansie in Scandinavië verderzet, bijvoorbeeld in Noorwegen of Finland. Naar eigen zeggen beschikt Carestel nog over een spaarpotje van de beursgang om die externe groei te financieren.
Roeland Byl
Cateringbedrijf uit Drongen is marktleider in Scandinavië.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier