“Oorlog is goedkoper dan diplomatie”
Een voortzetting van het beleid van de voorbije twaalf jaar zou de Verenigde Staten grofweg drie keer zoveel kosten als een oorlog. Ook de Irakese bevolking is beter af met wat nu gebeurt, vinden vorsers van de University of Chicago.
Wat is de prijs van een oorlog in Irak? Wie zowel het economisch-monetaire prijskaartje als het aantal verloren mensenlevens bekijkt, komt twee keer tot dezelfde conclusie: een oorlog tegen het regime van Saddam Hoessein is een betere optie dan een containment policy gebaseerd op sancties, inspecties en afschrikking, zoals die in het voorbije decennium werd gevoerd.
Die voor velen schokkende stelling blijkt uit nog niet gepubliceerd onderzoeksmateriaal van Steven Davis, Kevin Murphy en Robert Topel, drie economen verbonden aan de Graduate School of Business van de University of Chicago. Vooral Kevin Murphy geldt wereldwijd als een van de getalenteerdste economische onderzoekers van zijn generatie.
In de voorlopige versie van hun dissertatie War in Iraq versus Containment: Weighing the Costs maken Murphy & co. een afweging van de kosten van de twee alternatieven – oorlog versus containment van Saddam – en dat zowel vanuit Amerikaans als vanuit Irakees standpunt. Aan de Amerikaanse kant gaan de economen uit van een oorlogskost van 125 miljard dollar, substantieel meer dus dan de 75 miljard dollar die president George Bush onlangs aan het Amerikaanse parlement vroeg.
De directe kosten verbonden aan containment (militair materieel, manschappen, brandstof, verhoogde beveiliging enzovoort) leggen Murphy & co. op basis van diverse officieel gepubliceerde cijfers vast op 19 miljard dollar per jaar. “De hamvraag luidt dan voor hoeveel jaar men met die directe kosten moet rekenen. Het verleden leert dat het zeer moeilijk is om een regime als dat van Saddam Hoessein via containment op de knieën te krijgen. De man overleefde als dictator de gruwelijke oorlog met Iran in de jaren tachtig, de Golfoorlog van 1991 en twaalf jaar van draconische sancties. Kijk ook naar de overleving van het zo mogelijk nog dictatorialere regime van Noord-Korea,” aldus Kevin Murphy. “Wij hebben als hypothese ingebouwd dat elk jaar de kans op een instorting van het regime met 3 % toeneemt, wat concreet betekent dat je ruim dertig jaar nodig hebt om zo’n bestel op de knieën te krijgen. Dan praat je in geactualiseerde termen over een kost van 380 miljard dollar.”
De drie vorsers geven toe dat de hypothese van 3 % ietwat arbitrair is. Maar, zo argumenteren ze, zelfs als je de 380 miljard halveert, rest er nog altijd een kostprijs die ver boven die van de oorlogsoptie uitkomt.
‘Slechts’ 35.000 doden
Maar hoe ziet de kosten-batenanalyse er aan Irakese kant uit? Murphy, Davis en Topel rekenen allereerst voor dat sinds Saddam Hoessein in 1979 aan de macht kwam het gemiddelde inkomen per hoofd in Irak met minstens 75 % daalde, een onwaarschijnlijke verarming. Sinds 1991 zag Bagdad per jaar 12 miljard aan olie-inkomsten aan zijn neus voorbijgaan.
Op basis van een aantal redelijke hypotheses over de duur van het conflict en de kosten voor de wederopbouw van het land, berekenden Murphy & co. dat de gemiddelde levensstandaard in Irak na tien jaar ruim 50 % hoger zal uitvallen dan in het geval van een aangehouden containment-politiek.
Vanzelfsprekend kan men niet voorbijgaan aan de mensenlevens die op het spel staan, zeker aan Irakese kant. “Het regime van Saddam Hoessein leidde tijdens de oorlog met Iran tot de dood van 200.000 Irakezen, tussen de 200.000 en 300.000 dode Iraniërs en de slachting van 100.000 tot 200.000 Koerden. In de brutaliteiten na de Golfoorlog van 1991 vielen onder de sjiieten en de Marsh-arabieren tussen de 150.000 en de 250.000 doden. Voorts wordt algemeen aangenomen dat de voorbije twaalf jaar nog eens minstens 200.000 doden vielen als gevolg van het containment-beleid,” aldus Kevin Murphy. “Dat je die doden had kunnen vermijden door geen sancties te handhaven, is naast de kwestie. Zoals die cijfers duidelijk aantonen, vielen er immers nog veel meer doden als rechtstreeks gevolg van het gedrag van Saddam toen men de man nog de vrije hand liet.”
De indrukwekkende dodenlijst van Murphy moet vergeleken worden met het aantal slachtoffers dat in de oorlog zal vallen. Tijdens de Golfoorlog van 1991 vielen in totaal 35.000 doden te betreuren aan Irakese kant. Murphy: “Het zou me zeer verbazen als dat aantal nu veel hoger zou oplopen. Maar zelfs als het verdubbelt, ligt het voor de hand wat uiteindelijk de minst ellendige optie is.”
Johan Van Overtveldt
“Zelfs als er 70.000 Irakezen omkomen, ligt het voor de hand dat een oorlog de minst ellendige optie is.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier