Onze doodzieke arbeidsmarkt

Volledig in lijn met het Belgische herfstweer blijft het jobvernietigende saneringen regenen. Om het tij te keren, leggen de patronale organisaties de nadruk op de noodzaak van bijkomende lastenverlagingen. De vakbonden eisen dan weer dat de overheden meer initiatieven nemen om de economische groei te stimuleren. Onder meer Mia De Vits van het ABVV stelde onlangs op de zakenzender Kanaal Z nog eens dat “alleen meer economische groei tot meer jobs leidt”.

Worden De Vits & co. op hun wenken bediend en bereiken de conjunctuur en dus ook de tewerkstelling stilaan een keerpunt? Uit de drie grootste industrielanden kwam er de voorbije weken goed nieuws. We kunnen dus gematigd optimistisch zijn. In de Verenigde Staten groeide de economie het afgelopen kwartaal met 7 % op jaarbasis. Ondanks de zware schuldgraad en de enorme deficits op zowel begroting als lopende rekening van de betalingsbalans geeft de Amerikaanse economie eens te meer blijk van een verbazend sterk groeivermogen. Ook de Japanse economie draait, na jaren van erbarmelijke groeiprestaties, weer behoorlijk, terwijl in Duitsland een aantal stemmingsindicatoren in de voorbije maanden een stevige ruk naar boven nam.

Gesteld dat we de komende maanden inderdaad een herstel van de economische groei zouden vaststellen, wat zouden dan de gevolgen daarvan zijn voor de tewerkstelling in België?

Ten eerste zal relatief snel een (groot) gedeelte van de personen die de voorbije twee jaar hun baan verloren, opnieuw in het arbeidsproces worden ingeschakeld. De politici die op dat moment aan de macht zijn, zullen de vlaggen uithangen en uitbazuinen dat al dat hemelse manna voortkomt uit het door hen gevoerde beleid.

Ten tweede zal de economische groei, zeker als die boven de 3 % uitkomt, na twee à drie jaar vastlopen op… de knelpunten in de arbeidsmarkt. Het aantal werkwilligen met voldoende kwalificaties volstaat geenszins om een langdurige expansie van de Belgische economie – bijvoorbeeld vijf jaar groeien met gemiddeld 3 % per jaar – mogelijk te maken.

Ten derde zal België aan het eind van die nieuwe groeifase opnieuw vaststellen dat het met een groep van harde of structurele werklozen zit die maken dat, met de huidige kenmerken van onze arbeidsmarkt, ons land er nooit in zal slagen om de activiteitsgraad van de bevolking te laten stijgen tot het Europese gemiddelde, laat staan beter te doen.

Om die onverkwikkelijke gang van zaken te doorbreken, moeten dringend drie ingrepen worden doorgevoerd. En die hebben alles te maken met werkbereidheid en werkbekwaamheid. Ten eerste moet de spanning tussen de laagste nettolonen en de werkloosheidsuitkeringen omhoog. Dat gebeurt bij voorkeur via een lastenverlichting onderaan de inkomensladder. Ten tweede is het hoog tijd dat het onderwijs en de arbeidsmarkt beter op elkaar worden afgestemd. En ten derde mag de overheid niet langer de vervroegde uittreding uit de arbeidsmarkt stimuleren. Integendeel, vervroegde uittreding moet worden bestraft.

Johan Van Overtveldt

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content