Ogone blijft zijn grenzen verleggen

Winstgevend en 35 procent groei. Dat verwacht het Brusselse Ogone dit jaar, ondanks de crisis. De onlinebetalingsdienst werkt nu in acht landen, trok vorig jaar zijn personeelsbestand met de helft op en heeft nog altijd twaalf vacatures.

Is het toeval dat Ogone huist in de majestueuze Tervurenlaan, een schepping van Leopold II, de laatste Belg met geostrategische ambities? Ogone surft al sinds 2000 op de groei van online winkelen. Volgens InSites Consulting steeg in België vorig jaar in dat segment de omzet met 43 procent tot zo’n 2,7 miljard euro. Daarbij was niet zozeer de groei van het aantal gebruikers (+11,6%) interessant voor Ogone, maar wel de stijging van het aantal transacties – plus 27 procent in België, tot bijna 18 miljoen. Meer dan 80 procent daarvan loopt via Ogone. In totaal verwerkten de Brusselaars in 2008 ongeveer 32 miljoen transacties, tegen 22 miljoen in 2007.

“Ze hebben een mooie niche gevonden”, meent ook Vincent Roland, de Europese baas van transactieverwerker First Data en gewezen gedelegeerd bestuurder van Banksys, nu Atos Worldline, de grootste concurrent van Ogone.

Gedelegeerd bestuurder Peter De Caluwe van Ogone vergelijkt de rol van zijn bedrijf met de betaalterminal en de kassa in de fysieke supermarkt. De betaalterminal identificeert de kaart en stuurt de transactie door naar de juiste verwerker – Atos Worldline, Global Payments, First Data of andere. Dat is precies wat Ogone doet op het internet. “Ogone verwerkt die transacties niet zelf. Zij garanderen ook de betaling niet. Zij zijn gewoon een transporteur”, preciseert Vincent Roland.

De betere kassa

Maar dan wel een transporteur met toegevoegde waarde. Ogone programmeert de interfaces naar de verschillende betaalmiddelen, beveiligt de transmissie en levert net zoals een kassa aan de handelaar een volledige afrekening van wat er is verkocht. Als er weer eens een betaalmiddel bijkomt – bankoverschrijving, PingPing of Maestro, bijvoorbeeld – dan is dat een probleem voor Ogone, niet voor de handelaar. Die kan het nieuwe betaalmiddel activeren door eenvoudig een optie aan te vinken in zijn Ogone Back Office.

Ogone profiteert nog eens extra van de groei in onlineshopping omdat het zijn investeringen over steeds grotere aantallen transacties kan spreiden en zijn nieuwe features ook aan bestaande klanten kan verkopen. “We hebben nu 19.000 klanten. We differentiëren onze portefeuille. Niet alleen airlines of kleding of zo. Van online gokken en porno blijven we af. Het zijn enorme volumes, maar de wetgeving is onduidelijk. Dat vinden we te risicovol”, zegt De Caluwe, die zes jaar geleden bij Ogone begon na vijf jaar in de betaalterminalverkoop bij Tyco (een concurrent van Banksys) en 5,5 jaar bij Bank Card Company (een zuster van Banksys).

“Maandelijks hebben we 400 tot 500 nieuwe klanten die starten. Vorig jaar waren dat er alleen al in België 80 per maand. Dat is vier per werkdag.” Zij betalen een set-upvergoeding van 75 tot 300 euro en een fee van tussen 19 en 200 euro per maand. “Hoe hoger het abonnement, hoe lager de transactiekost. In België ligt die tussen 15 en 86 cent”, zegt Pierre Willaert, de Belgische countrymanager van Ogone. Hij verwacht dat de crisis de opkomst van de onlinehandel eerder zal stimuleren dan tegenwerken. “Online starten is eenvoudig, vergeleken met het opzetten van een fysieke winkel.”

Eerste buitenlandse horden genomen

Of Ogone – net zoals het beroemde Palais Stoclet naast de deur – een blijver is, hangt af van zijn geostrategische expansie. In België was er het voordeel van de eerste te zijn, elders is het keihard knokken. Ogone ontdekte al bij zijn eerste expedities, in 2002-2003 in Nederland en Frankrijk, dat je lokale mensen nodig hebt, geeft De Caluwe toe. Nederland was een succes. “Tegen een tiental concurrenten hebben we nu meer dan 65 procent in transactievolume. In Frankrijk beet Ogone zijn tanden stuk op AtosOrigin, dat de dienst levert aan de banken, die hem op hun beurt aan hun klanten verkopen als onderdeel van het globale transactiepakket. We hebben er 6 procent marktaandeel.”

In Duitsland, een notoir moeilijke markt, startte Ogone direct met een lokale vertegenwoordiging in een partnership met American Express, waarvoor het de Amex Purchasing Card verwerkt – een aankoopkaart voor bedrijven. “Anderhalf jaar geleden zijn we dan in de e-commercemarkt gegaan. We hebben nu vier mensen in Duitsland en enkele grote klanten zoals Conrad Electronic, een van de grootste Europese postorderbedrijven. In Zwitserland leveren we onze dienst als een merkloos product aan PostFinance, de Zwitserse post. In Oostenrijk hebben we een ongelukkige aanwervingsperiode gehad. We zijn daar pas acht maanden actief.”

Ogone heeft momenteel zowat tachtig mensen in dienst en wil dit jaar nog een vijftiental aanwervingen doen, waarvan een derde in het buitenland. De jongste test is Groot-Brittannië, waar de veelgeplaagde Royal Bank of Scotland de grootste transactieverwerker is. “Wij positioneren ons daar als de lokale speler van het vasteland, met de lokale knowhow, maar ook met de internationale betaalmiddelen.”

Sneu voor Ogone dat slechts 7 procent van de bestellingen in Europa over de grenzen heen gebeurt, volgens een cijfer van EU-commissaris Megleva Kuneva op de Consumententop vorige week.

“De uitdaging voor Ogone”, zegt Vincent Roland van First Data, “is om hun toegevoegde waarde te blijven bewijzen en zich niet te laten opeten door de transactieverwerkers achter hen.” Zoals First Data zelf, bijvoorbeeld. Ogone rekent daarvoor op zijn gespecialiseerde support, technische knowhow, focus en flexibiliteit. “Wij hebben vijftien ontwikkelaars in dienst. Wij publiceren vier releases van ons platform per jaar. Die snelheid vind je niet bij de grote jongens”, zegt De Caluwe. Een van hun dienstenuitbreidingen is de reconciliatie tussen de verkopen en de betalingen. “Elke bank houdt er eigen betaalregels op na. De ene betaalt elke dag, een andere per maand. De ene haalt er direct de kosten vanaf, een ander niet. Voor de winkelier wordt het heel complex om te weten of hij is betaald. Dat hebben we voor een groot stuk geautomatiseerd. Er is grote vraag naar.”

De aandeelhouders zijn ondernemers

De aandelen van Ogone zijn sinds 2005 verdeeld over de stichters Harold Mechelynck en Thierry Pierson (36%), E-merge van Laurent Drion en Gregory Hédo (29 procent), Jean Zurstrassen en Grégoire de Streel (17%), de Compagnie Centrale 1909 van Groep Josi (15%) en het personeel (3%). “De kapitaalverhoging in 2005 was een signaal dat de stichters knowhow wilden binnenhalen en niet enkel financiers. En dat ze onafhankelijk wilden blijven van de banken. Nu lijkt dat de goede optie”, glimlacht de Caluwe, die een jaar geleden gedelegeerd bestuurder werd, toen de oprichters zich stilaan terugtrokken uit hun operationele rol. Kan Ogone de aanbidders van zich afslaan? “Er zijn al verschillende aanbiedingen geweest”, geeft Peter De Caluwe toe. “Deels van private-equityspelers, deels vanuit industriële hoek. In 2007 hebben we de analyse gemaakt: moeten we een extra investeerder hebben, naar de beurs gaan of geld lenen? Uiteindelijk hebben we beslist om ons businessplan met eigen centen te realiseren.”

First Data en consorten zullen tot nader order elders moeten shoppen. (T)

Door Bruno Leijnse

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content