NV Heilige oorlog
Osama bin Laden had een luxeleven kunnen leiden als miljardair in Monte-Carlo of Gstaad. Waarom koos de ingenieur-zakenman voor het terrorisme? Roland Jacquard en Peter Bergen lichten de sluier op.
Na de stortvloed van overhaast ineen geknutselde boeken over Osama bin Laden en diens terreurnetwerk al-Qaeda tijdens de naschokken van 11 september, verschijnen nu rijpere werken over het moslimfundamentalisme en de terreur die zich daarop beroept. Eén van de meest informatieve is onmiskenbaar In naam van Osama bin Laden (Van Gennep, 332 blz., 19,50 euro). Roland Jacquard, adviseur van de Franse regering en de Verenigde Naties, bevestigt zijn steengoede reputatie als verzamelaar van inlichtingen over terrorisme. Hij blijft niet hangen bij de acties zelf, maar delft onvermoeibaar naar de ware identiteit van de terroristen, de beweegredenen, de netwerken en zeker ook de financiering.
Dit boek verscheen in Frankrijk enkele dagen voor 11 september 2001. Aanvankelijk was het dan ook bedoeld als een impressie van Bin Laden als dirigent achter de bloedige aanslagen tegen de Amerikaanse ambassades in Nairobi en Dar es Salaam. In de onlangs verschenen vertaling werden de nodige aanpassingen ingebouwd, maar het boek begint nog altijd met een aanslag die maar net verijdeld werd in maart 2000. Toen ontdekten Nieuw-Zeelandse politieagenten tot hun verbijstering dat een islamitisch terreurcommando een aanslag voorbereidde op een kernreactor in een voorstad van Sydney, op nauwelijks 25 kilometer van het olympisch stadion, waar de Spelen enkele maanden later van start zouden gaan. De ontdekking kwam er tijdens een routineonderzoek naar een netwerk dat illegale immigranten Australië binnenloodste. Al gauw werd ook ontdekt dat ene Osama bin Laden het brein was achter de geplande aanslag.
Opium. Jacquard portretteert eerst en vooral Osama bin Laden, die in 1957 in Saudi-Arabië geboren werd als één van de 54 kinderen van een puissant rijke infrastructuurbouwer én beschermeling van de monarchie. Als kind van één van diens elf vrouwen studeerde Bin Laden ook in Beiroet. Dat hij er een liederlijk leven leidde, zoals sommige bronnen beweren, wordt tegengesproken door andere getuigen. Na de dood van de vader erfde Bin Laden voldoende miljoenen dollars om zich terug te trekken in luxe of aan een eigen bedrijvenimperium te bouwen, maar steeds nadrukkelijker werd hij aangetrokken door extremistische moslims. Als de Russen in 1979 Afghanistan binnenvallen, reist de jonge ingenieur met zijn vier vrouwen en elf kinderen naar Pakistan.
Aanvankelijk bouwt Bin Laden er scholen, hospitalen en moskeeën, maar vrij vlug steunt hij de moedjahedin, die strijden tegen de Russische bezetter. Bin Laden en co kunnen daarvoor – de wrede ironie van de geschiedenis – ook rekenen op geld van de Amerikaanse inlichtingendienst CIA. De Koude Oorlog woedt immers nog in de jaren tachtig en iedereen die de invloed van de Russen indijkt, krijgt steun. Die fout hebben de Amerikanen wel eens vaker gemaakt. Wie hun huidige bondgenoten in Afghanistan kent, waarschuwt dat ook zij niet bepaald een garantie vormen voor stabiliteit.
Wie de Afghaanse slangenkuil in kaart brengt, wijst doorgaans niet alleen op fundamentalisten, maar ook op het belang van de drugshandel. Afghanistan produceert driekwart van de opium die in de wereld wordt verbruikt (de rest komt vooral uit Birma). Volgens Jacquard heeft ook Bin Laden zijn toevlucht gezocht tot de drugshandel als financieringsbron. Zijn avonturen verslinden zijn miljoenen immers. Of drugs niet indruisen tegen de moslimleer? Jacquard heeft het zelfs over molla’s, hoge geestelijke leiders, die vrachtwagens met opium zegenen.
Corruptie. Peter Bergen bewijst dat CNN-journalisten méér in hun mars kunnen hebben dan het spuien van de grote feiten. Zijn Heilige Oorlog bv (Strengholt, 287 blz., 19,95 euro) loopt deels parallel met Jacquards werk. Ook Bergens manuscript was klaar voor 11 september en hij verontschuldigt zich voor herhalingen als gevolg van de snelheid waarmee hij het werk daarna heeft aangevuld. Bergen gaat sterk in op de invloed van de Egyptische fundamentalisten en schildert de achtergrond van vele terroristen: jongeren die gefrustreerd zijn door de corruptie en hun vaak uitzichtloze situatie in eigen land, waardoor ze vatbaar zijn voor extremisten.
De Franse journalist Olivier Weber zoekt naar de motieven van de Taliban. In De Afghaanse valk (Byblos, 255 blz., 18 euro) mengt hij zijn indrukken van zijn reizen door Afghanistan met de geschiedenis van het land. Op de geschiedenis, de olie en de geopolitieke ligging spitst de Nederlandse historicus Willem Vogelsang zich toe in Afghanistan, een geschiedenis (Bulaaq/Van Halewyck, 208 blz., 17,50 euro). Meer info over de banden van de Taliban met de Tsjetsjeense rebellen en andere groeperingen, waarover ook Bergen en Jacquard het al hebben, wordt verwacht in Jihad (Atlas, 256 blz., 23,50 euro) van Ahmed Rashid, dat eerstdaags verschijnt. De boekenstroom over Osama en co houdt nog lang niet op.
Luc De Decker [{ssquf}]
Jacquard portretteert Osama bin Laden, die in 1957 in Saudi-Arabië geboren werd als één van de 54 kinderen van een puissant rijke infrastructuurbouwer.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier