Niet Trichet, maar winkelbediende beslist over toekomstige welvaart
De arbeidsproductiviteit in de dienstensector lijkt eindelijk op te veren. Indien deze trend zich doorzet, is dat het beste economische nieuws in jaren.
Net als de Europese economie verraste de Belgische economie de jongste jaren in positieve zin. De opflakkering is in het zog van een sterke wereldeconomie conjunctureel van aard, maar onderhuids borrelt ook een nieuwe trend: de lang verwachte verbetering van de productiviteit in de dienstensector lijkt begonnen te zijn, en dat kan de economische groei de komende jaren een nieuw elan geven.
Dat zou niks te vroeg zijn, want wanneer straks de beroepsbevolking krimpt, is een snellere stijging van de arbeidsproductiviteit de enige manier om in een vergrijzende samenleving bijkomende welvaart te scheppen. Zonder trendbreuk in de arbeidsproductiviteit stevent de Belgische economie af op relatieve stagnatie en permanent recessiegevaar. De groei van het inkomen per capita – de parameter bij uitstek om de levensstandaard te meten – is de voorbije decennia fors vertraagd. Van meer dan 3 % in de jaren ’70 naar amper 1,2 % in de periode 2000-2004, volgens cijfers van het Planbureau. Hoofdschuldige van deze groeivertraging was precies de afnemende groei van de arbeidsproductiviteit (tot 1,3 % de voorbije jaren). Het is een verbijsterende vaststelling, maar de economie slaagde er dus steeds minder in om uit eenzelfde hoeveelheid arbeid en kapitaal meer producten en diensten te schudden. De technologische vooruitgang liet het dus op economisch vlak afweten, ondanks de inzet van de veel geroemde informatie- en communicatietechnologie (ICT). Voeg hier straks een dalende beroepsbevolking aan toe, en de economie komt krakend en piepend tot stilstand.
Vooral in de dienstensector kelderde de productiviteitstoename. Ze viel nagenoeg stil in de periode 1995-2000. Maar de bocht lijkt eindelijk genomen. De trendmatige daling van de arbeidsproductiviteit lijkt op het einde van de jaren ’90 een halt te zijn toegeroepen, en nog wel precies dankzij de ommekeer in de dienstensector, waar de arbeidsproductiviteit weer omhoog kruipt met een procentje per jaar. Sinds 2000 zijn de marktdiensten (in plaats van de industrie) de drijvende kracht geworden achter de stijging van de arbeidsproductiviteit. Dat is een totaal nieuw fenomeen (zie grafiek: dienstensector is nieuwe motor achter stijging productiviteit). Omdat de dienstensector een steeds groter belang uitmaakt van de economie, is een stijging van de arbeidsproductiviteit in deze sector van het allergrootste belang.
10 jaar achterstand op de VS
Nu is het in de dienstensector knap lastig om de arbeidsproductiviteit voort op te vijzelen. Nieuwe technologie of niet, een dokter bijvoorbeeld ziet nog altijd evenveel patiënten per uur. Maar dat een structurele verbetering mogelijk is, dat bewezen de VS 10 jaar geleden al. Dankzij ICT-investeringen nam de arbeidsproductiviteit er versneld toe sinds 1995, ook in de dienstensector. In Europa en Japan bleef het echter stil. “Het leek wel of we de ICT-trein gemist hadden. Maar om het potentieel van ICT optimaal te benutten zijn herstructureringen nodig. En dat is een moeilijke oefening,” zegt Ivan Van de Cloot, econoom van ING België. De kar werd in de VS getrokken door de distributiesector, die dankzij de bouw van grootschalig en efficiënt te bevoorraden supermarkten in de stadsrand, grote productiviteitsprongen wist te boeken. Kortom het Wal-Mart model gaf de Amerikaanse economie een nieuw elan. Helaas is dat model bijzonder ruimte- en energieverslindend en is een copy & paste in Europa daarom uitgesloten. Maar kijk, de Belgische distributiesector weet, net als de financiële sector, de productiviteitsbakens opnieuw te verzetten. Tot 2000 daalde de arbeidsproductiviteit in deze dienstverlening, maar nu komt er 1,4 % per jaar bij. “De verdere inzet van ICT in het logistieke proces veroorzaakt productiviteitsverbeteringen. Daartegenover staat, en dit op vraag van de klant, een trend naar kleinere buurtwinkels, wat weegt op de productiviteit. Maar per saldo is een jaarlijkse productiviteitsstijging van 1 % mogelijk,” zegt Baudouin Velge, gedelegeerd bestuurder van Fedis, de federatie van de distributieondernemingen.
Meer nodig dan computers
Het volstaat natuurlijk niet om computers in een kantoor te gooien om de arbeidsproductiviteit op te krikken. “Het benutten van de ICT-mogelijkheden vereist vaak een reorganisatie van de productie, wat in de praktijk tijd vergt,” aldus het Planbureau. En flexibiliteit en aanpassingsvermogen zijn niet meteen het sterkste punt van de Belgische economie. Stroeve arbeidsmarkten leggen het noodzakelijke proces van creatieve destructie nog te veel aan banden. Of hoe het Belgische sociale model, dat nog veel te veel jobs en te weinig mensen beschermt, productiviteitsverbeteringen afremt. Ook de volgehouden loonmatiging en de beperkte mededinging in een aantal markten weegt op de welvaartscreatie, want ze houden minder productieve bedrijven te lang in leven en stompen de prikkels af om te innoveren en efficiëntiewinsten te boeken.
Daan Killemaes daan.killemaes@trends.be
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier