Niet te lang nadenken. Gewoon doen

Kranen Michielsens is in tien jaar tijd uitgegroeid tot een van de hoofdrolspelers op de Belgische markt voor kraanverhuur. Maar de crisis sloeg hard toe, beseft CEO Johan Michielsens.

“Kraanman is een mooi beroep. Elke opdracht is anders, iedere keer kom je op een andere plaats. De ene keer moet je een kluis plaatsen in de Diamantwijk of een reactor uit een sterk beveiligde petrochemische site halen, de volgende keer een Alechinsky binnenbrengen in een museum of de zeilboot van Jacques Brel uit het water hijsen. Er komt geen routine bij kijken. Het is telkens weer maatwerk.”

Johan Michielsens praat met veel passie over zijn bedrijf en zijn werknemers. Al is hij niet blind voor de minpunten van het beroep: “De werkuren zijn zeer onregelmatig. Soms sta je met een kraan in de file, of moet je op een werf uren wachten voor je aan de slag kunt. Je moet heel veel geduld hebben en toch mag de concentratie niet verslappen.” Omdat er geen specifieke opleiding voor kraanmachinisten bestaat, leidt Kranen Michielsens zijn werknemers zelf op. “Maar het is een lang en moeilijk traject”, weet Michielsens. “Niet iedereen die de opleiding voltooit, houdt het vol. Maar diegenen die langer dan een jaar blijven, gaan nooit meer weg.”

Het Antwerpse familiebedrijf telt meer dan 350 werknemers, onder wie 220 kraanbedieners. CEO Johan Michielsens is zowat geboren in het bedrijf dat in 1967 door zijn vader Yvon werd opgericht. “In een familiebedrijf stopt de activiteit nooit. ‘s Avonds aan tafel werd erover gesproken. Zelfs de timing en de vakantiebestemming stonden in het teken van de onderneming.”

Ogen open in Boston

Tijdens zijn humaniora volgde Michielsens al een weekendopleiding ‘internationaal wegtransport’. Daarna ging het richting universiteit voor een diploma TEW. “Mijn ouders dreigden er continu mee dat ik één keer mocht zakken, maar dat ik me geen tweede misstap kon veroorloven. Dat zette blijkbaar genoeg druk op de ketel om te slagen. Ik was een gemiddelde student, gewoon elk jaar erdoor, niet speciaal goede of slechte uitslagen.”

In het midden van de jaren tachtig trok Michielsens naar het Babson College nabij Boston om een MBA te halen. “Ik wilde weg van onder de schaduw van de kathedraal. Babson was een competitieve school, ondernemersgericht, en telde veel internationale studenten. Vooral de manier van lesgeven was voor mij een oogopener. Men was niet geïnteresseerd in de reproductie van leerstof. Je moest als student een stelling innemen, onderbouwen en verdedigen. De klemtoon lag op het voeren van de discussie. Ik geef grif toe dat ik daar pas mijn ritme gevonden heb.”

Terug in België ging Johan in het bedrijf van zijn ouders aan het werk. Zowat alles leerde hij er al doende, behalve rondrijden met een kraan. “Intussen ben ik handig genoeg om zo’n ding te bedienen, maar ermee naar een klant rijden is toch een stap te ver”, lacht hij.

Ook Johans zus Lieve was in het bedrijf actief. In 1998 besliste vader Yvon om het bedrijf op te splitsen in enerzijds kraanverhuur en anderzijds verhuur van vorkliften en vorkheftrucks. Aan beide kinderen werd een buy-out voorgesteld: de kranen voor Johan (Kranen Michielsens) en de vorkliften en -heftrucks voor zus (Allift Michielsens).

“Mijn vader hanteerde het motto: je kunt niet met twee hanen op een mesthoop staan. Hij nam een moedige beslissing. Heel veel familiale ondernemingen hebben moeilijkheden om de overgang van de ene naar de andere generatie te maken. Vaak is het maar half of slecht geregeld. Een heleboel bedrijven gaat daaraan kapot. Bij ons was er duidelijkheid en doortastendheid.”

Overnames bij de vleet

Johan zette meteen het kranenbedrijf naar zijn hand. Vanaf 1999 volgde de ene overname op de andere. “In tien jaar tijd hebben we meer dan tien overnames gedaan. Zo hebben we een goede regionale dekking gekregen. Het was een snelle manier van groeien.”

De grote stap voorwaarts gebeurde in 2005. Toen nam Michielsens het kraanverhuurbedrijf Van De Weghe over. “Tot dan hadden we maximaal 20 tot 25 kranen overgenomen. Met Van De Weghe kwamen er plots 80 kranen bij. Beide bedrijven waren ongeveer even groot. Het was een ongelooflijk belangrijke operatie omdat ik de concurrentie het nakijken gaf. Maar het heeft wel vijf jaar geduurd om de overname helemaal te verwerken.”

“Van De Weghe was een sterke entiteit, een gevestigd bedrijf, opgericht in 1870 met een eigen bedrijfscultuur en mentaliteit”, verklaart Michielsens. “Bovendien moesten we mensen op verschillende locaties inpassen. Dat was niet eenvoudig. Pas sinds begin dit jaar kunnen we zeggen dat alles geïntegreerd is. Ik had niet gedacht dat het zo lang zou duren.”

Nog in 2005 verhuisde de hoofdzetel van Kranen Michielsens van Deurne naar Wijnegem, waar het bedrijf de voormalige terreinen van Gyproc inpalmde. Op dat moment had de onderneming al vestigingen in Vilvoorde, Gent, Hasselt, Charleroi en Luik, en een filiaal in Nederland (De Meern bij Utrecht).

België en Nederland

Terwijl dat andere bekende Vlaamse kranenbedrijf, Sarens, zich internationaal ontplooit, profileert Michielsens zich als de lokale speler: “De Belgisch-Nederlandse markt is onze bestaansreden. Wij willen daar de eerste keuze zijn. Betrouwbaarheid en beschikbaarheid op de lokale markt spelen wij uit als troeven. Dat Sarens een belangrijke internationale activiteit heeft, is voor ons geen nadeel. Waarom zouden zij grote inspanningen doen voor een bestelling van drie kranen in België als ze er op hetzelfde moment vijftig naar Dubai kunnen verschepen?”

Maar de lokale markt is wel heel competitief, beseft Johan Michielsens. “Je werkt vaak met onderaannemers als klant. Als de aannemer een competitieve prijs heeft ingestoken, hebben zij noodgedwongen meer oog voor de prijs dan voor de kwaliteit en de dienstverlening. Bovendien is er nog een resem andere spelers, zoals Dufour in Wallonië en Mammoet uit Nederland.”

De strategie van Kranen Michielsens bestaat erin het aanbod te verbreden en marktsegmenten te zoeken waarin toegevoegde waarde rendeert. “Stenen verleggen op een bouwwerf is minder ons ding. Je moet als kraanverhuurder vermijden dat je een generisch product wordt. Daarom specialiseren we in moeilijkere opdrachten. En daarnaast willen we in de breedte groeien. Zoals een bakker die ook patisserie verkoopt en kijkt welke producten hij nog meer in zijn winkel kan aanbieden.”

Zo doet de onderneming, naast de verhuur van mobiele kranen, ook transport en industriële montage. “De verhuizing van industriële projecten is wel een internationale activiteit. Onlangs hebben we een fabriek verhuisd van Denemarken naar België – doorgaans gebeurt het in de andere richting. Nu zijn we bezig een fabriek in Duitsland in te pakken. Vanuit deze activiteit hebben we gemerkt dat we heel vaak zaken moeten verschepen. Dat heeft in 2003 geleid tot de oprichting van een nieuwe onderneming: Atlas Project Cargo Solutions. Op die manier kunnen wij, als bijvoorbeeld BASF Antwerpen een reactor koopt in India, instaan voor het volledige traject, inclusief de verscheping.”

Worstcasescenario

Toen de financiële en economische crisis in 2008 uitbrak, had Michielsens net de aankoop van 40 nieuwe kranen achter de rug. Even consolideren was sowieso aan de orde, maar de crisis sloeg in de kranenverhuur wel heel hard toe. Michielsens zag zijn omzet met 20 procent vallen: “We hadden scenario’s opgesteld die een terugval met 5 tot 10 procent voorzagen. Min 20 procent was echt een worstcasescenario, daarvan dachten we: zo erg zal het wel nooit zijn. Maar het was wel zo erg.”

“We hebben mensen moeten afdanken, zaken herschikt, fors bespaard – en dat is een continu proces geworden”, vertelt Johan Michelsens. “Als het goed gaat en het is druk, dan staat er niemand nog stil bij de meeruitgaven. In die zin is een crisis een goed moment om alles tegen het licht te houden. We stellen nu continu onze processen ter discussie, op zoek naar efficiëntieverhoging.”

Maar ondanks de crisis zijn er zaken waarop Michielsens niet wil besparen: “In volle crisistijd hebben alle arbeiders een volledige extra dag opleiding over veiligheid gekregen. In onze branche ken ik niemand die zo veel in veiligheid investeert als wij.” Veiligheid is voor Johan Michielsens een soort heilige koe. “Ik ben ervan overtuigd dat het beste kraanbedrijf ook het veiligste kraanbedrijf is”, zegt hij. “Dat is ook een vorm van respect voor de werknemers.”

Respect

Als Voka-lid pleit Michielsens al een tijd voor een grotere valorisatie van en meer respect voor (handen)arbeid. “Een ingenieur kan een product ontwikkelen, maar je hebt evenzeer mensen nodig die een machine kunnen bedienen, repareren en onderhouden. De Duitse en de Zwitserse industrie heeft veel meer aandacht voor dit soort jobs, voor de ambachtelijke kennis van werknemers. Als mensen afstuderen aan de horlogeschool in Zwitserland, komen ministers hun diploma overhandigen. Dat respect voor arbeid en ambacht bestaat nauwelijks nog in ons land. Ik vind dat we daar iets aan moeten doen, ook in het loon. Waarom heft men niet minder sociale lasten op dit soort arbeid? Voor mij moeten niet zozeer de loonkosten naar beneden, maar moet vooral het nettoloon van de mensen omhoog.”

Het respect voor zijn werknemers tracht Michielsens ook te veruitwendigen via regelmatige ontbijt- of middagsessies. “Ik probeer jaarlijks met alle mensen minstens één keer te praten. De meeste ken ik nog van naam en gezicht. Maar door de groei van het bedrijf is mijn rol als CEO veranderd. Zolang je met 50 tot 100 man werkt, kun je iedereen rechtstreeks aanspreken. Nu tellen we 350 personeelsleden, waardoor ik via mijn managers moet communiceren. Als je boven de 100 man gaat, ben je verplicht zo’n structuur op te zetten, anders gaan jij zelf en je bedrijf eraan kapot.”

Maar de menselijke relaties mogen er niet onder lijden: “Ik vind respect belangrijk: je moet de mensen serieus nemen. Ik werk met intelligente, goed geïnformeerde en hard werkende mensen, arbeiders en bedienden, die je als dusdanig moet behandelen. Bovendien doe ik dat gewoon heel graag: een informeel gesprek voeren met mijn medewerkers, een drink bijwonen… Als het niet nuttig is, is het voor mij alleszins prettig.”

Maatschappelijk engagement is Michielsens niet vreemd. Als bedrijfsleider deed hij jarenlang aan fondsenwerving voor aidsonderzoek. “Ik vind dat mensen en bedrijven moeten uitkomen voor hun waarden. Je moet daar niet te veel over nadenken, maar het gewoon doen. Maatschappelijk engagement moet uit het hart komen. Je doet het omdat je erin gelooft, niet omdat het mooi staat in het jaarverslag of omdat je beste klant erom vraagt.”

Maar met modewoorden als ‘maatschappelijk verantwoord ondernemen’ ben je bij Michielsens aan het verkeerde adres: “Ik heb nog nooit iemand horen zeggen dat hij niet maatschappelijk verantwoord onderneemt. Dat is mij te hol. Ik geloof wel in de voorbeeldfunctie die een bedrijf moet trachten op te nemen: niet de kantjes eraf lopen, maar je inschakelen in wat de maatschappij voorschrijft. Maatschappelijk verantwoord ondernemen zit volgens mij in kleine dingen. Zo hebben wij onze afvalophaling opgesplitst waardoor we meer recycleren dan ons opgelegd wordt. Dat kost geld, maar het is draaglijk, dus doe je zoiets als je erin gelooft. We zijn daar gewoon mee bezig.”

Raad van advies

Just do it. De Nike-slogan lijkt de fervente sporter Johan Michielsens op het lijf geschreven. Zo ook als we het hoofdstuk corporate governance aansnijden: “Ik heb alle aandelen van mijn bedrijf. Ik heb er een tijdlang over nagedacht: wie, wat, hoe? Maar ik heb vastgesteld dat er geen handleiding bestaat voor de ideale samenstelling en werking van een raad van bestuur. Elke onderneming moet daar eigenlijk haar eigen weg in zoeken. Ik zie een raad van bestuur vooral als een denktank die zich buigt over de strategie, de grote lijnen en die mij helpt de zaken te onderbouwen. Ik geloof dat een goede raad van bestuur mij feedback en ideeën kan opleveren.”

“In juni heb ik beslist om te stoppen met nadenken en in het water te springen. Deze maand houd ik mijn eerste ‘raad van bestuur’. Eigenlijk is het een raad van advies, en voorlopig zitten we maar met twee aan de tafel. Ik heb iemand uit de sector gecontacteerd, een man van 65 die zich teruggetrokken heeft uit zijn eigen bedrijf, die in Denemarken woont maar nog regelmatig naar Brussel komt. Hij wordt het eerste lid van de raad, later moeten er nog een tweetal mensen bijkomen: iemand met financiële expertise en iemand met een logistieke achtergrond.”

“Ik weet niet waar ik ga uitkomen, ik weet ook niet hoe het zal evolueren, maar ik ben vertrokken. Ik zoek vooral bestuurders met gezond boerenverstand en een grote betrokkenheid. Ik heb geen behoefte aan grote, ronkende namen met veel connecties. Waar de weg ons heen leidt, zullen we wel merken.”

Maar Michielsens heeft wel werk voor zijn ‘bestuurders’. “Net zoals veel andere bedrijven proberen we de economische crisis te bestrijden. Ze heeft hard toegeslagen. In die mate dat ook de markt verandert. Het komt er nu op aan ons aan te passen. Ik denk dat we een aantal zaken anders moeten bekijken. Net daarover verwacht ik input van mijn raad van advies. Een goed klankbord, daar kan ik iets mee.”

patrick claerhout, fotografie pat verbruggen

“Er bestaat in ons land nauwelijks nog respect voor arbeid en ambacht”

“Ik heb nog nooit iemand horen zeggen dat hij niet maatschappelijk verantwoord onderneemt”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content