Naar een harmonisatie van de procedure

Regeringscommissaris Alain Zenner wil de fiscale procedures vereenvoudigen en de fraude strenger aanpakken. Maar veel van zijn voorstellen zijn niet echt nieuw.

Het plan van Alain Zenner bevat onder meer de idee om de BTW-aangifte te digitaliseren, een voorstel dat al jaren geleden werd gelanceerd. En ook zijn voornemen om de aangifte in de personen- en vennootschapsbelasting via elektronische weg in te dienen, kan bezwaarlijk wereldschokkend worden genoemd.

Privacy.

Hetzelfde geldt voor de idee om aan de belastingplichtige een aangifte te sturen waarop alle gegevens voorkomen die de administratie zelf al in haar bezit heeft (via informatie die zij bijvoorbeeld van de werkgever ontvangt); waarna de belastingplichtige de aangifte alleen nog maar moet nakijken en, eventueel, aanvullen met ontbrekende gegevens.

Deze manier van werken is enkele jaren geleden al op een beperkte schaal uitgetest, maar is toen roemloos in de onderste la verdwenen, onder meer omdat de nieuwe werkwijze niet in overeenstemming te brengen was met de bestaande privacy-wetgeving. Die laat immers niet toe dat privé-gegevens over bijvoorbeeld fiscaal aftrekbare giften zomaar uitgewisseld worden. Allicht wordt daar nu wel een mouw aan gepast.

Cd-rom.

Een andere reeks voorstellen betreft de informatie ten aanzien van de belastingplichtige. Maar ook dat is niet echt nieuw. Verschillende jaren geleden zijn de uitgevers van fiscale informatie al op het hoofdkwartier van de belastingadministratie ontboden om daar te vernemen dat een cd-rom in voorbereiding was waarop de administratie een belangrijk pakket aan fiscale informatie zou groeperen: de wetgeving, de administratieve commentaar, de internationale verdragen, en een hoop andere informatie waarvan de administratie vindt dat zij voor het publiek nuttig kan zijn.

Die cd-rom is inmiddels een feit (en kost slechts 1500 frank), maar hij is voorlopig ver van volledig. Al moet gezegd dat hij inmiddels al een groot aantal interessante teksten bevat: het Wetboek van de Inkomstenbelastingen, met voor de aanslagjaren 1999, 2000 en 2001 telkens een afzonderlijke versie; het uitvoeringsbesluit op dat wetboek, ook weer met verschillende versies; het BTW-Wetboek en de Europese richtlijnen inzake BTW, samen met alle uitvoeringsbesluiten; alle andere fiscale wetboeken (zegelrechten, registratierechten, successierechten enzovoort); alle dubbelbelastingverdragen die België afgesloten heeft, alles in de beide landstalen, en wat deze verdragen betreft, ook met de Engelse versie ervan.

Nieuw is dat de jongste editie ook het gloednieuwe Wetboek van Vennootschappen bevat en een overzicht van de belangrijkste adviezen van de Commissie voor Boekhoudkundige Normen.

Kortom, een schat aan informatie voor weinig geld, die allicht in de komende jaren nog aangedikt zal worden met heel wat andere informatie. Wie interesse heeft, kan terecht bij het ministerie van Financiën, Kruidtuinlaan 50, bus 52, in 1010 Brussel.

Rechtspraak.

Als het van de regeringscommissaris afhangt, zal op de ingeslagen weg worden voortgegaan. Hij belooft zelfs dat de administratieve commentaren voortaan ook de voor de administratie ongunstige rechtspraak zullen opnemen. Zo’n belofte maakt schuld. Maar het zal niet moeilijk zijn om die in te lossen.

Net zoals dat bij de belastingplichtigen het geval is, heeft ook de administratie weliswaar de neiging om zoveel mogelijk die rechtspraak in de verf te zetten die haar goed uitkomt. Maar tegelijk is het onjuist dat de administratie de ongunstige rechtspraak vandaag systematisch zou verzwijgen. Allicht moet men de toezegging van de regeringscommissaris dan ook begrijpen in de zin dat een beter evenwicht nagestreefd zal worden, wat allicht door geen weldenkend mens bekritiseerd kan worden.

Andere maatregelen die de regeringscommissaris voorstelt, betreffen een hardere aanpak van de fiscale fraude in sommige sectoren, waarbij hij vooral oog blijkt te hebben voor de BTW-problematiek in de petroleumsector. Deze mag zich volgens het plan van de regeringscommissaris verwachten aan maatregelen die vergelijkbaar zijn met hetgeen men al jaar en dag terugvindt in de bouw (met, onder bepaalde voorwaarden, een verlegging van de verplichting om de BTW door te storten naar de schatkist, van de leverancier naar de klant).

Procedure.

Een niet onbelangrijk deel van het actieplan van de regeringscommissaris betreft de fiscale procedure. Met als blikvanger de aankondiging dat de procedure inzake BTW afgestemd zal worden op de procedure inzake inkomstenbelastingen.

Die betrachting is ook niet nieuw. In de procedurehervorming die enkele jaren geleden werd doorgevoerd, was het oorspronkelijk eveneens de bedoeling om de beide procedures (BTW en inkomstenbelastingen) volledig op elkaar af te stemmen. Maar afgezien van een paar allicht goed bedoelde pogingen is daar niets van in huis gekomen.

Dat is vooral erg voor de ambtenaren die – bij de reorganisatie van de belastingadministratie – gezamenlijke controles moeten uitvoeren inzake BTW en inkomstenbelastingen. Afhankelijk van de belasting waar zij mee bezig zijn, moeten zij vandaag andere procedureregelingen in het oog houden. Dat is voor niemand goed.

De vraag is alleen in welke richting de aanpassingen moeten gaan. Moet men de procedure inzake BTW afstemmen op die inzake inkomstenbelastingen, of omgekeerd? Onbekend maakt onbemind, en dus bestaat de neiging om eerst te kijken naar de inkomstenbelastingen. Het is evenwel niet zeker dat de bestaande procedure op het gebied van de BTW zoveel slechter is.

De auteur is advocaat bij Dauginet & co. en hoofdredacteur van Fiscoloog.

Jan Van Dyck

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content