Na BHV komt het echte werk

Alain Mouton

BHV mag dan wel gesplitst worden, de Vlaams-Waalse tegenstellingen zullen snel weer aan de oppervlakte komen. Ze lopen als een rode draad door de sociaaleconomische dossiers.

“Na de kiezel, de rots”, schreef politoloog Carl Devos vorige week in een column. Brussel-Halle-Vilvoorde werd lang de kiezel in de schoen van de Belgische politiek genoemd. In vergelijking daarmee zijn de sociaaleconomische uitdagingen een rots. De formateur moet een nieuwe financieringswet uitdokteren, een stappenplan voor de sanering van de overheidsfinanciën uittekenen en een aantal bevoegdheidsoverdrachten regelen. Bovendien vraagt de Europese Commissie maatregelen om langer werken aan te moedigen. Vier belangrijke werven voor Elio Di Rupo dus. Probleem is dat de andere ploegbazen op de werf (CD&V, Open Vld, sp.a, MR en eventueel Ecolo en Groen!) hun eigen ideeën hebben over het bouwwerk dat moet worden opgeleverd.

1. Financieringswet

De eerste horde die Elio Di Rupo en co moeten nemen, is de financieringswet die de geldstromen tussen de deelstaten regelt. De aangepaste nota-Di Rupo maakt de deelstaten verantwoordelijk voor 11,172 miljard euro in de personenbelasting. Dat gebeurt via opcentiemen die de deelstaten kunnen heffen bovenop de federale personenbelasting. Ook zou de bevoegdheid voor een aantal fiscale aftrekken worden overgeheveld naar de deelstaten (zoals die voor hypothecaire leningen, goed voor 500 miljoen per jaar).

De Vlaamse partijen vinden die fiscale autonomie te klein. Eigenlijk hadden ze op het dubbele gehoopt. Ze lopen ook niet warm voor een stelsel via opcentiemen. Die maken de deelstaten onvoldoende verantwoordelijk voor hun beleid, want hun ontvangsten zijn niet afhankelijk van hun economische prestaties. De facto worden de dotaties uit de personenbelasting aan de deelstaten, gewoon omgezet in opcentiemen. Zoals het er nu naar uitziet, krijgen de gewesten niet meer autonomie dan de gemeenten al hebben: ze kunnen op- en afcentiemen heffen op de federale basis, maar ze hebben geen echte tariefautonomie want de progressiviteit van het belastingstelsel moet onaangetast blijven. Ook de op zijn minst 400 miljoen euro voor Brussel – zonder duidelijke garantie op een efficiënte aanwending van de middelen – doet aan Vlaamse kant vragen rijzen.

2. Begroting

Elio Di Rupo kreeg vorige week goed nieuws van het Planbureau: om het begrotingstekort in 2012 terug te dringen tot 2,8 procent van het bbp (nu is dat 4,3 procent) moet de regering geen 7 tot 8 miljard euro vinden, maar 5,7 miljard euro. Dat is te danken aan de gunstige economische groeicijfers. En bij ongewijzigd beleid komt het begrotingstekort dankzij de betere groeivooruitzichten in 2013 en 2014 steevast onder de 4 procent uit. Toch blijft een inspanning van meer dan 20 miljard euro nodig om het begrotingstekort tegen 2015 weg te werken.

Over de manier waarop dit moet gebeuren, bestaat allesbehalve eensgezindheid. Partijen als Open Vld en MR kiezen voor snijden in de uitgaven, de PS en sp.a denken vooral aan nieuwe inkomsten. De nota-Di Rupo is duidelijk: de inspanning moet voor 70 procent komen van nieuwe inkomsten. Daarmee is België een buitenbeentje in Europa, want de meeste landen zetten het mes in de uitgaven.

De voorstellen die de formateur al naar voren heeft gebracht, gaan vooral in de richting van extra kapitaalbelastingen (hogere roerende voorheffing, een zware meerwaardebelasting, een tijdelijke vermogensbelasting,…). De redenering is dat arbeid al zwaar belast wordt, dat België geen echte vermogensbelasting kent en dat daar dus inkomstenbronnen kunnen worden aangeboord. In een recente nota wijst Karel Collaerts van het Voka-kenniscentrum er nochtans op dat de impliciete belastingdruk op kapitaal in België de voorbije vijftien jaar met 5,2 procent is toegenomen. Dat is sneller dan in de rest van de eurozone. Collaerts wijst erop dat in België al jaarlijks voor 32,6 miljard euro aan kapitaalbelastingen wordt geïnd (zoals onroerende voorheffing, registratierechten, successierechten,…).

Een nieuwe belastinggolf heeft steevast ook een communautair aspect: het gros van de vermogens bevindt zich in Vlaanderen. Bovendien is het zeldzame voorstel dat de belasting op arbeid verhoogt (het verstrengen van het belastingvoordeel voor bedrijfswagens) Vlaams-Waals gekleurd, want vooral Vlaamse bedrijven hebben bedrijfswagens rondrijden.

3. Bevoegdheidsoverdrachten

De Vlaamse partijen willen een groot deel van het werkgelegenheidsbeleid naar de deelstaten overgeheveld zien. Het gaat dan bijvoorbeeld over de banenplannen, de budgetten voor lastenverlagingen en een deel van het budget van de RVA, in totaal 4,5 miljard euro. De Franstaligen zien dat al als een grote geste, maar vooral CD&V en Open Vld willen meer. Zij willen dat er ook in het werkgelegenheidsbeleid een bonus-malussysteem komt. Slagen deelstaten erin de werkgelegenheidsgraad boven de doelstelling te laten uitkomen, dan worden ze daarvoor financieel beloond. Doen ze dat niet, dan worden ze bestraft. Het is nog onduidelijk of PS en cdH te vinden zijn voor een bonus-malus, dan wel of ze enkel een bonus willen invoeren.

4. Langer werken

De Europese Commissie vraagt dat België maatregelen neemt om mensen langer aan het werk te houden. De sociale partners evalueren momenteel het Generatiepact uit 2005, dat de vervroegde uittreding verstrakte. De kans dat de vakbonden en werkgevers eind deze maand met gezamenlijke voorstellen komen om mensen langer aan het werk te houden is klein, want hun onderlinge relatie is sinds de afkeuring van het interprofessioneel akkoord door ABVV en ACLVB zeer slecht.

De bal komt dus in het kamp van de formateur terecht. Di Rupo moet ook hier over eieren lopen. De Waalse vleugel van het ABVV heeft bij monde van zijn voorzitter Thierry Bodson al duidelijk gemaakt dat “we geen drievoudige verarming van de Waalse werknemers aanvaarden. Ze zijn het slachtoffer van herstructureringen, maar dreigen eveneens geconfronteerd te worden met een afbrokkelende sociale bescherming en met de gevolgen van een gewijzigde financieringswet. De combinatie van die elementen kan het sociale kruitvat in de winter doen ontploffen.”

ALAIN MOUTON

In België wordt nu al jaarlijks voor 32,6 miljard euro aan kapitaalbelastingen geïnd.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content