Minder dopaminekicks, meer duurzaam rendement
Herinnert u zich Tariq Fancy nog? In een spraakmakend opiniestuk voor USA Today uitte de voormalige chief investment officer for sustainable investing van de vermogensbeheerder BlackRock begin vorig jaar als een van de eerste in de sector kritiek op zogenoemde ESG-aandelen (environmental, social en governance). Hij beschreef hoe bestaande fondsen als ‘groen’ in de markt worden gezet zonder substantiële onderliggende verandering, en hoe desinvestering geen effectieve strategie is om de klimaatverandering tegen te gaan. Eerder dan een hefboom is duurzaam beleggen volgens hem een bliksemafleider voor duurzame verandering.
De effecten van mijn impactinvesteringen gebeuren in de echte wereld, recht voor mijn neus. Ze creëren banen, woonzekerheid en samenwerking.
Die conclusie was allerminst desillusionerend. Enkele jaren voordien had ik nog vol enthousiasme mijn klassieke beleggingsportefeuille ingeruild voor maatschappelijk verantwoorde beleggingen. Toch was de kritiek van Tariq Fancy genoeg om mijn vertrouwen in ESG-aandelen te doen wankelen. Eerder dan me te verdiepen in het onlinedebat, af te wachten of vast te klampen aan andere duurzaamheidsscores en -labels, besloot ik op zoek te gaan naar alternatieven. Al snel stootte ik op impactinvesteren, waarbij de focus in eerste instantie ligt op positieve maatschappelijke effecten en pas in tweede instantie op financieel rendement. “Een hybride vorm van filantropie en private equity”, zoals Paul Sullivan van The New York Times het omschrijft.
Hoewel dat de indruk kan wekken dat impactinvesteren enkel is weggelegd voor de vermogende wereldverbeteraar, ontdekte ik dat België rijk is aan manieren waarop ook de modale burger zijn zuurverdiend spaargeld in maatschappelijk en financieel rendement kan vertalen. Onder het motto ‘vele kleintjes maken een groot’ bundelen platformen zoals Lita.co de individuele investeringen van burgers bijvoorbeeld tot een groter geheel, dat impactondernemingen de kans geeft om te groeien. Maar ook burgercoöperaties, waarbij burgers rechtstreeks aandelen kunnen kopen, maken het voor individuen steeds gemakkelijker om te investeren in tastbare toekomstscenario’s, zoals betaalbaar wonen, groene stroom en ethische telefonie. Net die concrete invullingen zijn van primordiaal belang.
Want net als klassiek beleggen voelde mijn eerste impactinvestering als een sprong in het diepe. Maar terwijl mijn ESG-beleggingen zich in het beste geval vertaalden naar groene cijfers op mijn mobilebankingapp, gebeuren de effecten van mijn impactinvesteringen in de echte wereld, recht voor mijn neus. Ze creëren banen, woonzekerheid en samenwerking. Reële resultaten, in plaats van de abstracte belofte om een impact te maken die ik nooit met eigen ogen zal zien. Minder dopaminekicks, meer duurzaam rendement. Met de onlangs geopende klopjacht op groenwassende banken, wordt die overtuiging bovendien enkel versterkt. Want zowel de inval van de Duitse politie bij de vermogensbeheerder DWS en het moederbedrijf Deutsche Bank, als het nakende oordeel van de Amerikaanse beurswaakhond SEC over de duurzame fondsen van Goldman Sachs, voorspellen weinig goeds voor de toekomst van ESG.
Gelukkig is er ook goed nieuws. Vorige week werd de Nationale Loterij omschreven als ‘een verpersoonlijking van maatschappelijk verantwoord ondernemen’, omdat het vorig jaar 335 miljoen euro deed terugvloeien naar de maatschappij. Wie dus nog niet overtuigd is van impactinvesteren, liever blijft beleggen in dubieuze aandelen, of gewoon verslaafd is dopaminekicks, kan zijn geweten simpelweg sussen door af en toe op de lotto te spelen.
De auteur is onderzoeker, schrijver en podcastmaker rond duurzaam ondernemen. www.trends.be/podcast
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier