Milieubedrijven ontevreden met ophaling wit- en bruingoed

De Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG) bereikte vorige week een akkoord met de vzw Recupel. Dat is de koepel van elektroproducenten die gebruikte elektro moet recycleren. Voortaan krijgen de gemeenten een hogere vergoeding voor de inzameling van oude elektrische en elektronische toestellen via de gemeentelijke containerparken. “Maar ten gronde lost dit weinig op”, meent de Federatie van Belgische Milieubedrijven (Febem). “Onze overheid moet inzien dat dit systeem niet gezond is.”

Net zoals in andere sectoren moet de industrie zelf een systeem uitwerken voor de recyclage. De elektroproducenten doen dat via de vzw Recupel. Met resultaat, want vorig jaar werd 81.414 ton AEEA (afgedankte elektrische en elektronische apparaten) ingezameld, zeven procent meer dan in 2006. Dat komt overeen met 7,8 kilogram per inwoner per jaar, en is een stuk beter dan de Europese doelstelling van vier kilogram. Het nieuwe akkoord heeft zelfs de doelstelling om naar elf kilogram te gaan tegen 2012.

Toch is Febem niet tevreden. Want, vindt algemeen directeur Werner An-naert: “De facto hebben wij als ophaal- en recyclagebedrijven maar één klant. Recupel schrijft een tender uit, en onderhandelt vervolgens met de kandidaten wie in welke gemeente de apparaten mag ophalen. Daardoor wordt er puur op prijs gespeeld, met winstmarges die zo laag zijn dat het oninteressant wordt om te investeren in vernieuwingen of verbeterde systemen.”

Volgens Annaert overwegen sommige Febem-leden daarom te stoppen met recuperatie en recyclage van wit- en bruingoed. “Terwijl het even belangrijk is om de selectieve inzameling te stimuleren, als de afzet daarvan.” Annaert pleit daarom voor een systeem zoals Valipac – de ophaling papier en karton van bedrijven – waarbij de gemeenten zelf hun ophaler mogen kiezen, mits die maar aan de voorwaarden voldoet.

“Maar je kunt papier en karton niet zomaar gelijkstellen met AEEA”, reageert Willy Quinart, algemeen directeur van Recupel. “Wij spreken hier over gevaarlijk afval, en dus over een andere regelgeving. Bovendien hebben we voor het professionele afval wel degelijk een Valipac-achtig systeem.”

Met als grootste verschil, merkt An-naert op, dat de bedrijven bij Recupel niet rechtstreeks moeten betalen voor de ophaling van TL-lampen. “Sommige bedrijven zamelen die nog steeds zeer zorgvuldig in, maar bij andere gebeurt dat minder, is er meer schade en blijft er meer verontreiniging achter.”

Dat ontkent Quinart in alle toonaarden. “Er moeten spelregels zijn, en wij waken daarover. Met succes: er zijn nog nooit zoveel TL-lampen opgehaald: dit jaar opnieuw vier tot zes procent meer dan vorig jaar. Terwijl het percentage gebroken lampen amper vijf procent is. Er zijn ophaalvoorwaarden, en er zijn genoeg mogelijkheden om onzorgvuldige bedrijven te penaliseren.”

L.H.